TM-281A/ TM-281E RICETRASMETTITORE 144 MHz FM MANUALE DI ISTRUZIONI 144 MHz FM MOBILFUNKGERÄT BEDIENUNGSANLEITUNG 144 MHz-FM-ZENDONTVANGER GEBRUIKSAANWIJZING © B62-2350-10 (K,E,M2) 09 08 07 06 05 04 03 02 01
144 MHz-FM-ZENDONTVANGER TM-281A 144 MHz-FM-ZENDONTVANGER TM-281E NEDERLANDS GEBRUIKSAANWIJZING KENNISGEVING Deze apparatuur voldoet aan de vereisten van Richtlijn 1999/5/EG. Het gebruik van het waarschuwings-symbool betekent dat dit apparaat in bepaalde landen aan gebruiksbe-perkingen onderhevig is. Voor deze apparatuur is een licentie nodig en is bedoeld voor gebruik in onderstaande landen.
HARTELIJK DANK! MARKTCODES Hartelijk dank voor de aanschaf van deze Kenwood transceiver. Kenwood brengt voortdurend producten voor radioamateurs op de markt die door serieuze hobbyisten verrassend en opwindend gevonden worden. Deze transceiver is daarop geen uitzondering! Terwijl u leert deze transceiver te bedienen, zal het u duidelijk worden dat bij Kenwood “gebruikersvriendelijkheid” prioriteit heeft.
VOORZORGSMAATREGELEN Gelieve de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht te nemen om brand, persoonlijk letsel en/of beschadiging van de transceiver te voorkomen. • Probeer nooit de transceiver tijdens het rijden te configureren. Dit is gewoonweg te gevaarlijk! • Stel u op de hoogte van de plaatselijke regelgeving met betrekking tot het gebruik van hoofdtelefoons (met of zonder microfoon) tijdens het rijden op de openbare weg. Indien u twijfelt, gebruikt u de hoofdtelefoon niet.
INHOUDSOPGAVE BIJGELEVERDE ACCESSOIRES ....................................... 1 NOTATIECONVENTIES GEBRUIKT IN DEZE GEBRUIKSAANWIJZING ................................................... 1 CHAPTER 1 VOORBEREIDINGEN MOBIELE OPSTELLING ..................................................... 2 GELIJKSTROOMKABEL AANSLUITEN .............................. 3 BIJ GEBRUIK ALS MOBIEL STATION ........................................ 3 BIJ GEBRUIK ALS VAST STATION ...........................................
GEHEUGENPLAATS OPROEPEN ................................... 30 BEHULP VAN DE AFSTEMKNOP ............................................. 30 BEDIENINGSTOETSEN OP DE MICROFOON GEBRUIKEN .............. 31 GEHEUGENPLAATS WISSEN ......................................... 31 GEHEUGENPLAATS EEN NAAM GEVEN ....................... 32 GEGEVENS UIT EEN GEHEUGENPLAATS KOPIËREN .... 33 KOPIËREN VANUIT HET GEHEUGEN NAAR DE VFO ................... 33 KOPIËREN VANUIT EEN GEHEUGENPLAATS NAAR EEN ANDERE GEHEUGENPLAATS ..........
FREQUENTIESTAPGROOTTE ........................................ 56 ACHTERVERLICHTING VAN HET DISPLAY .................... 57 PERMANENTE ACHTERVERLICHTING ...................................... 57 AUTOMATISCHE ACHTERVERLICHTING .................................... 57 TOETSVERGRENDELING ............................................... 58 TUNING-GEBRUIKEN ...................................................... 58 PROGRAMMEERBARE FUNCTIETOETSEN (PF) VAN DE MICROFOON (ALLEEN MODELLEN MET BEDIENINGSTOETSEN ) .......
