Operation Manual
Generated by Unregistered Batch DOC TO PDF Converter 2011.3.804.1511, please register!
7
GEBRUIK
Noodbediening
Gelieve de noodbediening te gebruiken wanneer de afstandsbediening defect of niet beschikbaar is.
Druk op de noodknop wanneer de airconditioner uitgeschakeld is. De airconditioner zal zich in
autofunctie aanschakelen. Swing zal automatisch werken.
Druk op de noodknop wanneer de airconditioner aangeschakeld is, het toestel zal zich
uitschakelen.
Wanneer de airconditioner op "on time" (aanschakeltijd) of "off time" (uitschakeltijd) ingesteld is, zal
een druk op de noodknop deze functie uitschakelen.
Functie van de controlelampjes
Het LCD-display geeft het volgende weer:
1. Wanneer de airconditioner aangeschakeld is, brandt het aan/uit-controlelampje
(groen). Wanneer het toestel uitgeschakeld is, is het aan/uit-controlelampje
eveneens uit.
2. Wanneer de airconditioner in verwarmingsfunctie is, zal het toestel vermijden
om koude lucht uit te blazen en in ontdooifase zal het aan/uit-controlelampje
flikkeren (1,5 seconden aan, 0,5 seconden uit).
3. In uit-stand zal de airconditioner het controlelampje "power" (geel) gebruiken
om een probleem van de temperatuursensor van de unit weer te geven.
4. Systeemstoornis: wanneer een systeemstoornis optreedt, zal het aan/uit-
controlelampje (groen) flikkeren (5 seconden aan, 3 seconden uit).
5. Timer/sleep-controlelampje (geel): Wanneer het toestel op "timer" of "sleep" is,
zal dit controlelampje branden. Indien u de functie annuleert, zal het
controlelampje uit zijn.
Defect
Aan/uit-controlelampje
(groen)
"power"-
controlelampje (rood)
Temperatuursensor van
de binnenunit
UIT
Flikkert 1 keer per 8
seconden
Sensor van de binnenste
spiraalbuis
UIT
Flikkert 2 keer per 8
seconden