Datasheet

34
NL
Onderhoud en verzorging
Afsluiten van water en stroom
Sluit na iedere wasbeurt de kraan af. Hiermee
beperkt u slijtage van de waterinstallatie van de
wasautomaat alsmede lekkagegevaar.
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de
wasautomaat schoonmaakt en gedurende
onderhoudswerkzaamheden.
Reinigen van de wasautomaat
De buitenkant en de rubberen onderdelen kunnen
met een spons en een lauw sopje worden
schoongemaakt. Gebruik nooit schuurmiddelen of
oplosmiddelen.
Reinigen van het wasmiddelbakje
Controleer dat er geen wasmiddel of water in het
wasmiddelbakje zit voordat u het verwijdert. Als er
wel water of wasmiddel in het bakje zitten moet u
controleren dat ze niet uit het bakje lopen als u het
verwijdert.
Het wasmiddelbakje van deze wasautomaat wordt
automatisch gereinigd tijdens het wasprogramma.
Het is echter mogelijk dat er bij het gebruik van
speciale wasmiddelen, in uitzonderlijke gevallen,
zeepresten achterblijven. Om het wasmiddelbakje
handmatig te reinigen gaat u als volgt te werk:
1. Open de deur om bij
het bakje te komen.
2. Trek het bakje naar
boven toe en naar
buiten. Pak het bij het
middelste bakje beet
zoals aangegeven in de
afbeelding. Pak het
bakje nooit bij het
rooster beet aangezien
u het zou kunnen beschadigen.
3. Haal het deksel van
het bakje los om
toegang tot het bakje te
krijgen, zoals
aangegeven in de
afbeelding.
4. Reinig het bakje
onder het stromende
water.
5. Haak het deksel
weer vast en doe en bakje weer op zijn plaats
totdat u klik hoort.
Onderhoud van deur en trommel
Laat de deur altijd op een kier staan om nare
luchtjes te vermijden.
Reinigen van de pomp
De wasautomaat is voorzien van een zelfreinigende
pomp en hoeft dus niet te worden onderhouden. Het
kan echter gebeuren dat kleine voorwerpen (muntjes,
knopen) in het voorvakje dat de pomp beschermt en
zich aan de onderkant ervan bevindt, terechtkomen.
Verzeker u ervan dat de wascyclus klaar is en haal
de stekker uit het stopcontact.
Toegang tot het voorvakje:
1. verwijder het
beschermelement aan de
onderzijde van de
wasautomaat, door het
tegen de klok in te
draaien (zie afbeelding);
2. draai het deksel eraf,
tegen de klok in (zie
afbeelding): het is
normaal dat er een
beetje water uit komt;
3. maak de binnenkant goed schoon;
4. schroef het deksel er weer op;
5. schroef het beschermdeksel rechtsom weer op
zijn plaats. Zorg ervoor dat de pijl aan de binnenkant
van het deksel naar boven wijst.
Controleren van de wateraanvoerslang
Controleer minstens een maal per jaar de slang van
de watertoevoer. Als er barstjes of scheuren in zitten
moet hij vervangen worden: gedurende het wassen
kan de hoge waterdruk onverwachts breuken
veroorzaken.
Gebruik nooit oude slangen.