User manual
Bedieningspaneel
1
2
3
4
A
B
1 Aan-/Uittoets
2 Programmakeuze/annuleringstoets (RESET)
3 Controlelampjes
4 Programmalampjes
Controlelampjes
Einde programma Gaat aan als een afwasprogramma is afgelopen. Hulpfuncties:
• Niveau van de waterontharder.
• In- of uitschakelen van de geluidssignalen.
• Er klinkt een geluidssignaal als het apparaat een storing heeft.
Zout
1)
Het lampje gaat branden wanneer het zoutreservoir bijgevuld moet wor-
den. Zie hoofdstuk 'Gebruik van zout voor afwasmachines'.
Het controlelampje voor zout kan, nadat u het reservoir heeft bijgevuld,
nog enkele uren blijven branden. Dit heeft geen ongewenst effect op de
werking van het apparaat.
1) Wanneer het zoutreservoir leeg is, gaat het bijbehorende indicatielampje niet aan als er een
wasprogramma loopt.
Toets programmakeuze/annuleren
Gebruik de toets programmakeuze/annule-
ren voor deze handelingen:
• Het instellen van het afwasprogramma. Zie
hoofdstuk 'Een afwasprogramma instellen
en starten'.
• Het instellen van de waterontharder. Zie
hoofdstuk 'De waterontharder instellen'.
• Het in-/uitschakelen van de geluidssigna-
len. Zie hoofdstuk 'Geluidssignalen'.
• Het annuleren van een lopend afwaspro-
gramma. Zie hoofdstuk 'Een afwaspro-
gramma instellen en starten'.
Instelmodus
Het apparaat staat in instelmodus als alle
programmalampjes uit zijn en het lampje Ein-
de programma knippert.
Het apparaat moet in de instelmodus staan
voor deze bewerkingen:
– het instellen van een afwasprogramma.
– het instellen van het niveau van de water-
ontharder.
– het in-/uitschakelen van de geluidssigna-
len.
Het apparaat staat niet in de instelmodus als
er slechts programmalampje brandt. Annu-
leer het programma om terug te keren naar
de instelmodus. Zie hoofdstuk 'Een afwas-
programma instellen en starten'.
Programmalampjes A en B
In aanvulling op de keuze van het bijbeho-
rende afwasprogramma, hebben deze lamp-
jes extra functies:
• Op welke stand de waterontharder is in-
gesteld.
4