BIJGELEVERDE ACCESSOIRES Nadat u de transceiver voorzichtig hebt uitgepakt, controleert u aan de hand van onderstaande tabel of alle items aanwezig zijn. Wij adviseren u de doos en het verpakkingsmateriaal te bewaren voor toekomstig transport. NOTATIECONVENTIES GEBRUIKT IN DEZE GEBRUIKSAANWIJZING De onderstaande notatieconventies worden gebruikt om de instructies te vereenvoudigen en onnodige herhalingen te voorkomen. De marktcode (K, E, M2) staat op het etiket op de doos.
VOORBEREIDINGEN 1 2 MOBIELE OPSTELLING Monteer de transceiver op een veilige en handige plaats in het voertuig, met minimaal gevaar voor bestuurder en passagiers terwijl het voertuig rijdt. Kies de opstellingsplaats voor de transceiver zodanig dat bij plotseling remmen de knieën en benen van de inzittenden er niet tegen kunnen komen. Probeer ook een goed geventileerde plaats uit te kiezen die niet blootstaat aan direct zonlicht.
GELIJKSTROOMKABEL AANSLUITEN 4 Plaats de voedingskabel zo dicht mogelijk bij de transceiver. • Gebruik de hele lengte van de gelijkstroomkabel en snij niet eventuele overtollige lengte eraf. Met name mag u nooit de zekeringhouders van de kabel afhalen. BIJ GEBRUIK ALS MOBIEL STATION De accu van het voertuig moet een nominale spanning van 12 V hebben. U mag de transceiver nooit aansluiten op een accu van 24 V. Zorg ervoor dat de accu van 12 V voldoende stroomcapaciteit heeft.
BIJ GEBRUIK ALS VAST STATION 1 2 Om de transceiver te gebruiken als een vast station, heeft u een afzonderlijke gelijkstroomvoeding van 13,8 V nodig (niet bijgeleverd). De aanbevolen stroomcapaciteit voor de voeding is 12 A. 1 Sluit de gelijkstroomkabel aan op de gestabiliseerde gelijkstroomvoedingseenheid en let daarbij op de juiste polariteit (Rood is positief, Zwart is negatief). • Sluit de transceiver niet rechtstreeks aan op een stopcontact.
ZEKERINGEN VERVANGEN ANTENNE AANSLUITEN Als de zekering doorbrandt, dient u eerst de oorzaak te achterhalen en te verhelpen. Nadat het probleem is verholpen, vervangt u de zekering. Als net geplaatste zekeringen steeds weer doorbranden, koppelt u de gelijkstroomkabel los en neemt u contact op met uw erkende Kenwood-dealer of een erkend Kenwood-servicecentrum voor hulp. Voordat u de transceiver gebruikt, sluit u eerst een efficiënte, goed afgestemde antenne aan.
ACCESSOIRES AANSLUITEN EXTERNE LUIDSPREKERS 1 Als u van plan bent een externe luidspreker te gebruiken, dient u een luidspreker te kiezen met een impedantie van 8 Ω. In de aansluiting voor een externe luidspreker past een (tweeadergeleider-) monostekker van 3,5 mm. Wij adviseren u de SP-50B te gebruiken. Bevestig de bijgeleverde microfoonhaak op een handige plaats met behulp van de bijgeleverde schroeven.
COMPUTER AANSLUITEN Om de optionele software MCP-1A te kunnen gebruiken, moet u eerst de transceiver aansluiten op uw computer met behulp van een optionele programmeerkabel (via de microfoonaansluiting). De gratis software MCP-1A wordt beschikbaar gesteld door Kenwood en kan worden gedownload vanaf het volgende adres: 1 http://www.kenwood.com/i/products/info/amateur/ software_download.html Opmerking: Vraag uw dealer naar de aanschaf van een Programmeerkabel.
UW EERSTE YOUR FIRSTQSO QSO q Druk kort op [ 2 Bent u er klaar voor om uw transceiver uit te proberen? Door dit hoofdstuk door te werken, zit u gelijk al in de lucht. De onderstaande instructies zijn slechts bedoeld als een beknopt overzicht. Als u problemen ondervindt of iets tegenkomt waarover u meer wilt weten, leest u de gedetailleerde beschrijvingen verderop in deze instructiehandleiding. ] (aan/uit) om de transceiver AAN te zetten.
