Operation Manual

KAWAI DIGITALE PIANO CA9, CA7
36
Na het kiezen van de “Key signature” functie door op de MENU knoppen te drukken kunt u
met de VALUE knoppen de gewenste toonhoogte instellen.
De LCD display toont de gekozen toonhoogte.
Let wel op dat het hier niet gaat om een transponering van het klavier maar het
verschuiven van de onderlinge tonen binnen een octaaf. Gebruik de TUNING of
TRANSPOSE functie om de toonhoogte van het gehele klavier te veranderen.
LET OP:
Deze toonhoogtefunctie is niet beschikbaar als het EQUAL temperament is gekozen.
7. STRECHT TUNING
Deze functie bepaalt de hoeveelheid waarin de stemming “uitgerekt” wordt. U kun tkiezen
tussen Normal en Wide.
Nadat u “Stretch Tuning” met de MENU knoppen heeft gekozen gebruikt u de VALUE
knoppen om de juiste stand te kiezen.
De LCD display toont de instelling.
LET OP:
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer voor het EQUAL of EQUAL (Piano Only)
temperament is gekozen.
8. PIANO AMBIENCE (ALLEEN CA9)
Deze functie past het volume van de bovenste speakers aan. Het volume is te regelen van
1 tot 10 of helemaal uit (off). De standaard instelling is 5.
Nadat u de Piano Ambiencefunctie met de MENU knoppen heeft gekozen gebruikt u de
VALUE knoppen om deze functie af te regelen.
De LCD display toont de instelling.
5.2. Menu knoppen
Deze knoppen worden gebruikt om toegang te krijgen tot onderliggende
stemming, MIDI en systeemfuncties van de CA piano en deze te veranderen.
Deze zijn:
1. Brilliance (helderheid)
2. Octaaf verschuiven van onderhand
3. Pedaal aan/uit onderhand
4. Layer Octaaf verschuiven
5. Layer aanslaggevoeligheid
6. Damper pedaal
7. Stemming
8. MIDI kanaal
9. Zend Program Change nummer
10. Local Control aan/uit
11. Zend Program Change nummer aan/uit