Operation Manual

32
Bestanden beheren (Vervolg)
De gebeurtenisregistratie van
videobestanden wijzigen na opname
– alleen stand
!
Voorbereiding:
Schuif de Aan/Uit/Standen-schakelaar in de
stand MODE en selecteer de stand
!
.
Druk op de knop PLAY/REC en selecteer de
afspeelstand.
1
FUNCTION
WISSEN
BEVEILIGEN
AFSPEELLIJST AFSP.
AFSPEELLIJST BEWERK.
MPG-BESTAND AFSPELEN
BESTAND AFSPELEN
WIPE/FADE
EFFECT
GEB.REG. SCHAKELEN
BEWERKTE KOPIE
2 Selecteer [GEB.REG. SCHAKELEN].
Selecteren
Instellen
OP REIS
1/ 3
GEEN SECTIE
VOLGENDE BLZ.
SELECT.
REGISTR.
AFSLUIT.
3 Selecteer de nieuwe gebeurtenis
waarbij u het bestand wilt registreren.
Selecteer [VOLGENDE BLZ.] als u naar
de volgende bladzijde wilt gaan.
U kunt de registratie van de gebeurtenis
annuleren door [GEEN SECTIE] te
selecteren.
Selecteren
Instellen
VIDEO
8/8
SELECT.
INSTEL. AFSLUIT.
4 Selecteer het bestand dat u wilt
registreren.
Selecteren
Instellen
Het merkteken
s
verschijnt op het
bestand. Herhaal deze stap als u nog
andere bestanden wilt selecteren.
Schuift u de zoom-knop naar T, dan
verschijnt het scherm waarin u het
resultaat kunt zien. Schuif de zoom-knop
naar W en het indexscherm verschijnt
weer.
Bestandsinformatie bekijken
Voorbereiding:
Voor stand !: Onderbreek het afspelen
(Pauze). U kunt ook het bestand selecteren
in het indexscherm.
Voor stand #: Geef het stilstaande beeld
(foto) op het scherm weer. U kunt ook het
bestand selecteren in het indexscherm.
INFO
: ULTRAFIJN
: UIT
: MOV005.MOD
: 00:30:02
: 01 01 2007 10:56
: PRG001
KWALITEIT
BEVEILIGEN
BESTAND
AFSP. TIJD
DATUM/TIJD
MAP
BESTAND:
Bestandsnaam
MAP:
Naam van de map
DATUM/TIJD:
Datum en tijd van de opname
AFSP. TIJD (voor videobestanden):
Afspeeltijd (lengte van het bestand)
GROOTTE (voor stilstaande beelden
(foto's)):
Beeldgrootte ( blz. 47)
KWALITEIT:
Beeldkwaliteit ( blz. 46, 47)
BEVEILIGEN:
Bestandsbeveiligingsstatus ( blz. 30)
8 De weergave van bestandsinformatie
uitschakelen
Druk nogmaals op INFO.