Instruction for Use

30
NL
Starten en gebruik
Het apparaat starten
! Voordat u het apparaat in gebruik stelt, dient u de
instructies voor wat betreft de installatie na te
volgen (zie Installatie).
! Voordat u het apparaat aansluit, dient u zowel het koel-
als het diepvriesgedeelte, alsook het toebehoren met
lauw water en soda te reinigen.
! Dit model is voorzien van een motorbeschermende
controlefunctie die de compressor pas circa 8 minuten na
het aanzetten doet starten. Dit gebeurt ook na elke
opzettelijke of onopzettelijke onderbreking van de
stroomtoevoer (black out).
1. Steek de stekker in het stopcontact en verzeker u
ervan dat het groene controlelampje ELEKTRISCHE
VOEDING aangaat (de knop WERKING
DIEPVRIESKAST mag niet op
staan).
2. Draai de knop WERKING KOELKAST op een
middelmatige stand. Na enkele uren kunt u de
levensmiddelen in de koelkast zetten.
3. Draai de knop WERKING DIEPVRIESKAST op een
middelmatige stand en druk op de toets SUPER
FREEZE (snel invriezen): het gele controlelampje
SUPER FREEZE gaat aan.
Als de diepvrieskast de optimale temperatuur heeft
bereikt gaat het lampje uit: op dat moment kunt u de
etenswaren in de diepvrieskast plaatsen.
Koelsysteem
No Frost. Het No Frost
systeem garandeert een
doorlopende koude luchtstroom
die vocht verzamelt en
ijsvorming voorkomt: in het
koelgedeelte behoudt het
systeem de juiste
vochtigheidsgraad en bewaart
het, dankzij de totale afwezigheid van ijs, de
oorspronkelijke eigenschappen van de levensmiddelen.
In het diepvriesgedeelte voorkomt het de ijsvorming,
waardoor u het niet meer hoeft te ontdooien en de
etenswaren niet meer aan elkaar vast blijven zitten. Zet
geen etenswaren of verpakkingen in direct contact met
de achterkant van het apparaat; zo vermijdt u dat de
ventilatieopeningen verstopt raken en er
condensvorming plaatsvindt. Sluit flessen af en omwikkel
etenswaren.
Optimaal gebruik van de koelkast
Gebruik voor het regelen van de temperatuur de knop
WERKING KOELKAST (zie Beschrijving).
Druk op de toets SUPER COOL (snelle afkoeling) om
de temperatuur snel te verlagen, bijvoorbeeld
wanneer u de kast vult met verse boodschappen. Als
er voldoende tijd is verstreken wordt deze functie
automatisch uitgeschakeld.
Zet alleen koude of lauwe levensmiddelen in de
koelkast, nooit warme (zie Voorzorgsmaatregelen en
advies).
Denk eraan dat u gekookte etenswaren niet langer
kunt bewaren dan rauwe.
Zet geen vloeistoffen in open flessen of bakken in de
koelkast: dit brengt een toename van de
vochtigheidsgraad teweeg en een daaropvolgende
condensproductie.
Hygiëne van de etenswaren
1. Na aankoop van de etenswaren verwijdert u de
papieren/kartonnen of andere verpakking , die
bacteriën of vuil in de koelkast kunnen introduceren.
2. Bescherm de etenswaren (vooral die niet lang
houdbaar zijn en die een sterke lucht verspreiden) op
zodanige wijze dat ze niet met elkaar in contact
komen; zo vermijdt u de mogelijkheid van besmetting
onder elkaar door kiemen/bacteriën zowel als het
verspreiden van geuren in de koelkast
3. Zorg voor voldoende vrije luchtcirculatie om de
etenswaren heen
4. Houd de binnenkant van de koelkast schoon maar
vermijd gebruik van bijtende of schuurmiddelen
5. Als de vervaldatum is afgelopen moeten de
etenswaren uit de koelkast worden verwijderd
6. Voor een correcte manier van conserveren moeten
de minder houdbare etenswaren (verse kazen, rauwe
vis, vlees enz) op de koelste plaats worden gezet,
namelijk bovenop de groenteladen, waar de
temperatuurindicator zich bevindt.