Operation Manual

Table Of Contents
NE 41
OPNAMEFUNCTIES
MasterPage: Start_Right
GEAVANCEERDE FUNCTIES
U kunt de witbalans
handmatig aanpassen
wanneer u bij
verschillende soorten
belichting filmt.
1 Zet de aan/uit-knop
op “M”.
2 Houd een vel wit papier voor het onderwerp.
Pas de zoominstelling aan of stel u zo op dat het
witte papier het hele scherm vult.
3 Selecteer “HANDM WB” in het menu
u WITBALANS” ( blz. 31) en houd MENU
ingedrukt tot begint te knipperen.
Wanneer het instellen klaar is, stopt met
knipperen.
4 Druk tweemaal op MENU. Het menuscherm
wordt gesloten en de aanduiding voor de
handmatige witbalansinstelling wordt
weergegeven.
OPMERKINGEN:
In stap 2 is het mogelijk moeilijk om scherp te
stellen op wit papier. Stel in dat geval handmatig
scherp. ( blz. 38)
U kunt een onderwerp binnen onder allerlei
belichtingsomstandigheden filmen (natuurlijk licht,
tl-lamp, kaarslicht, enzovoort). Aangezien de
kleurtemperatuur verschilt naar gelang de lichtbron,
verschilt ook de tint van het onderwerp naar gelang
de witbalansinstelling. Gebruik de functie om een
meer natuurlijk resultaat te bewerkstelligen.
Wanneer u de witbalans handmatig hebt aangepast,
blijft de instelling behouden, ook als de stroomtoevoer
onderbroken of de accu verwijderd wordt.
Met behulp van deze effecten kunt u
professioneel ogende beeldovergangen maken.
Gebruik deze effecten om de overgang van
scène naar scène wat meer pit te geven.
U kunt een wipe- of fade-effect toepassen
wanneer u een video-opname start of beëindigt.
1
Zet de schakelaar
VIDEO/MEMORY
op “VIDEO”.
2 Zet de aan/uit-knop op “M”.
3 Stel “v” in op de gewenste stand. ( blz. 31)
Het menu WIPE/FADE verdwijnt en het effect is
opgeslagen.
De aanduiding van het geselecteerde effect
verschijnt.
4 Druk op de start-/stopknop voor opnemen om
Fade-in/out of Wipe-in/out te activeren.
Het geselecteerde effect uitschakelen
Selecteer “UIT” in stap 3. De effectaanduiding
verdwijnt.
OPMERKINGEN:
U kunt de lengte van een wipe of fade vergroten
door de start/stop-knop voor opnemen in te
drukken en ingedrukt te houden.
Sommige wipe-/fade-effecten kunnen in bepaalde
standen van Programma AE met speciale effecten
niet worden gebruikt. ( blz. 42) In dit geval
knippert de geselecteerde indicator of gaat uit.
WIPE/FADE
UIT: Hiermee schakelt u de functie uit.
(fabrieksinstelling)
FADE WIT: Fade-in of fade-out met een wit
scherm.
FADE ZWART: Fade-in of fade-out met een
zwart scherm.
FADE ZW-W: Fade-in vanuit een
zwartwitscherm naar een kleurenscherm, of
fade-out van kleur naar zwartwit.
WIPE HOEKEN: Een wipe-in op een zwart
scherm vanuit de rechterboven- naar de
linkerbenedenhoek, of een wipe-out van de
linkerbeneden- naar de rechterbovenhoek met
als resultaat een zwart scherm.
WIPE SCHERM: De scène begint in het
midden van een zwart scherm, waarna er een
wipe-in naar de hoeken plaatsvindt; of een wipe-
out geleidelijk vanuit de hoeken naar het midden.
WIPE SCHUIF: Wipe-in van rechts naar
links of wipe-out van links naar rechts.
WIPE DEUREN: Wipe-in waarbij de twee
helften van een zwart scherm respectievelijk
naar links en rechts wegtrekken, waardoor de
scène zichtbaar wordt; of een wipe-out waarbij
een zwart scherm vanaf links en rechts de
scène geleidelijk helemaal afdekt.
WIPE HOOGTE: Wipe-in van de scène
vanaf de onderkant naar de bovenkant van een
zwart scherm of een wipe-out van boven naar
onder, waardoor een zwart scherm ontstaat.
WIPE SLUITER: Wipe-in vanaf het midden
van een zwart scherm in de richting van de
boven en onderkant; of wipe-out vanaf de
boven- en onderkant naar het midden toe,
waardoor een zwart scherm ontstaat.
De witbalans handmatig aanpassen
Wipe- of fade-effecten
Wit papier
GR-D290_270PAL_07Advanced.fm Page 41 Tuesday, March 22, 2005 6:56 PM