Operation Manual
7
Terug naar beginpagina
Basisbediening
Nummer Naam Functie
1
fi (resetten)
• Als het toestel of het hiermee verbonden toestel niet correct
werkt, worden de fabrieksinstellingen gereset door op deze
knop te drukken (P.109).
• Als de SI (Security Indicator)-functie is ingeschakeld, gaat de
beveiligingsindicator knipperen als de contactsleutel van het
voertuig in de uit-stand staat (P.80).
2
ATT • Schakelt demping van het volume in/uit.
• Als de knop 1 seconde wordt ingedrukt, wordt het scherm
uitgeschakeld.
3
∞, 5 (vol.)
Regelt het volume.
4
AUD • Geeft het scherm Graphic Equalizer weer (P.95).*
• Als de knop 1 seconde wordt ingedrukt, wordt de
cameraweergave in-/uitgeschakeld.
5
NAV • Geeft het navigatiescherm weer.
• Als de knop 1 seconde wordt ingedrukt, worden de op de
AV-uitgang aangesloten omgeschakeld.
6
MENU • Geeft het scherm Top Menu weer (P.19).
• Als de knop 1 seconde wordt ingedrukt, wordt het toestel
uitgeschakeld.
• Als het toestel is uitgeschakeld, wordt het ingeschakeld.
7
TEL • Geeft het scherm Hands Free weer (P.64).
• Als de knop 1 seconde wordt ingedrukt, wordt het scherm
Voice Recognition (Spraakherkenning) weergegeven
(P.72).
8
0 (uitwerpen)
• Werpt de disk uit.
• Als het paneel open is en de knop wordt ingedrukt, wordt
het paneel gesloten. Als de knop 1 seconden wordt
ingedrukt, wordt de disk geforceerd uitgeworpen.
• Als het paneel gesloten is en de knop wordt 1 seconde
ingedrukt, wordt het paneel ter hoogte van de SD-kaartsleuf
volledig geopend.
9
Afstandsbedieningssensor Ontvangt het signaal van de afstandsbediening.
10
Disksleuf Een sleuf waarin een diskmedium kan worden geplaatst.
11
SD-kaartsleuf Een sleuf waarin een SD-kaart kan worden geplaatst. De
kaart wordt gebruikt om de kaart te updaten. Voor meer
informatie over het updaten van de kaart, raadpleegt u de
gebruiksaanwijzing van het navigatiesysteem.
Daarnaast kunt u het audio/beeld-bestand op de kaart
afspelen.
* Het is mogelijk dat in bepaalde gevallen het scherm Graphic Equalizer niet wordt weergegeven.