Operation Manual
NEDERLANDS
DE MONITOR GEBRUIKEN 21
INHOUD VAN HET AANPASSINGSMENU
Aanpassingsitem Probleem / Optie In te drukken knoppen
Te donker
Te licht
Te vaag
Te intens
*
1
Pas de Helderheid als u het beeldscherm in een donkere kamer gebruikt en het scherm te licht is.
*
2
Alleen AV, S-Video en YPbPr ingang.
*
3
Verlichting en ACR uitgeschakeld indien in Lichtsensor.
Beedmodus*
2
Picture Mode
Gebruiker
Levendig
Bioscoop
Standaard
Toont een afbeelding zoals ingesteld onder
Image Settings Adjustments.
Voor het weergeven van beelden van landschappen.
Voor fi lm en videomilieu.
Toon afbeelding en laat u beeldinstellingen
wijzigen in het menu “Beeldinstellingen”.
Te vaag
Te sherp
Kleuren*
2
Color
Te zwak
Te sterk
Tint*
2
Tint
Paarsachtig
Groenachtig
Helderheid van back-light wordt verminderd.
Beeld
Picture
Beeldmodus Standaard
Contrast 88
Helderheid 43
Kleuren 55
Tint 50
Scherpte 5
Verlichting 5
ACR UIT
Kleurtemp
Gebruiker
Invoerresolutie
:Verplts
:Openen
:Sluit
Beeld
Enter
Exit
ACR*
3
ACR
AAN
UIT
Te weinig
Te veel
Gebruiker
Blauwachtig wit
Rood
Groen
Blauw
9300°K
Roodachtig wit 6500°K
Helder - naar blauw neigend - wit12000°K
Kleurtemp.
Color Temp.
Vergroot contrast
Normaal contrast
Contrast
Contrast
Helderheid*
1
Brightness
Scherpte
Sharpness
Verlichting*
3
Backlight
Invoerresolutie
Input Resolution
Niet van toepassing op dit model.