EERSTE KENNISMAKING VOORPANEEL Opmerking: Dit gedeelte beschrijft alleen de belangrijkste functies van de bedieningsorganen op het voorpaneel. U vindt de beschrijvingen van de functies die hier niet vermeld worden, in de toepasselijke hoofdstukken van deze gebruiksaanwijzing. q w e q r t y u (aan/uit) toets/Volumeknop Druk op deze toets om de transceiver AAN of UIT te schakelen {pagina 14}. Draai deze knop om het volumeniveau van het geluid uit de luidspreker in te stellen {pagina 14}.
Druk in de Geheugenoproepfunctie op [F] en daarna op [VFO] om de gegevens in de gekozen geheugenplaats naar de VFO {pagina 33} te kopiëren. DISPLAY q w e ty u r i o !0 !1 t MR-toets Druk op deze toets om de Geheugenoproepfunctie {pagina 30} op te roepen. In deze functie kunt u de geheugenplaatsen veranderen met behulp van de Afstemknop of de [UP]/[DWN] op de microfoon. Houd deze toets in de Geheugenoproepfunctie gedurende 1 seconde ingedrukt om met het GeheugenplaatsScannen {pagina 42} te beginnen.
y Dit wordt afgebeeld wanneer de Automatische Simplex Controlefunctie (ASC-functie) is ingeschakeld {pagina 26}. !4 Dit wordt afgebeeld wanneer de Geheugenplaatsvergrendeling A staat {pagina 44}. u !5 Dit wordt afgebeeld wanneer Prioriteitskanaal-Scannen is ingeschakeld {pagina 44}. Geeft de sterkte aan van de gezonden {pagina 15} en ontvangen {pagina 54} signalen. i Geeft aan dat de squelch geopend is en de frequentie “bezet” is.
ACHTERPANEEL q MICROFOON w e r t y u i q w e q 3 DTMF-microfoon q Antenneaansluiting Sluit hierop een externe antenne {pagina 5} aan. Sluit een dummybelasting aan in plaats van een antenne wanneer u wilt testzenden. Het antennesysteem of de belasting moet een impedantie hebben van 50 Ω. Opmerking: De modellen voor de E-markt maken gebruik van een N-type antenneaansluiting, terwijl andere modellen een M-type (SO-239) aansluiting hebben.
r CALL/A-toets Deze toets is identiek aan de CALL-toets op het voorpaneel. Deze toets kan indien gewenst opnieuw worden geprogrammeerd {pagina 59}. Houd [PTT] op de microfoon ingedrukt en druk vervolgens op [CALL/A] om A te zenden. t VFO/B-toets Deze toets is identiek aan de VFO-toets op het voorpaneel. Deze toets kan indien gewenst opnieuw worden geprogrammeerd {pagina 59}. Houd [PTT] op de microfoon ingedrukt en druk vervolgens op [VFO/B] om B te zenden.
BASISBEDIENING TRANSCEIVER AAN/UIT ZETTEN SQUELCH INSTELLEN 1 Het doel van de squelch is de het geluid uit de luidspreker te onderbreken wanneer geen signalen worden ontvangen. Als de squelch goed is ingesteld, hoort u alleen geluid wanneer u daadwerkelijk signalen ontvangt. Hoe hoger het ingestelde squelchniveau, hoe sterker het signaal moet te zijn om het nog te kunnen ontvangen. Druk op [ ] (aan/uit) om de transceiver AAN te zetten.
ZENDEN 1 Bij het zenden houdt u de microfoon ongeveer 5 cm van uw mond, vervolgens houdt u [PTT] op de microfoon ingedrukt en spreekt u in uw normale stem in de microfoon. • “ ” en de RF-vermogenmeter worden afgebeeld. De RF-vermogenmeter geeft het relatieve zendvermogen aan ). ( • Als u op [PTT] op de microfoon drukt terwijl u zich buiten het zendbereik bevindt, klinkt een hoogtonig fouttoon. 2 Nadat u klaar bent met spreken, laat u [PTT] op de microfoon los.
