Gebruiksaanwijzing Was/droogcombinatie IWT 1459.
Inhoud Veiligheidsinformatie Beschrijving van het product Bedieningspaneel Display Controlelampjes (10) Het eerste gebruik Personalisering Dagelijks gebruik Wasprogramma's Droogprogramma's 2 4 5 6 6 7 7 7 12 14 Nuttige aanwijzingen en tips Tips voor het drogen Onderhoud en reiniging Problemen oplossen Technische gegevens Verbruikswaarden Montage Aansluiting aan het elektriciteitsnet Inbouwen 15 16 17 21 24 24 25 29 29 Wijzigingen voorbehouden Veiligheidsinformatie Belangrijk! Zorgvuldig lezen en voo
Installatie • Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst. • Controleer bij het uitpakken van het apparaat of dit niet is beschadigd. Gebruik het apparaat bij twijfel niet en neem contact op met de Klantenservice. • Alle verpakkingsmaterialen en transportbouten moeten vóór het gebruik worden verwijderd. Als dit wordt nagelaten kan dit ernstige schade aan het product en andere eigendommen tot gevolg hebben. Zie het desbetreffende hoofdstuk in de gebruiksaanwijzing.
• De verpakkingsmaterialen (zoals plasticfolie en polystyreen) kunnen een gevaar opleveren voor kinderen - verstikkingsgevaar! Houd deze materialen buiten het bereik van kinderen. • Berg alle wasmiddelen op een veilige plaats, buiten het bereik van kinderen, op. • Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet in de trommel kunnen klimmen. Om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in deze machine vast komen te zitten, heeft hij een speciale functie.
Wasmiddellade Vakje voor voorwasmiddel of vlekkenverwijderaar. Het voorwasmiddel wordt het begin van het wasprogramma ingespoeld. Het vlekkenzout wordt tijdens de VLEKKEN-fase in de hoofdwas in gespoeld. Vakje voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel voor de hoofdwas . Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel). Volg de aanbevelingen van de fabrikant op voor wat betreft de te gebruiken hoeveelheden en overschrijd het "MAX" teken in de wasmiddellade niet.
Display 7.2 7.3 7.1 7.1 Duur van het gekozen programma Duur van het gekozen programma : Nadat u een programma gekozen heeft, wordt de tijdsduur in uren en minuten aangegeven (bijvoorbeeld 2.05 ). De duur wordt automatisch berekend op basis van de aanbevolen maximale lading voor elk type wasgoed. Na de start van het programma wordt de resterende tijd elke minuut bijgewerkt.
Het eerste gebruik • Zorg ervoor dat de elektrische aansluiting en de wateraansluiting voldoen aan de installatie-instructies. • Verwijder het polystyreenblok en evt. andere materialen uit de trommel. • Laat, voordat u de machine voor de eerste keer gebruikt, het katoenpro- gramma op de hoogste temperatuur draaien zonder wasgoed in de machine, zodat eventuele fabricageresten uit de trommel en de kuip worden verwijderd. Giet een halve maatbeker wasmiddel in het vakje voor de hoofdwas en start de machine.
Aan het einde van het programma moet de keuzeknop op stand gedraaid worden, om de machine uit te schakelen. Als u de programmakeuzeknop naar een ander programma draait terwijl de machine in bedrijf is, gaat het gele controlelampje van toets 8 3 keer knipperen en wordt het bericht Err op het display weergegeven om een onjuiste keuze aan te geven. De machine zal het nieuw gekozen programma niet uitvoeren. 2.
Selecteer de optie VLEKKEN (toets 3) Kies deze optie om sterk vervuild wasgoed of wasgoed met vlekken te behandelen met vlekkenverwijderaar (verlengde hoofdwas met tijdgeoptimaliseerde vlekkenbehandelingsfase). Het desbetreffende lampje licht op. Deze optie is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C. Als u een programma wilt laten draaien met de vlekkenoptie, giet dan vlekkenverwijderaar in het vakje .
De functie UITGESTELDE START kan niet geselecteerd worden bij het programma POMPEN. Een optie of lopend programma wijzigen Het is mogelijk om een optie te veranderen voordat het programma deze uitvoert. Voordat u iets kunt veranderen, moet u de wasmachine laten pauzeren door op toets 8 . U kunt een lopend programma alleen veranderen door het te resetten . Draai de proen dan op grammakeuzeknop eerst op de stand van het nieuwe programma. Start het nieuwe programma door nogmaals op toets 8 te drukken.
