Operating Instructions and Installation Instructions

3. INSTALLATIE EN AANSLUITING
3.4 Elektrische bedrading van de warmtepomp
OPMERKING: Hoewel de warmtewisselaar elektrisch geïsoleerd werd van de rest van
de installatie, verhindert dit gewoon dat er elektriciteit stroomt van of naar het
zwembadwater. Aarden is nog steeds nodig om u te beschermen tegen kortsluitingen
binnen de installatie. Voorzie ook een goede verbinding.
De installatie beschikt over een afzonderlijke aansluitdoos met een standaard
aansluitwartel die al gnstalleerd werd. Verwijder enkel de schroeven en het
frontpaneel, sluit de voedingslijnen aan via de aansluitwartel en sluit de elektrische
draden aan op de drie aansluitingen die voorzien zijn in de aansluitdoos (vier
aansluitingen indien 3-fasig). Om de elektrische aansluiting te vervolledigen, sluit u de
warmtepomp aan via een elektrische leiding, een UF-kabel of een ander geschikt
middel (zoals bepaald en toegestaan door de plaatselijke bevoegdheden betreffende
elektriciteit) op een afzonderlijke AC-aftakcircuit dat uitgerust is met een geschikte
schakelaar en zekeringen met uitschakeling of tijdvertraging.
Uitschakeling Een zekering (met schakelaar) moet voorzien worden in het zicht of
gemakkelijk bereikbaar vanaf de warmtepomp. Dit is een gangbare praktijk bij
commerciële en residentle airconditioners en warmtepompen. De zekering laat toe
om de stroom uit te schakelen voor onderhoud en verhindert dat een onbemande
installatie vanop afstand geactiveerd wordt.
3.5 De installatie voor de eerste keer opstarten
OPMERKING- Om het zwembad- of spawater op te warmen met de warmtepomp,
moet de filterpomp werken om het water te laten circuleren door de
warmtewisselaar.
Opstartprocedure- Nadat de installatie voltooid is, dient u de volgende stappen
te volgen:
1.Zet uw filterpomp aan. Controleer op lekken en controleer de waterstroom van en naar
het zwembad.
2.Sluit de installatie aan op de elektriciteit en druk op de ON/OFF-knop van de
elektronische console. De installatie moet binnen enkele seconden opstarten.
3.Controleer na enkele minuten of de lucht die de installatie bovenaan (opzij) verlaat
koeler is (5 - 10 °C)
4.Terwijl de installatie nog werkt, zet u de filterpomp af. De installatie zou automatisch
moeten stoppen met werken.
5.Laat de installatie en de zwembadpomp 24 uur per dag werken tot de gewenste
zwembadwatertemperatuur bereikt is. Wanneer de geprogrammeerde temperatuur
bereikt is, stopt de installatie met werken. De installatie zal nu automatisch heropstarten
(zolang uw zwembadpomp werkt) wanneer de zwembadwatertemperatuur met meer dan
2 graden onder de geprogrammeerde temperatuur zakt.
Tijdvertraging- De installatie is uitgerust met een vaste ingebouwde herstartvertraging van 3
minuten, dit ter bescherming van de elektronische onderdelen en om te vermijden dat de
elektrische contacten en cycli opnieuw opgestart worden. Na dit tijdsinterval zal de installatie
automatisch heropgestart worden, ongeveer 3 minuten na de stroomonderbreking in het
controlecircuit. Zelfs een korte stroomonderbreking zal de vaste vertraging van 3 minuten
activeren en verhinderen dat de installatie opnieuw opgestart wordt vooraleer er 5 minuten
verstreken zijn. Verdere stroomonderbrekingen tijdens de vertraging hebben geen invloed op
de 3 minuten durende aftelling.