Operation Manual

16
U kunt de tunerconfi guratie voor de volgende soorten ontvangstinstallaties uitvoeren:
- DiSEqC™1.0
- DiSEqC™1.1
- Draai-antenne (DiSEqC™1.2/DiSEqC™1.3/USALS)
- eenvoudige LNB of
- systeem met enkele kabel
Wanneer uw ontvangstinstallatie een installatie met enkele kabel is, gaat u verder met het
punt “Systeem met enkele kabel” in dit hoofdstuk.
Voordat u met de tunerconfi guratie begint, moet u de beide instellingen “Type aansluiting tuner 2” en
“Signaalconfi guratie tuner 2” uitvoeren.
Type aansluiting tuner 2
Selecteer hier het type aansluiting voor tuner 2. De actueel geselecteerde instelling wordt grafi sch in
het aansluitvoorbeeld in het scherm links boven weergegeven. Of:
Gescheiden:
De tweede tineringang van de receiver
(LNB2 IN) heeft een eigen signaalingang
(d.w.z. een directe verbinding tussen
de antennecontactdoos en de ingang
tuner 2) Zie voorbeeld afbeelding rechts.
Doorgelust:
De tweede tuneringang van de receiver
(LNB2 IN) krijgt het actuele op Tuner
1-doorlusuitgang aanwezige signaal
doorgelust. In dit geval kunnen met de
tweede tuner alleen nog programma’s van
het actueel op de eerste tuner aanwezige
programmaniveau worden ontvangen. Zie
voorbeeld afbeelding rechts.
Zie hiervoor ook “Info over antenne-
aansluiting en doorluswerking” eerder in
dit hoofdstuk.
Aansluiting en inbedrijfstelling