User Manual

7
Opmerking voor specificaties
Bluetooth-frequentiebereik:
2,402 GHz — 2,480 GHz
Bluetooth RF-uitgangsvermogen (E.I.R.P.):
+4 dBm (MAX), vermogensklasse 2
Luidsprekerimpedantie:
4 Ω — 8 Ω
Bedrijfsvoltage:
12 V gelijkstroom-autoaccu
Bluetooth®
Afhankelijk van de Bluetooth-versie, het besturingssysteem en de
firmwareversie van uw mobiele telefoon, werken Bluetooth-functies mogelijk
niet met dit apparaat.
Zorg dat u de Bluetooth-functie van het apparaat inschakelt om de volgende
bedieningen uit te voeren.
De signaalcondities verschillen afhankelijk van de omgeving.
Verbind de microfoon
Sluit de bijgeleverde microfoon aan op de microfooningang op het achterpaneel.
Stel de
hoek van de
microfoon in
Zet indien nodig met
snoerklemmen (niet
bijgeleverd) vast.
Een Bluetooth apparaat voor het eerst koppelen en
verbinden
1 Druk op B SRC om het toestel in te schakelen.
2 Zoek en selecteer de naam van uw receiver (“KMM-BT358”/“KMM-BT309”/
“KMM-BT209”) op het Bluetooth-apparaat.
“PAIRING”
“PASS XXXXXX” “Naam van toestel” “PRESS” “VOLUME
KNOB” verschijnt op het display.
Met bepaalde Bluetooth apparaten moet u mogelijk direct na het zoeken de
PIN-code (persoonlijk identificatienummer) invoeren.
3 Druk op de volumeknop om het koppelen te starten.
“PAIRING OK” verschijnt wanneer het koppelen is voltooid.
Nadat het koppelen eenmaal is uitgevoerd, wordt de Bluetooth verbinding
automatisch gemaakt.
/ : “BT1 CONNECTED” en/of “BT2 CONNECTED”
verschijnen gedurende 2 seconden op het displayvenster.
”-indicator gaat branden om het vermogen van de batterij en het
verbonden apparaat te tonen.
: “BT1” en/of “BT2” indicator(s) licht(en) op het displayvenster op.
Beantwoorden van een gesprek
Druk op
, de volumeknop of op een van de cijfertoetsen (1 tot 6).
Draai de volumeknop om het volume van de telefoon aan te passen van
[00]
tot
[35]
.
Om een gesprek te beëindigen, druk op
.
Audiospeler via Bluetooth
1 Druk herhaaldelijk op B SRC om BT AUDIO te kiezen.
• Druk op
en voer BT AUDIO direct in.
2 Bedien de audiospeler via Bluetooth om het afspelen te starten.
Voor het Op het voorpaneel
Afspelen/pauzeren
Druk op 6 IW.
Kiezen van een groep of map Druk op 2
/ 1 .
Achterwaarts verspringen/
Voorwaarts verspringen
Druk op
.
Snel achterwaarts/Snel
voorwaarts
Houd
even ingedrukt.
Afspelen herhalen Druk herhaaldelijk op 4
.
Willekeurig afspelen
Houd 3
even ingedrukt om
[ALL RANDOM]
of
[GROUP RANDOM]
te kiezen.