Operation Manual
• Leg de bloeddrukmeter aan de binnenkant van de
linkerpols.
• De bloeddrukmeter moet zich direct op de blote pols
bevinden.
• Sluit de manchet met de klittenband, zodat de
bovenkant van de bloeddrukmeter ongeveer 1 cm
onder de bal van de hand zit (zie afbeelding). De
manchet moet strak om de pols liggen, maar mag
niet in de huid snijden.
• Ga rustig zitten.
• Blijf 5 minuten rustig zitten vóór u
uw bloeddruk meet.
• Ondersteun uw arm en buig uw arm
zodanig dat de bloeddrukmeter zich
6 | BLOEDDRUKMETER PLAATSEN
7 | BLOEDDRUK METEN
8
ter hoogte van uw hart bevindt.
• Om het resultaat niet te beïnvloeden, is het
belangrijk dat u tijdens de meting stil zit en niet
praat.
•Schakeldebloeddrukmeteraanmetdetoets“
”.
• Voor de meting zal het laatste resultaat kort te zien
zijn. Als er niets in het geheugen is opgeslagen, zal
debloeddrukmeter‘0’aangeven.
• De manchet wordt nu automatisch tot 180 mmHg
opgepompt.
• Na het bereiken van de 180 mmHg wordt
automatisch de druk in het manchet afgebouwd.
• Als de vooringestelde oppompdruk van 180 mmHg
niet volstaat, wordt de manchet automatisch nog
een keer opgepompt tot een hogere druk. Zodra een
hartslaggesignaleerdwordt,zalhethartslagsymbool
zichtbaar worden.
• Vervolgens verschijnen uw bloeddrukwaarden
(boven-enonderdruk)enhartslagophetdisplay.
• Het resultaat wordt automatisch opgeslagen.
• Om de bloeddrukmeter uit te schakelen en de druk
aftebouwen,druktunogmaalsopde“
”toets.
•“EE”verschijntalshetnietmogelijkisomeen
juiste meting uit te voeren. Lees het gedeelte
Foutmeldingen in deze gebruiksaanwijzing en
herhaal de meting.
• Als u de bloeddrukmeter vergeet uit te schakelen,
schakelt hij zichzelf automatisch uit na 1 minuut.










