Operation Manual

Werking met cassette
23
Het opnemen van t.v.-programma's
U kunt met deze videorecorder op verschillende
manieren opnemen. De functie ITR maakt het
mogelijk een automatische opname op te starten
met een welbepaalde opnameduur of tot aan het
einde van de videocassette.
De videorecorder is voorzien van een LP functie
die het mogelijk maakt de opnameduur van een
videocassette te verdubbelen. Op een E-180
videocassette kunt u in de standaard functie (SP)
180 minuten opnemen. Door gebruik te maken
van de LP functie kunt u met dezelfde videocassette
360 minuten lang opnemen. In dat geval is de
kwaliteit van beeld en klank wel iets minder goed.
11
Controleer of de videorecorder correct is aanges-
loten volgens de instructies op de vorige bladzijden
van deze handleiding.
Druk de POWER toets van de videorecorder in om
het toestel aan te zetten.
22
Steek een videocassette met een intact beveilig-
ingsplaatje in de videorecorder.
Zorg ervoor dat het doorzichtig gedeelte naar
boven is gericht en de pijl van u af.
33
Druk de toets of in om het nummer te
selecteren van het programma dat u wilt opnemen.
U kunt het programmanummer ook rechtstreeks
invoeren met behulp van de cijfertoetsen op de
afstandsbediening.
44
Wilt u rechtstreeks via een SCART contact of van
de AUDIO/VIDEO-ingangsaansluitingen op het
voorpaneel opnemen, druk de toets AUX verschil-
lende keren in totdat het gewenste contact verschijnt.
AV 1 Voor opnamen van klank en beeld via het
onderste SCART contact aan de achterzijde van de
videorecorder.
AV 2 Voor opnamen van klank en beeld via het
bovenste SCART contact aan de achterzijde van de
videorecorder.
AV 3 Voor het opnemen via de aansluitingen
VIDEO IN en AUDIO IN (L/R).
55
Druk de toets in om de gewenste opnameduur
te selecteren: dubbel (LP) of normaal (SP).
De functie SP biedt een betere beeld- en
klankkwaliteit, maar met de LP functie kunt u twee
keer langer opnemen.
Op de videorecorder verschijnt SP of LP om u uw
keuze te herinneren.
66
Om de opname te beginnen, drukt u op
00
op het
voorpaneel of, al drukkend op
00
, op PLAY G op de
afstandsbediening drukt.
RECORD wordt op het TV-scherm weergegeven.
Druk op
00
op het voorpaneel of druk enkele keren
op PLAY
G op de afstandsbediening terwijl u
00
houdt ingedrukt.
Elke keer u drukt, wordt de opnametijd met 30
minuten verlengd, met een maximum van 9 uur.
77
Druk de toets
;;
in om de opname van ongewenste
delen van het programma te vermijden.
Druk de toets
;;
opnieuw in om met de opname
door te gaan (Op dit ogenblik zal de opnamemodus
terug tot de normale opnamemodus.).
De opname kan 5 minuten onderbroken worden; de
melding RECP verschijnt wanneer de PAUSE func-
tie is ingeschakeld. Na 5 minuten wordt de opname
automatisch stopgezet om te vermijden dat het
toestel of de cassette beschadigd worden.
88
Om de opname te eindigen, drukt u twee maal op
99
binnen 5 seconden.
Druk de toets EJECT in.
De melding EJECT verschijnt op het t.v.-scherm.
Opmerkingen
Wilt u op een bepaalde videocassette niets meer opne-
men (hetgeen vaak per ongeluk gebeurt !), verwijder
het beveiligingsplaatje aan de achterzijde, op de rand
van de cassette.
Wilt u een cassette waarvan het beveiligingsplaatje is
weggehaald, later toch weer gebruiken voor een
opname, maak de opening dicht met een stukje kleef-
band.
Vergeet niet dat u een programma kan opnemen met
behulp van instant recording terwijl u naar een ander
programma kijkt. Druk op TV/VCR om de TV-modus te
selecteren en kies vervolgens een ander kanaal op uw
TV.
WERKING