Operation Manual

Uitgave september 2015
Ecolution
®
Combi 50 & Solo
Voordat u met de installatie van de Ecolution
®
ventilatiewarmtepomp begint moet eerst worden gecontroleerd of
aan alle voorwaarden, gesteld in de installatierichtlijnen, is voldaan. Let er bij het afnemen van de mantel op dat
er delen zijn die onder een levensgevaarlijke spanning staan. Raak deze onderdelen nooit aan zonder het toestel
eerst spanningsloos te hebben gemaakt. Het toestel mag pas onder spanning worden gezet nadat alle onderdelen
volgens voorschrift zijn geplaatst en het cv-circuit en tapwatercircuit zijn gevuld. In geval van onbekendheid met
warmtepompen is het aan te bevelen eerst de volledige werking van een warmtepomp en de specifi eke werking van
de Ecolution
®
te bestuderen. Een goede bron van informatie is ook de ISSO 72 richtlijn.
Koudemiddel R 134 a
De warmtepomp is gevuld met het koudemiddel R 134 a. Het koelsysteem bevindt zich binnen in het gesloten com-
pressorblok. Dit compressorblok bevat de nodige koeltechnische componenten zoals bijvoorbeeld een compressor,
condensor en expansieventiel.
3 VOORSCHRIFTEN
De Ecolution
®
ventilatiewarmtepompen zijn volgens de laatste stand der techniek en erkende veiligheidstechnische
voorschriften geproduceerd.
De Ecolution
®
is alleen geschikt voor toepassing in huishoudelijke cv- en warmtapwaterinstallaties.
Het toestel levert de basislast voor verwarmen en dient als voorverwarmer van warm tapwater. Gekoppeld aan de
Ecolution
®
dient een toestel (bijvoorbeeld een hr-combiketel) aanwezig te zijn voor de levering van piekbelasting.
Tevens moet voor toepassing van de Ecolution
®
ventilatiewarmtepomp een ventilatiesysteem C in de woning aan-
wezig zijn.
Ventilatiesysteem C houdt in: een natuurlijke toevoer van ventilatielucht (bijvoorbeeld via gevel/kozijnroosters) en
mechanische afvoer van ventilatielucht door middel van een mechanische afzuiging. In een nieuwbouwsituatie dient
ventilatiesysteem C aangelegd te worden. Elk afwijkend gebruik is voor risico van de installateur of gebruiker en
geldt als niet conform de voorschriften. Voor eventuele schade voortvloeiend uit het niet juiste gebruik is Inventum
B.V. niet aansprakelijk. Het is alleen toegestaan om de Ecolution
®
te installeren in een vochtvrije en vorstvrije ruimte.
Raadpleeg voor de juiste installatie en het juiste gebruik deze installateurs- en gebruikershandleiding. Neem bij
vragen contact op met Inventum B.V.
Om goede werking van de warmtepomp te kunnen waarborgen dienen luchtcircuit, warmtepomp, cv-
ketel en cv-installatie goed op elkaar te worden afgestemd.
De installateur behoeft niet in het bezit te zijn van een STEK of F-gassen erkenning. Het is niet toe-
gestaan koeltechnische handelingen te verrichten aan de Ecolution
®
.
Aanvullingen, later van kracht geworden voorschriften of wijzigingen, zullen op moment van installeren
van toepassing zijn.
Normbladen Beschrijving
Deze installateurs- en gebruikershand-
leiding en overige van toepassing zijnde
documentatie van de fabrikant.
NEN 1006
Algemene voorschriften voor drink-
waterinstallaties AVWI.
NEN 1010
Veiligheidsbepalingen voor laag-
spanningsinstallaties.
NEN 1087
Ventilatie van gebouwen.
Bepalingsmethoden voor nieuwbouw.
NEN 3028
Veiligheidseisen voor centrale ver-
warmingsinstallaties.
NEN 3215
Binnenriolering in woningen en
woongebouwen
.
NEN 7120
Energieprestatienorm woningen
NPR 3378
Toelichting op NEN 1078.
Normbladen Beschrijving
Bouwbesluit April 2012.
Plaatselijk geldende voorschriften
van Brandweer, Nutsbedrijven en
Gemeente.
ISSO Ventilatiesystemen in woningen en
woongebouwen: programma van
eisen en systeemkeuze.
2004/108/EC
2002/96/EC
nische apparatuur richtlijn.
2006/95/EC
Werkbladen
Tabel 1Normen en richtlijnen
EMC-richtlijn
Afgedankte elektrische en elektro-
Laagspanningsrichtlijn
Waterwerkbladen (vewin)
publicatie 61
3.1
normen en richtlijnen
Het compressorblok mag beslist niet worden geopend of beschadigd!
6
INSTALLATEUR