Selecteer de droogtijd door te drukken op toets 6 Met deze toets kkunt u de duur van de droogcyclus kiezen, afhankelijk van het soort textiel (katoen of synthetische stoffen). Druk op toets 6 , totdat de door u gewenste tijd op het display verschijnt.. Voor Katoen kunt u een droogtijd selecteren van 10 minuten tot 250 minuten (uren 4.10). Voor Synthetische stoffen kunt u een droogtijd selecteren van 10 minutes tot 130 minuten (uren 2.10).
Wasprogramma's Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale centrifugesnelheid Maximale belading wasgoed Type wasgoed Opties KATOEN 95°- 30° Hoofdwas, - Spoelgangen - Lang centrifugeren Maximale centrifugesnelheid 1400 tpm Max. belading 6 kg - gereduceerde lading 3 kg Voor wit en bont katoen (normaal vervuilde artikelen).
Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale centrifugesnelheid Maximale belading wasgoed Type wasgoed Opties WOL/HANDWAS 30° tot Koud Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Maximale centrifugesnelheid 1200 tpm Max. belading 2 kg Wasprogramma voor in de machine wasbare wol en voor met de hand wasbare wol en fijne stoffen. Belangrijk : Een enkel of groot stuk wasgoed kan onbalans veroorzaken.
Programma Maximale en minimale temperatuur Beschrijving van de cyclus Maximale centrifugesnelheid Maximale belading wasgoed Type wasgoed Wasmiddel Vakje Opties OPFRISSEN 30° Hoofdwas - Spoelgangen - Kort centrifugeren Maximale centrifugesnelheid 1200 tpm Max. belading 3 kg Dit programma kan gebruikt worden voor het snel wassen van sportartikelen, of katoenen en synthetische artikelen die licht vervuild of slechts eenmaal gedragen zijn.
Overeenkomstig de EG-richtlijn EN 50229 moet het referentieprogramma voor katoen voor de gegevens die op het energielabels staan worden getest door maximale belading in twee gelijke delen te verdelen en deze elk met DROOGTIJD te drogen. Nuttige aanwijzingen en tips De was sorteren Houd u aan de wassymbolen op de etiketten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en de wasvoorschriften van de fabrikant. Sorteer het wasgoed als volgt: wit, bont, synthetisch, fijne was, wol.
• waspoeder voor alle soorten weefsels • waspoeder voor tere weefsels (60°C max) en wol • vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogramma's op lage temperatuur (60°C max) voor alle soorten weefsels, of speciaal voor alleen wol. De wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen moeten in het juiste vakje van de wasmiddellade worden gedaan voordat het wasprogramma wordt gestart. Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar wasmiddel, dient een programma zonder voorwas te worden gekozen.
den en overschrijd het "MAX" teken in de wasmiddellade niet . Wasvoorschriften in de kleding Volg voor het drogen de aanwijzingen van de fabrikant op het label op: • = mag in de wasdroger • = Drogen op hoge temperatuur • = Drogen op lage temperatuur • = Niet geschikt voor de wasdroger. Duur droogcyclus De droogtijd kan variëren afhankelijk van: • toerental van de laatste centrifugegang • gewenste droogtegraad (strijkdroog, kastdroog) • soort wasgoed • gewicht van de hoeveelheid wasgoed.
2. Spoel de lade af onder een kraan om eventuele resten waspoeder te verwijderen. 4. Schuif de lade weer naar binnen en laat het spoelprogramma lopen, zonder kleding in de trommel. Wastrommel Roestaanslag in de trommel kan voorkomen vanwege roestende vreemde voorwerpen in de was of door leidingwater dat ijzer bevat. Belangrijk! Maak de trommel niet schoon met zure ontkalkingsmiddelen, schuurmiddelen die chloor bevatten of staalwol. 3.
Afvoerpomp De pomp moet regelmatig worden gecontroleerd en in het bijzonder als: • de machine niet pompt en/of niet centrifugeert • de machine tijdens het pompen een abnormaal geluid maakt als gevolg van veiligheidsspelden, munten, enz. die de pomp blokkeren. Ga als volgt te werk: 1. Schakel de wasautomaat uit en trek de stekker uit het stopcontact. 2. Wacht indien nodig tot het water is afgekoeld. 3. Plaats een opvangbak dichtbij de pomp ( A ) om het vrijkomende water op te vangen. A B 4.
7. Plaats de dop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats. 2. Schroef de slang van de kraan. 3. Reinig het zeefje in de slang met een harde borstel. 4. Schroef de waterslang weer op de kraan. Zorg ervoor dat de aansluiting stevig vast zit. 5. Schroef de slang van het apparaat. Houd een oude doek bij de hand om eventueel gemorst water te kunnen opvegen. 8. Schroef de pomp weer helemaal vast.