MHZ-FUNCTIE FREQUENTIE RECHTSTREEKS INVOEREN Als de gewenste zend-/ontvangstfrequentie ver verwijderd ligt van de huidige frequentie, is het sneller de MHz-functie te gebruiken. Behalve het draaien aan de Afstemknop of het drukken op [UP]/[DWN] op de microfoon, is er nog een andere manier om de frequentie te kiezen.
Voorbeeld 1 U wilt 145,750 MHz invoeren: Druk op toets Display [Ingevoerd] ––– ––– [1], [4], [5] 1 4 5. – – – [7], [5], [0] 1 4 5. 7 5 0 Opmerking: Als de ingevoerde frequentie niet overeenkomt met de huidige frequentiestapgrootte, wordt de frequentie automatisch naar beneden afgerond naar de eerstvolgende beschikbare frequentie. Als de gewenste frequentie niet exact kan worden ingevoerd, controleert u wat de frequentiestapgrootte is {pagina 56}.
MENUFUNCTIES GEBRUIKEN 2 WAT IS EEN MENU? 5 Veel functies van deze transceiver kunnen worden gekozen of ingesteld via een softwaregestuurd Menu, in plaats van met fysieke bedieningsorganen op de transceiver. Nadat u eenmaal bekend bent geraakt met het Menusysteem, zult u de veelzijdigheid ervan kunnen waarderen.
LIJST VAN MENUFUNCTIES Op het Display Menunummer Functie Mogelijke Instellingen Standaard-Instelling Zie blz. T 2 Toonfrequentie 67,0 t/m 254,1 Hz Varieert (zie referentiepagina) 88,5 CT 3 CTCSS-frequentie 67,0 t/m 254,1 Hz 88,5 47 DCS 4 DCS-code 023 t/m 754 023 48 SFT 5 Verschuivingsrichting OFF/+/– OFF 23 TXP 6 Zendvermogen Hoog/Laag Hoog 15 P.
Op het Display 5 Menunummer Functie Mogelijke Instellingen CK 19 CALL-toets CALL/1750 HLD 20 1750 Hz toon TX-vast ON/OFF TOT 21 Time-out-timer 3/5/10 min. BCL 22 Kanaal-bezet-blokkering ON/OFF Standaard-Instelling Pagina Varieert 25, 35 (zie referentiepagina) OFF 25 10 62 OFF 56 60 P.ON.
Op het Display Menunummer Functie Mogelijke Instellingen PF2 36 PF3 37 PF4 38 BRIGHT 40 MONI/ENTER/1750/VFO/MR/CALL/ Programmeerbare functietoets op MHZ/REV/SQL/M--V/M.IN/C.IN/MENU/ microfoon SHIFT/LOW/BRIGHT/LOCK/TONE/STEP MONI/ENTER/1750/VFO/MR/CALL/ Programmeerbare functietoets op MHZ/REV/SQL/M--V/M.IN/C.IN/MENU/ microfoon SHIFT/LOW/BRIGHT/LOCK/TONE/STEP MONI/ENTER/1750/VFO/MR/CALL/ Programmeerbare functietoets op MHZ/REV/SQL/M--V/M.IN/C.
GEBRUIK MET BEHULP VAN REPEATERS Repeaters worden vaak geplaatst en onderhouden door radioclubs en bevinden zich doorgaans op bergtoppen of andere hooggelegen locaties. Over het algemeen werken ze met een hogere ERP (Effective Radiated Power) dan een gemiddeld station. Deze combinatie van een hoge locatie en een hoge ERP maakt het mogelijk te communiceren over veel grotere afstanden dan zonder gebruik van repeaters mogelijk zou zijn.
