Operation Manual

1
Gebruik afstandsbediening
In- en uitschakelen
Druk op de knop I/O om de airconditioner in te schakelen en opnieuw op dezelfde knop om het apparaat
uit te schakelen.
Temperatuur instellen
Druk op de knoppen voor het instellen van de temperatuur: eenmaal drukken op verlaagt de te handhaven
temperatuur met 1°C en eenmaal drukken op “ ” verhoogt de te handhaven temperatuur met 1°C.
De temperaturen worden weergegeven op de LCD van de afstandsbediening.
Nachtschakeling
Druk éénmaal op de SLEEP-knop om de functie in te schakelen en opnieuw om de functie uit te schakelen. Met
deze nachtfunctie zal de temperatuur automatisch worden aangepast en zal het geluidsniveau van het toestel
lager zijn.
In koelfunctie (COOL) zal de temperatuur, nadat de nachtfunctie ingeschakeld is, tijdens het eerste uur
met 1°C stijgen en tijdens het tweede uur met 2°C en zal verder volgens deze temperatuur werken.
In verwarmingsfunctie (HEAT)zal de temperatuur, nadat de nachtfunctie ingeschakeld is, tijdens het eerste
uur met 2°C dalen en tijdens het tweede uur nog met 2°C dalen. Vervlogens zal de temperatuur niet meer
veranderen.
Druk op de FAN SPEED-knop om het ventilatortoerental van de binnenunit in stellen:
(laag) (matig) (hoog) (automatisch).
Snelheid van de ventilator instellen
Druk op de MANUAL-knop: de luchtklep wordt thans onder een bepaalde hoek versteld. De hoek van de
uitblaasrichting wordt als volgt versteld:
(1) (2) (3) (4) (5) (automatisch). (Afb.2)
Instellen van de uitblaasrichting
Uitblaasrichting hoog/laag instellen
Opgelet
Bij ontvochtigen (DRY) en koelen (COOL) wordt de lucht gedurende een uur naar beneden
uitgeblazen (4), (5) en wordt daarna automatisch op horizontaal ingesteld op te vermijden
dat het toestel drupt.