Operating instructions

– 4
om kabeltrommels te gebrui-
ken die garanderen dat de
contactdozen zich minstens
60 mm boven de grond be-
vinden.
 Het elektriciteitssnoer niet
voor het bevestigen / trans-
porteren van het apparaat ge-
bruiken.
 Trek niet aan het snoer, om
de stekker uit het stopcontact
te trekken, maar aan de stek-
ker.
 Het elektriciteitssnoer niet
over scherpe randen trekken
en niet bekneld laten raken.
 De op het typeplaatje aange-
geven spanning moet met de
spanning van de stroombron
overeenkomen.
 Om risico 's te vermijden, mo-
gen reparaties en het vervan-
gen van onderdelen aan het
apparaat alleen worden uit-
gevoerd door een erkende
klantendienst.
 Pompen en stekkerdozen
met een aardlekschakelaar
met een nominale lekstroom
van max. 30 mA en met een
beschermcontact (aarding)
gebruiken.
 Aardlekschakelaar en be-
schermcontact (aarding) re-
gelmatig op functioneren con-
troleren.
 Pompen in geen geval ge-
bruiken, wanneer zich perso-
nen in het zwembad of in de
tuinvijver bevinden.
 Tijdens het bedrijf pompvloei-
stof, het aan het transport-
handvat bevestigde touw als-
ook voorwerpen, die met de
de pompvloeistof in contact
(bv. in het water oprijzende
buisleidingen, leuningen,
etc.) zijn, niet aanraken.
 In Oostenrijk moeten pom-
pen voor het gebruik in
zwembaden en tuinvijvers die
uitgerust zijn met een vaste
aansluitleiding, conform ÖVE
B/EN 60555 Deel 1 tot 3, ge-
voed worden via een ÖVE-
geteste scheidingstransfor-
mator, waarbij de nominale
spanning secundair niet ho-
ger mag liggen dan 230V.
 De elektrische aansluiting
mag alleen uitgevoerd wor-
den door een electricien. De
nationale bepalingen daartoe
moeten zeker in acht geno-
men worden!
몇 WAARSCHUWING
 Dit apparaat mag niet ge-
bruikt worden door personen
met beperkte fysieke, zintuig-
lijke of mentale capaciteiten
of met te weinig ervaring en/
of kennis, tenzij ze onder toe-
zicht staan van een bevoeg-
de persoon die instaat voor
hun veiligheid of van die per-
soon instructies hebben ge-
kregen over het gebruik van
het apparaat en de daaruit re-
sulterende gevaren begrij-
pen.
Veilige omgang
15NL