Operation Manual

59
Storingen verhelpen
6 720 800 806 (2012/02)
9.2 Storingen opheffen zonder display
Wanneer de storing niet kan worden opgeheven:
B contact opnemen met erkende installateur of
servicedienst en storing met toestelspecifica-
ties (zie typeplaat in de klep) doorgeven.
Toestelgegevens
Type:.....................................................................
Bestelnummer:.....................................................
Fabricagedatum (FD...):......................................
Gebeurtenis Oorzaak Oplossing
Gewenste ruimtetempera-
tuur wordt niet bereikt.
Thermostaatkranen te laag ingesteld. Thermostaatkranen hoger instellen.
Aanvoertemperatuurregelaar op CV-toe-
stel te laag ingesteld.
Aanvoertemperatuurregelaar hoger instel-
len.
Evt. ingrijpen van de solaroptimalisatie re-
duceren.
Luchtinsluitingen in de CV-installatie. Radiatoren en CV-installatie ontluchten.
Gewenste ruimtetempera-
tuur wordt ver overschre-
den.
Radiatoren worden te warm. Thermostaatkranen lager instellen.
„Temperatuurniveaus“ voor „Verwarmen“
lager instellen.
Montageplaats van de FR 120 ongunstig,
b.v. buitenmuur, vensterkieren, tocht,...
Kies een betere montageplaats voor de
FR 120 en laat deze door een installateur
verplaatsen.
Te grote ruimtetemperatuur-
variaties.
Periodieke invloed van externe warmte op
de ruimte, b.v. door zonnestralen, ruimte-
verlichting, TV, haard, enz.
Kies een betere montageplaats voor de
FR 120 en laat deze door een installateur
verplaatsen.
Temperatuurtoename in
plaats van -afname.
Dagtijd verkeerd ingesteld. Instelling controleren.
Tijdens bedrijfsstand „Spa-
ren“ en/of „Eco“ te hoge
ruimtetemperatuur.
Hoge warmte-opslag van het gebouw. Schakeltijd voor „Sparen“ en/of „Eco“
vroeger kiezen.
Verkeerde of geen regeling. BUS-verbinding van de BUS-deelnemers
defect.
Door de installateur de BUS-verbinding
overeenkomstig het aansluitschema laten
controleren en evt. laten aanpassen.
Alleen automatisch bedrijf
kan worden ingesteld.
Bedrijfsstandenschakelaar defect. FR 120 door installateur laten vervangen.
Boiler wordt niet warm. Warmwatertemperatuurregelaar op CV-
toestel te laag ingesteld.
Warmwatertemperatuurregelaar hoger in-
stellen.
Evt. ingrijpen van de solaroptimalisatie re-
duceren.
Aanvoertemperatuurregelaar op CV-toe-
stel te laag ingesteld.
Aanvoertemperatuurregelaar op CV-toe-
stel op rechter aanslag instellen.
Warmwaterprogramma fout Programmering controleren/corrigeren
Foutieve Systeemconfiguratie voor warm-
watersysteem
Corrigeer de configuratie conform het
aangesloten warmwatersysteem.
Verwarming gedurende de
nacht.
Opwarmoptimalisatie start de verwarming
vroegtijdig, om de woning op het ingestel-
de tijdstip op de gewenste kamertempe-
ratuur opgewarmd te hebben.
Stel het tijdstip voor de gewenste kamer-
temperatuur later in.
Opwarmoptimalisatie uitschakelen.