Operation Manual

23
Rust eventjes na iedere set. De ideale rust perioden
zijn:
Rust 3 minuten na iedere set wanneer u een oefe-
ning uitvoert om uw spieren te ontwikkelen.
Rust 1 minuut na ieder set wanneer u oefent uw
spieren te spannen.
Rust 30 seconden na iedere set wanneer u een
afslank oefening uitvoert.
Wen gedurende de eerste paar weken aan het appa-
raat en leer de juiste oefenhouding aan.
AFKOELING
B
eëindig uw oefening weer met 5 à 10 minuten strek-
oefeningen voor zowel armen als benen. Strek u lang-
z
aam en vermijdt krachtige inspanning. Voer iedere
strekoefening zorvuldig en zo volledig mogelijk uit zon-
der dat u het overdoet. U zult u soepelheid better hand-
haven door na iedere workout strekoefeningen te doen.
MOTIVATIE BIJHOUDEN
Noteer de datum, de uitgevoerde oefeningen, het
aantal gebruikte gewichten en het aantal uitgevoerde
repetities en sets. Noteer uw gewicht en lichaamsaf-
metingen aan het eind van iedere maand. Om echt
succes te hebben is het belangrijk om plezierig en
regelmatig te oefenen.
O
P
Q
R
S
T
U
V
X
W
N
M
J
G
F
H
I
K
E
C
D
B
A
L
TEKENING MET SPIEREN
A. Halsspier (nek)
B. Grote borstspier (borst)
C. Tweehoofdige armspier (voorkant van
arm)
D. Schuine spieren (middel)
E. Spaakbeenspieren (voorarm)
F. Heup buigspieren(bovendij)
G. Spier die afvoert (buitendij)
H. Dijbeenspieren (voorkant van dij)
I. Kleermakersspier (voorkant van dij)
J. Voorste scheenbeenspier (voorkant van
kuit)
K. Korte kuitbeenspier (voorkant vank kuit)
L. Voorste deltaspier (schouder)
M. Rechte buikspier (maag)
N. Spier die aanvoert (binnen dij)
O. Monnikskapspier (boven rug)
P. Ruitvormige rugspier (boven rug)
Q. Achterste deltaspier (schouder)
R. Driehoofdige armspier (achterkant van
arm)
S. Brede rugspier (middel van rug)
T. Lage rugspier (lage rug)
U. Middelste bilspier (heup)
V. Grootste bilspier (billen)
W. Hamstring (spier achter de knie)
X. Korte kuitbeenspier (achterkant van kuit)