OFFSET PROGRAMMEREN OFFSET-FREQUENTIE KIEZEN U moet eerst een downlink-frequentie kiezen van een repeater voor radioamateurs, zoals beschreven in “OFFSET-FREQUENTIE KIEZEN”. Als u toegang wilt krijgen tot repeaters die gebruikmaken van een niet-standaard frequentiepaar, moet u de standaard offsetfrequentie die door de meeste repeaters wordt gebruikt, veranderen. De standaard offset-frequentie is 600 kHz. 1 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop om Menunummer 10 (OFFSET) te kiezen.
TOONFUNCTIE INSCHAKELEN Druk op [F], [CALL] om de Toonfunctie in te schakelen. • Als u op [F], [CALL] drukt, doorloopt u de volgende instellingen: “OFF” (Uit) ➞ “TONE” ➞ “CTCSS” ➞ “DCS” ➞ “OFF” (Uit). • “T” wordt op het bovenste deel van het display afgebeeld en geeft aan dat de Toonfunctie is ingeschakeld. 3 4 Druk op [MENU] om de instelling op te slaan of op een willekeurige andere toets om de instelling te annuleren. Druk op een willekeurige toets, behalve op [MENU], om de Menufunctie te verlaten.
AUTOMATISCHE REPEATER-OFFSET TOON VAN 1750 Hz ZENDEN Deze functie kiest automatisch een offset-richting aan de hand van de frequentie op de VHF-band. De transceiver is geprogrammeerd om de onderstaande offset-richting te gebruiken. Neem contact op met uw landelijke organisatie van Radioamateurs voor het meest recente frequentiebandoverzicht van de repeater-offset-richting.
OMKEERFUNCTIE AUTOMATISCHE SIMPLEXCONTROLE (ASC) z MH 14 4,7 25 25 5,3 14 MH z De omkeerfunctie wisselt afzonderlijke zend- en ontvangstfrequenties om. Terwijl u een repeater gebruikt, kunt u de sterkte van het signaal dat u rechtstreeks van het andere station ontvangt handmatig controleren. Als het rechtstreekse signaal van het andere station sterk genoeg is, dienen beide stations over te schakelen op een simplexfrequentie en de repeater vrij te houden voor andere gebruikers.
Opmerkingen: ◆ Als u op [PTT] drukt, stopt de “ ” indicator met knipperen. ◆ De ASC-functie kan worden ingeschakeld terwijl u de transceiver in de Simplexfunctie gebruikt. Hierdoor wordt de zend- en ontvangstfrequenties echter niet omgewisseld. ◆ De ASC-functie werkt niet tijdens het scannen. ◆ Als u de ASC-functie inschakelt terwijl de Omkeerfunctie Aan staat, wordt de Omkeerfunctie Uit gezet.
GEHEUGENPLAATSEN In de Geheugenplaatsen kunt u frequenties en bijbehorende gegevens opslaan die u vaak gebruikt zodat u deze gegevens niet iedere keer opnieuw hoeft te programmeren. U kunt een geprogrammeerd geheugenplaats snel oproepen door middel van een eenvoudige bediening. In totaal zijn 200 Geheugenplaatsen beschikbaar (100 bij gebruik van Geheugenplaatsnamen) voor het opslaan van frequenties, functies en overige gebruiksomstandigheden.
De gegevens genoemd in de onderstaande tabel kunnen in iedere Geheugenplaats worden opgeslagen: Instelling Ontvangstfrequentie Zendfrequentie Simplex en Repeater Ja Opmerkingen: ◆ Geheugenplaatsvergrendeling kan niet worden ingesteld voor de Geheugenplaatsen van het Programma-Scannen (L0/U0 t/m L2/U2), het Prioriteitskanaal (Pr) en de Weeralarm-geheugenplaats (AL). ◆ Toon, CTCSS en DCS worden automatisch uitgeschakeld wanneer u de Weeralarm-geheugenplaats (AL) instelt.