35° 45° opvangbak leeg. Herhaal deze procedure totdat er geen water meer uit de slang komt; 5. reinig indien nodig de pomp, zoals hierboven beschreven; 6. plaats de stop terug op de noodafvoerslang en zet de slang terug op zijn plaats; 7. schroef de pomp weer vast. 8. Draai de waterkraan open. Machine legen in geval van nood Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als volgt te werk om de machine leeg te laten lopen: 1. trek de stekker uit het stopcontact; 2. draai de waterkraan dicht. 3.
Storing Mogelijke oorzaak/Oplossing De machine start niet: De deur is niet goed gesloten. E40 • Doe de deur stevig dicht. De stekker zit niet goed in het stopcontact. • Steek de stekker in het stopcontact. Er staat geen spanning op het stopcontact. • Controleer de elektrische installatie in uw woning. De hoofdzekering is doorgebrand. • Vervang de zekering. De keuzeknop is niet goed ingesteld en er is niet op toets 8 gedrukt. • Draai de keuzeknop en druk toets 8 opnieuw in.
Storing Mogelijke oorzaak/Oplossing Onbevredigende wasresultaten: Er is te weinig of ongeschikt wasmiddel gebruikt. • Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel. Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen behandeld. • Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hardnekkige vlekken te behandelen. De juiste temperatuur was niet gekozen. • Controleer of u de juiste temperatuur heeft gekozen. Te veel wasgoed in de trommel. • Verminder laadvolume.
Mo Prodd. ... . No ... ... . ... ... .. Se r. No . ... ... ... Als u het probleem niet kunt vinden of oplossen, neem dan contact op met onze Klantenservice. Noteer alvorens te bellen het model, serienummer en de aankoopdatum van de machine: de Klantenservice zal om deze informatie vragen. Mod. ... ... ... Prod. No. ... ... ... Ser. No. ... ... ...
De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen variëren afhankelijk van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur van het aangevoerde water en de omgevingstemperatuur. Montage Uitpakken Alle transportbouten en verpakkingsmaterialen moeten worden verwijderd alvorens de machine in gebruik te nemen. Wij raden u aan alle transportbeveiligingen te bewaren, zodat zij kunnen worden gemonteerd als de machine ooit nog eens moet worden vervoerd. 1.
6. Maak het kleine gaatje aan de bovenkant en de twee grotere gaten dicht met de plastic doppen die in het zakje zitten van de gebruiksaanwijzing. C B B C Verwijder de beugel D . 7. Sluit de watertoevoerslang aan zoals beschreven in paragraaf "Watertoevoer". Alle doppen zijn meegeleverd in het plastic zakje bij de gebruiksaanwijzing. D 5. Maak de zes kleine bouten vast C . C C Plaatsing en waterpas zetten Installeer de machine op een vlakke harde vloer.
35° 45° voor het geval er een storing moet worden verholpen. Zet de machine zorgvuldig waterpas door de stelvoetjes in of uit te draaien. Leg nooit karton, hout of iets dergelijks onder de machine om oneffenheden van de vloer te compenseren. 2. Sluit de slang met de haakse aansluiting op de machine aan. Als de machine waterpas is gezet, draai dan de sluitmoeren vast. Watertoevoer Een toevoerslang is meegeleverd; deze is te vinden in de trommel van de machine.
bouwvoorschriften. Controleer de minimale waterdruk die vereist is voor de veilige werking van het apparaat in hoofdstuk "Technische gegevens. U kunt de slang met een stuk touw aan de kraan vastbinden of aan de wand bevestigen. Waterstop De toevoerslang is voorzien van een waterstop, een beveiligingsvoorziening tegen schade veroorzaakt door waterlekkage die kan ontstaan door natuurlijke slijtage van de slang. Deze storing wordt aangegeven door een rood vlak in venster "A" .
Aansluiting aan het elektriciteitsnet Informatie over de elektrische aansluiting staat op het typeplaatje aan de binnenkant van de deur van het apparaat. Controleer of de elektrische installatie in uw woning geschikt is voor het maximale vereiste vermogen; houd hierbij rekening met andere apparaten die in gebruik zijn. Sluit de machine aan op een stopcontact met randaarde. letsel die voortkomt uit het niet opvolgen van bovengenoemde veiligheidsvoorschriften.
• Deur De afmetingen van de deur moeten zijn: – Breedte 595-598 mm – Dikte 16-22 mm De hoogte (C-Afb. C ) hangt af van de hoogte van de aansluitende kastjes. • Tegenmagneet (6) Het apparaat is in de fabriek zo ingesteld dat de deur magnetisch sluit. Om de juiste werking van dit apparaat mogelijk te maken, moet u de tegenmagneet (6) (stalen schijf + rubberen ring) aan de binnenkant van de deur schroeven. De positie ervan moet overeenkomen met de magneet (4) op het apparaat (zie afbeelding D ).
132 952 810-00-252009