Operation Manual

– 41 –
Nederlands
De functie JOIN
Met deze functie kunt u twee tracks die aan elkaar grenzen
met elkaar verenigen.
Als u de bewerking tussentijds wilt beëindigen, drukt u
op de toets EDIT.
ALLEEN op de eenheid:
1
Plaats de MD die u wilt bewerken in de MD-lade.
2
Druk op EDIT.
De afspeelbron wordt gewijzigd in “MD” en de MD-
recorder wordt ingesteld op de bewerkingsmodus
(waarbij de functie DIVIDE is geselecteerd).
Als “JOIN” niet wordt weergegeven (maar in plaats
daarvan“ – – – –” ), kunt u de tracks niet samenvoegen.
3
Druk op de onderzijde (1 ) of bovenzijd
(¡
) van de bedieningsknop om “JOIN” te
selecteren en druk vervolgens op SET.
4
Druk op de onderzijde (1 ) of bovenzijde
(¡
) van de bedieningsknop om de twee
opeenvolgende tracks te selecteren die u wilt
samenvoegen.
5
Druk op de toets SET.
Als u verkeerde tracks hebt geselecteerd, drukt u op
CANCEL en selecteert u vervolgens de juiste tracks.
6
Druk op de toets ENTER/DEMO om de bewerking
te voltooien.
7
Druk op 0 voor de MD-recorder om de MD-lade te
openen.
De tekst “WRITING” wordt weergegeven en de
bewerkingen die u hebt uitgevoerd, worden vastgelegd
op de MD.
Als u de samengevoegde tracks weer wilt opsplitsen,
moet u de functie DIVIDE uitvoeren.
De functie MOVE
Met deze functie kunt u een track verplaatsen naar een
andere positie op dezelfde MD. U kunt de volgorde van de
tracks op een MD op deze manier naar eigen inzicht
wijzigen als u dat wilt.
Als u de bewerking tussentijds wilt beëindigen, drukt u
op de toets EDIT.
ALLEEN op de eenheid:
1
Plaats de MD die u wilt bewerken in de MD-lade.
2
Druk op EDIT.
De afspeelbron wordt gewijzigd in “MD” en de MD-
recorder wordt ingesteld op de bewerkingsmodus
(waarbij de functie DIVIDE is geselecteerd).
Als “MOVE” niet wordt weergegeven (maar in plaats
daarvan“ – – – –” ), kunt u de tracks niet samenvoegen.
Een voorbeeld. Als u track 2 en 3 tot één
track wilt samenvoegen.
NL38-43.CA-MXS5RMD[EN]/F 99.8.9, 2:56 PM41