• De Geheugenplaatsnummers L0/U0 t/m L2/U2 {pagina 40}, Pr (Prioriteitskanaal) {pagina 43} en AL (Weeralarm-geheugenplaats) {pagina 36} (alleen modellen voor de K-markt) zijn gereserveerd voor andere functies. 5 6 Draai de Afstemknop of druk op [UP]/[DWN] op de microfoon om de Geheugenplaats, waarin u de gegevens wilt opslaan, te kiezen. Druk op [MR] om de gegevens in de geheugenplaats op te slaan.
BEDIENINGSTOETSEN OP DE MICROFOON GEBRUIKEN GEHEUGENPLAATS WISSEN U kunt ook een Geheugenplaats oproepen door de gewenste Geheugenplaatsnummer in te voeren met behulp van de bedieningstoetsen op de microfoon. 1 Druk op [MR] om de Geheugenoproepfunctie in te schakelen. 2 Druk op de bedieningstoets op de microfoon die is toegewezen aan de ENTER (Invoeren)-functie. 3 Voer het geheugenplaatsnummer in met behulp van de bedieningstoetsen op de microfoon.
GEHEUGENPLAATS EEN NAAM GEVEN U kunt de Geheugenplaatsen een naam geven van maximaal 6 tekens. Als u een Geheugenplaats dat een naam heeft oproept, wordt de naam op het display afgebeeld in plaats van de opgeslagen frequentie. De geheugenplaatsnamen kunnen roepnamen, repeaternamen, stedennamen, voor- of achternamen, enz., zijn. Als u geheugenplaatsnamen wilt gebruiken, moet het aantal geheugenplaatsen zijn ingesteld op 100.
GEGEVENS UIT EEN GEHEUGENPLAATS KOPIËREN KOPIËREN VANUIT HET GEHEUGEN NAAR DE VFO Nadat u frequenties en gerelateerde gegevens met de Geheugenoproepfunctie hebt opgeroepen, kunt u deze kopiëren naar de VFO. Deze functie is bijvoorbeeld handig als de frequentie die u wilt monitoren in de buurt ligt van de frequentie opgeslagen in een Geheugenplaats. 1 Druk op [MR] en draai vervolgens de Afstemknop, of druk op [UP]/[DWN] op de microfoon om een gewenste Geheugenplaats op te roepen.
De onderstaande tabellen laten zien hoe de gegevens worden gekopieerd tussen de Geheugenplaatsen.
OPROEPKANAAL OPROEPKANAAL PROGRAMMEREN Standaardinstellingen van het Oproepkanaal: 1 • Op modellen voor de K- en M-markten, zal door op [CALL] te drukken de transceiver het Oproepkanaal instellen. • Op modellen voor de E-markt, kunt u de transceiver een toon van 1750 Hz laten zenden door op [CALL] te drukken {pagina 25}. Het Oproepkanaal kan onmiddellijk worden opgeroepen, ongeacht de frequentie waarmee de transceiver op dat moment werkt.
Opmerkingen: ◆ Wanneer u een niet-standaard Oproepkanaal oproept, worden “+” en “–” op het display afgebeeld. ◆ De instellingen van de offset voor zenden en van de Omkeerfunctie worden niet opgeslagen in een niet-standaard Oproepkanaal. WEERALARM (ALLEEN MODELLEN VOOR DE K-MARKT) Ieder van de kanalen van de NOAA-weerradiozender kan worden geprogrammeerd in de AL-geheugenplaats van de transceiver.
4 Druk op een willekeurige toets, behalve op [MENU], om de Menufunctie te verlaten. • De transceiver verandert automatisch naar de AL-geheugenplaats. • De Toon-, CTCSS- en DCS-functies kunnen niet worden ingesteld op de AL-geheugenplaats. • Prioriteitskanaal-Scannen wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de Weeralarmfunctie wordt ingeschakeld. 5 Opmerkingen: ◆ De transceiver monitort iedere seconde de weeralarmtoon, terwijl u naar een andere frequentie of geheugenplaats luistert.
