Operation Manual
28
9.2.7 Verwarmingsvermogen instellen (servicefunctie 5.0) 
Het  verwarmingsvermogen  kan  tussen  min.  nominaal  warmtevermogen  en  max.  nominaal  warmtevermogen  op  de 
specifieke warmtebehoefte worden begrensd. 
i
Ook bij een begrensd verwarmingsvermogen is bij het bereiden van warm water  of het opwarmen van de  boiler 
het max. nominale warmtevermogen beschikbaar. 
De fabrieksinstelling is het max. nominale warmtevermogen. In het display wordt ‘’99’’ weergegeven. 
Toetsen   en 
tegelijkertijd indrukken en ingedrukt houden tot 
op het display 
==
 verschijnt. 
Toetsen 
en  branden. 
Fig. 45 
Temperatuurregelaar verwarming   draaien, tot op het display 5.0 
verschijnt. 
Na een korte tijd verschijnt het ingestelde verwarmingsvermogen in 
procenten op het display (99. = nominaal vermogen). 
Het aangeduide getal geeft het CV-vermogen aan in % ten opzichte 
van het maximale vermogen van de ketel. 
Temperatuurregelaar   draaien, tot op het display het juiste getal 
(%)  wordt  weergegeven.    Het  display  en  de  toetsen    en 
knipperen. 
Fig. 46 
Toetsen   en 
tegelijkertijd indrukken en ingedrukt houden tot 
op het display 
[
[[
[ ]
]]
]
verschijnt. 
Het verwarmingsvermogen is vastgelegd. 
Temperatuurregelaars    en    op  de  oorspronkelijk  ingestelde 
temperaturen draaien. 
Op het display verschijnt de vertrektemperatuur. 
Fig. 47 










