Operation Manual

Aansluitingen18
Een composiet videoapparaat aansluiten
Controleer op het videoapparaat of er ongebruikte composietvideo-uitgangen
beschikbaar zijn:
Zo ja, ga door met deze procedure.
Anders dient u een andere uitgang te selecteren om het apparaat op aan te
sluiten.
De projector aansluiten op een composiet videoapparaat:
1. Sluit het ene uiteinde van de videokabel aan op de composiet video-uitgang
van het videoapparaat.
2. Sluit het andere uiteinde van de kabel aan op de VIDEO-aansluiting van de
projector.
3. Wilt u tijdens de presentatie ook gebruikmaken van de luidspreker (gemengd
monogeluid), sluit dan een geschikte audiokabel aan tussen de audio-uitgang
van het toestel en de AUDIO-aansluiting van de projector.
Als het audiosysteem is aangesloten, kan dit via de schermmenu's (OSD) van
de projector worden bediend. Zie "Het geluid aanpassen" op pagina 38 voor
details.
In het onderstaande diagram vindt u een overzicht van de benodigde verbindingen:
De projector kan alleen gemengd monogeluid afspelen, zelfs als een stereo-ingang is
aangesloten. Zie "Audioapparaten aansluiten" op pagina 15 voor details.
Als het geselecteerde videobeeld niet wordt weergegeven nadat u de projector hebt
ingeschakeld en de juiste videobron hebt geselecteerd, controleert u of het videoapparaat
is ingeschakeld en goed werkt. Controleer ook of de signaalkabels op de juiste manier zijn
aangesloten.
Alleen als er geen componentvideo- en S-Video-ingangen beschikbaar zijn, gebruikt u een
composietvideo-aansluiting. Zie "Videoapparaten aansluiten" op pagina 15 voor details.
AV-apparaat
Videokabel
Audiokabel