Operation Manual

Uitgave september 2015
Ecolution
®
Combi 50 & Solo
24
Stap 1 Open een warmwaterkraan;
Stap 2 Open de stopkraan van de inlaatcombinatie;
Stap 3 Open de hoofdkraan van de waterleiding;
Stap 4 Laat de boiler goed doorstromen;
Stap 5 Contoleer de installatie op lekkage;
Stap 6 Sluit de warmwaterkraan.
Stap 1 Open alle radiatorkranen;
Stap 2 Steek de netstekker van de ventilatie warmtepomp in een contactdoos;
Stap 3 Vul de cv-installatie tot de voorgeschreven druk (2 à 3 bar);
Stap 4 Sluit de vulkranen;
Stap 5 Ontlucht de radiatoren;
Stap 6 Vul de cv-installatie bij tot de voorgeschreven druk.
Vullen van de boiler (alleen Combi 50)
Vullen en bijvullen cv-installatie
Spoel de installatie grondig voorafgaand aan het vullen;
Gebruik uitsluitend onbehandeld leidingwater;
Het is niet toegestaan waterbehandeling toe te passen zoals o.a. PH verhogende/verlagende middelen (chemi-
sche toevoegmiddelen en/of inhibitoren), antivries en waterontharding;
De gemeten PH waarde van het cv-water dient tussen de 7,5 en de 8,0 te liggen. Is dit niet het geval, neem
dan contact op met uw leverancier.
Toevoer tapwatervoorziening (alleen Combi 50)
Tijdens het vullen heeft de automatische ontluchter van de ventilatiewarmtepomp het toestel cv-zijdig van lucht
ontdaan. Controleer voor ingebruikname alle verbindingen op lekkage.
Bij de eerste keer warm water opwarmen is het mogelijk dat er in de boilerspiraal nog een luchtkolom aanwezig is.
Ontlucht de ventilatiewarmtepomp door de ontluchtcyclus in te schakelen (zie 6.1, Instellen bedrijfsmodus). Tijdens
de ontluchtingscyclus zal de pomp samen met de driewegklep, de luchtkolom uit de warmtewisselaar pompen. Tij-
dens deze cyclus zal ONTL knipperen op het display. Wanneer de tekst op het display niet meer knippert, is de cyclus
volbracht. Tijdens de cyclus wordt de driewegklep enkele malen geschakeld, gevolgd door een ruisend geluid bij de
pomp. Dit is lucht die uit de warmtewisselaar komt en door de pomp stroomt. Is na deze ontluchtingscyclus geen
ruisend geluid bij de pomp waarneembaar dan is de ontluchtingscyclus correct verlopen. Mocht dit niet het geval
zijn herhaal de ontluchtingscyclus.
6.2.3
ontluchten boilercircuit (Alleen combi 50)
Gebruik uitsluitend onbehandeld leidingwater.
6.2.4
klok instellen
Om de klok correct in te stellen verwijzen wij u naar hoofdstuk 7.3, gebruikersmenu.
Er zijn drie mogelijkheden om de cv-warmtevraag aan te sturen:
CV1 Binnenluchtbedrijf, standaardinstelling;
CV3 Aanlegthermostaat;
CV4 24 V aan-uit kamerthermostaat, bedient zowel het cv-toestel als de ventilatiewarmtepomp.
6.2.5
regeling
(cv1, cv3, cv4)
instellen
INSTALLATEUR
CV1 - Binnenluchtbedrijf
Voor deelname in het verwarmingsproces maakt de Ecolution
®
gebruik van de temperatuurmeting van de aange-
zogen ventilatielucht. De standaard fabrieksafstelling is 21 °C, dit betekent dat zolang de aangezogen lucht uit de
woning onder de 21 °C ligt de Ecolution
®
deelneemt in het verwarmingsproces. Regeltechnisch werkt hij dan onaf-
hankelijk van de cv-ketel. Een eventuele andere referentiewaarde dan de 21 °C is instelbaar via het gebruikers- en
installateursmenu van de regelunit. Een andere waarde zou bijvoorbeeld beter kunnen passen bij woningtype of
gebruik. Door op deze wijze de deelname van de Ecolution
®
in het verwarmingsproces te regelen, is het mogelijk
tijdens het stookseizoen vele uren van de dag (en nacht) duurzame warmte te benutten voor het op temperatuur
houden van de woning (instelling minimaal 1 à 2 °C hoger dan de gemeten waarde).