Operation Manual

17
8.7.2 Aansluiting regelaar
Sluit enkel de modulerende regelapparatuur van JUNKERS aan!
Dan alleen verkrijgt U een optimaal rendement, een minimaal verbruik en de langste levensduur!
De voordelen van de modulerende regeling en de daaruit voortvloeiende
gasbesparing, kunnen enkel bekomen worden met JUNKERS-
kamerthermostaten TR 21, TR 100, TR 200 of TR 220 en met JUNKERS-
weersafhankelijke regelingen TA 270 of TA 211 E.
De regelaars TR 21, TR 100 en TR 200 worden aangesloten aan de klemmen
1, 2 en 4 (zie fig. 16). In dit geval moet de 24 V/DC-stuurleiding gescheiden
gelegd worden van het 230 V/AC-net.
De regelaars TR 220 en TA 270 worden aangesloten met 4 draden aan de
bijgeleverde module BM 1 (zie fig. 17).
De regelaar TA 211 E wordt aangesloten volgens fig. 18.
De montageplaats van de regelaar (pilootruimte) moet geschikt zijn voor de
temperatuurregeling van de volledige verwarmingsinstallatie. Meestal is dit de
woonplaats. Op de daar aanwezige verwarmingselementen mogen geen
thermostatische kranen geplaatst worden.
Fig. 17 Fig. 18
i
Raadpleeg eveneens de handleiding van de regelaar.
8.7.3 Aansluiten van een temperatuurbegrenzer in een vloerverwarmingsinstallatie
Om te beletten dat bij vloerverwarming de maximaal toegelaten temperatuur wordt overschreden, wordt deze
temperatuurbegrenzer als volgt aangesloten.
1.
Ofwel rechtstreeks aan de ketel:
De brug tussen klemmen 8 en 9 van de printplaat
verwijderen en de temperatuurbegrenzer hier aansluiten.
(zie fig. 19)
Hierbij wordt de ketel volledig uitgeschakeld, zowel voor
verwarming als voor warmwaterbereiding!
2.
Ofwel via de modules HSM of HMM:
De brug tussen de klemmen 13 en 14 van HSM of HMM
verwijderen en de temperatuurbegrenzer aan deze
klemmen aansluiten. (zie elektrische schema’s HSM en
HMM)
De temperatuurbegrenzer onderbreekt nu enkel de
circulatiepomp van deze welbepaalde kring!
De warmwaterbereiding en de andere kringen worden
niet uitgeschakeld!
N.B. HEEL BELANGRIJK
De temperatuurbegrenzer heeft een spanningsvrij contact waarbij de contactpunten beschermd moeten zijn!
Zoniet ontstaat er een spanningsverlies waardoor het vermogen van de ketel, zowel voor warm water als voor
verwarming, kan verminderen.
Fig. 16
Fig. 19