Installation Instructions

Rookgasmeting
Cerapur – 6 720 807 248 (2013/05)
37
Druk op de ok-toets.
De cv-ketel gaat weer in normaal bedrijf.
Ketel uitschakelen, gaskraan sluiten, drukmeetinstrument afnemen
en schroef vastschroeven.
Omkasting weer monteren.
12 Rookgasmeting
12.1 Servicebedrijf (bedrijf met constant cv-vermogen)
In servicebedrijf draait de ketel in cv-bedrijf met instelbaar cv-vermo-
gen.
Radiatorkranen openen om de warmte-afgifte te waarborgen.
eco-toets en servicetoets tegelijkertijd indrukken, tot het symbool
wordt getoond.
Het display toont de aanvoertemperatuur, in de tekstregel knippert
Max (= maximale nominale warmtevermogen). Na korte tijd gaat de
brander in bedrijf.
Afb. 42 Max (= maximale nominale warmtevermogen) knippert
Met de pijltoetsen en het gewenste cv-vermogen instellen:
Aanwijzing in de tekstregel Max = maximale nominale warmte-
vermogen.
Aanwijzing in de tekstregel Min = minimale nominale warmte-
vermogen.
12.2 Dichtheidscontrole van het rookgasafvoersysteem
O
2
- of CO
2
-meting in de verbranidingslucht.
Voor de meting een ringspleet-roogassensor gebruiken.
Pluggen op de verbrandingsluchtmeetpunten [2] verwijderen
( afb. 43).
Rookgassonde in de aansluiting schuiven en het meetpunt afdichten.
In schoorsteenvegerbedrijf het maximale nominale warmtevermo-
gen instellen.
Afb. 43 Rookgasmeetpunt en verbrandingsluchtmeetpunt
[1] Rookgasmeetpunt
[2] Meetpunt verbrandingslucht
▶CO
2
- en O
2
-waarde meten.
Druk op de ok-toets.
De cv-ketel gaat weer in normaal bedrijf.
Rookgassonde verwijderen.
Pluggen weer monteren.
12.3 CO-meting in rookgas
Voor de meting een meergats-rookgassonde gebruiken.
Pluggen op rookgasmeetpunten [1] verwijderen ( afb. 43).
Rookgassonde tot aan de aanslag in de aansluiting schuiven en het
meetpunt afdichten.
In schoorsteenvegerbedrijf het maximale nominale warmtevermo-
gen instellen.
CO-gehalte meten (max. 100 mg/kWh).
Druk op de ok-toets.
De cv-ketel gaat weer in normaal bedrijf.
Rookgassonde verwijderen.
Pluggen weer monteren.
13 Milieubescherming/afvoeren
Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep.
Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn voor
ons gelijkwaardige doelstellingen. Wetten en voorschriften op het ge-
bied van de milieubescherming worden strikt aangehouden.
Ter bescherming van het milieu gebruiken wij, rekening houdend met
bedrijfseconomische gezichtspunten, de best mogelijke techniek en ma-
terialen.
Verpakking
Voor wat de verpakking betreft, nemen wij deel aan de nationale verwer-
kingssystemen, die een optimale recycling waarborgen.
Alle gebruikte verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen
worden hergebruikt.
Oud apparaat
Oude apparaten bevatten materialen, die hergebruikt kunnen worden.
De modules kunnen gemakkelijk worden gescheiden en de kunststoffen
zijn gemarkeerd. Daardoor kunnen de verschillende componenten wor-
den gesorteerd en voor recycling of afvoeren worden aangeboden.
Inbedrijfstelling buiten het toegestane drukbereik is ver-
boden. De oorzaak bepalen en de storing wegnemen.
Wanneer dit niet mogelijk is de ketel aan de gaszijde af-
sluiten en het gasbedrijf informeren.
U heeft 30 minuten de tijd, om waarden te meten of in-
stellingen te doen. Daarna schakelt de ketel weer naar
normaal bedrijf terug.
Met een O
2
- of CO
2
-meting van de verbrandingslucht kan
bij een rookgasafvoersysteem conform C
13
, C
33
, C
43
en
C
93
de dichtheid van het rookgasafvoertraject wor-
den gecontroleerd. De O
2
-waarde mag niet hoger wor-
den dan 20,6 %. De CO
2
-waarde mag niet hoger worden
dan 0,2 %.
6 720 647 458-28.1O
6 720 614 153-08.2O
1
2