Operation Manual

6 720 614 151 (2013/06 BL-NL)
38
Onderhoudsbeurt weergeven (servicefunctie 5.F)
Met deze servicefunctie kan men het aantal maanden instellen tot de volgende onderhoudsbeurt. Daarna wordt in het
display de aanduiding (inspectie) afwisselend met de vertrektemperatuur getoond.
Het aantal maanden is van 00 tot 72 instelbaar.
De fabrieksinstelling is 00 (niet actief).
Wanneer U0 in het display verschijnt, werd die servicefunctie reeds aan de regelaar ingesteld.
Laatste storing oproepen (servicefunctie 6.A)
Met deze servicefunctie kan men de laatste storing oproepen die in het geheugen bewaard is.
Bij 00 wordt deze servicefunctie gereset.
Actuele spanning tussen klemmen 2 en 4 (aansluiting 1, 2 en 4 TR 21 en FR 120 - servicefunctie 6.b)
De actuele spanning tussen klemmen 2 en 4 wordt getoond.
Mogelijke aanduidingen zijn:
00 - 24: 0 V tot 24 V in stappen van 1 V
Door thermostaat gevraagde vertrektemperatuur (servicefunctie 6.C)
Met deze servicefunctie kunt u de door de thermostaat gevraagde vertrektemperatuur weergeven.
Actueel debiet turbine (servicefunctie 6.d)
Het actueel debiet van de turbine wordt getoond.
Mogelijke aanduidingen zijn:
0.0. - 99.9.: 0,0 tot 99 l/min in stappen van 0,1 l/min
Status schakelklok (servicefunctie 6.E)
Het linker cijfer toont de actuele status van de verwarming. De verwarmingsmodus wordt conform de instellingen op
de schakelklok geactiveerd.
Het rechter cijfer toont de actuele status warm water. Deze modus wordt conform de instellingen op de schakelklok
geactiveerd.
Mogelijke aanduidingen zijn:
00
CV niet actief, warm water niet actief
01
CV niet actief, warm water actief
10
CV actief, warm water niet actief
11
CV actief, warm water actief
Werkingslampje (servicefunctie 7.A)
Het werkingslampje brandt wanneer de ketel ingeschakeld is. Met de servicefunctie 7.A kan men dit lampje
uitschakelen.
De fabrieksinstelling is 01 (ingeschakeld).
Tussenstand driewegkraan (servicefunctie 7.b)
Na opslaan van de waarde 01 gaat de driewegkraan naar de middenpositie. Daarmee worden (nadat de
ledigingskraan geopend werd) het volledig leeglopen van de ketel en de eenvoudige demontage van de motor
gewaarborgd.
Bij het verlaten van de instellingen wordt automatisch weer de waarde 00 opgeslagen.
Aansluiting van een externe vertrektemperatuursensor bvb. evenwichtsfles (servicefunctie 7.d)
Deze aansluiting wordt door de basisinstelling eenmalig automatisch herkend. U hoeft niets in te stellen.
Wanneer een aangesloten vertrektemperatuursensor terug afgekoppeld wordt, dient U de basisinstelling
terug op
00
te zetten.
Mogelijke instellingen:
00
eenmalige automatische herkenning
01
aansluiting van een externe vertrektemperatuursensor aan de Heatronic 3 (alleen voor ZSB)
02
aansluiting van een externe vertrektemperatuursensor aan IPM 1 of IPM 2
De fabrieksinstelling is 00.