Operation Manual
Controlelampjes voor het pro-
grammaverloop (15)
Het controlelampje l brandt in de
programmafases "Voorspoelen", "Reini-
gen", "Tussenspoelen" en "Naspoelen".
Het
controlelampje c brandt in de
programmafase "Drogen".
Het
controlelampje r brandt na af-
loop van het programma.
Einde van het programma
Wanneer in het programmaverloop (15)
het controlelampje
r brandt, is het
programma beëindigd.
In de voorkeuze - aanduiding verschijnt
een "0".
U kunt de afwasautomaat nu openen
en het vaatwerk eruithalen. Zie para-
graaf: "Het uitruimen van de afwasauto-
maat".
Schakel de afwasautomaat voor de vei-
ligheid altijd uit wanneer u niet direct
na afloop van een programma nog een
keer wilt afwassen.
Het uitschakelen van de afwas-
automaat
Draai de programmakeuzeschake-
laar (18) op
f.
Het controlelampje r (15) gaat uit en
het controlelampje
h (20) gaat bran-
den.
Druk de jk - toets (14) in en laat
deze weer naar buiten springen.
Het controlelampje
h (20) gaat uit.
De afwasautomaat verbruikt stroom
zolang u hem niet met behulp van
de
jk - toets hebt uitgeschakeld.
Draai veiligheidshalve de kraan dicht,
wanneer de afwasautomaat langere tijd
niet wordt gebruikt, bijvoorbeeld in de
vakantietijd.
Bediening
36