7 In de Geheugenplaatsweergave kunt u de volgende functies niet inschakelen: • VFO-functie • VFO-Scannen • Oproepkanaal-/VFO-Scannen • MHz-Scannen • Scanrichting • Opslaan in het geheugen • Kopiëren vanuit het geheugen naar de VFO • Kopiëren vanuit een geheugenplaats naar een andere geheugenplaats • Wissen van een Geheugenplaats • VFO-Terugstellen • Volledig-Terugstellen • 1 MHz-stap • Kiezen van Toon en Selectieve Oproep • Automatische Simplexcontrole • Menufunctie Om de normale bediening te herstellen, s
SCANNEN Scannen is een handige functie waarmee u zonder bediening uw favoriete frequenties kunt monitoren. Door alle scanmethoden te leren gebruiken, kunt u het bedieningsgemak vergroten. Met deze transceiver kunt u de volgende scanmethoden gebruiken: Scanmethode BandScannen Normaal Scannen ProgrammaScannen MHz-Scannen Werkwijze Scant de hele band van de gekozen frequentie. Scant de specifieke frequentiebereiken die zijn opgeslagen in Geheugenplaatsnummers L0/U0 t/m L2/U2.
NORMAAL SCANNEN PROGRAMMA-SCANNEN Wanneer u de transceiver in de VFO-functie bedient, zijn 3 scanmethoden beschikbaar: Band-Scannen, ProgrammaScannen en MHz-Scannen. U kunt het te scannen frequentiebereik beperken. Er zijn 3 geheugenplaatsparen (L0/U0 t/m L2/U2) beschikbaar voor het opgeven van de begin- en eindfrequenties van het frequentiebereik. Programma-Scannen monitort het bereik tussen de beginen eindfrequenties die u in deze Geheugenplaatsen hebt opgeslagen.
7 Draai de Afstemknop of druk op [UP]/[DWN] op de microfoon en kies een Geheugenkanaal uit U0 t/m U2. • Als u in stap 3 bijvoorbeeld geheugenplaats “L0” hebt gekozen, dient u voor de eindfrequentie Geheugenplaats “U0” te kiezen. 8 2 Met MHz-Scannen bent u in staat het hele frequentiebereik van 1 MHz rond de huidige VFO-frequentie te scannen. 1 Druk op [VFO] en draai de Afstemknop of druk op [UP]/[DWN] op de microfoon om een frequentie te kiezen waaromheen u het MHz-Scannen wilt uitvoeren.
GEHEUGENPLAATSEN-SCANNEN Het Geheugenplaatsen-Scannen monitort de Geheugenplaatsen waarin u frequenties hebt opgeslagen. 1 2 • Het scannen begint bij het gekozen Geheugenplaatsnummer en doorloopt alle geheugenplaatsnummers in oplopende volgorde (standaardinstelling). • U kunt de scanrichting omkeren door de Afstemknop te draaien of op [UP]/[DWN] op de microfoon drukken. ALLE-GEHEUGENPLAATSEN-SCANNEN De transceiver scant alle Geheugenplaatsen waarin u frequenties hebt opgeslagen. 1 Druk op [MR] (1s).
OPROEPKANAAL-SCANNEN PRIORITEITSKANAAL-SCANNEN U kunt wisselen tussen het monitoren van het Oproepkanaal en de huidige zend-/ontvangstfrequentie. 1 Kies de frequentie (in de VFO- of Geheugenoproepfunctie) die u wilt monitoren. Het kan zijn dat u soms de activiteit op uw favoriete frequenties wilt monitoren terwijl u naar een andere frequentie luistert. In zo’n geval gebruikt u Prioriteitskanaal-Scannen. Met PrioriteitskanaalScannen controleert u iedere 3 seconden de activiteit op het Prioriteitskanaal.
PRIORITEITSKANAAL-SCANNEN GEBRUIKEN GEHEUGENPLAATSVERGRENDELING 1 U kunt Geheugenplaatsen vergrendelen die u niet wilt monitoren tijdens het Geheugenplaatsen-Scannen of Groep-Scannen {pagina 42}. 1 Druk op [MR] en draai de Afstemknop of druk op [UP]/[DWN] op de microfoon om de Geheugenplaats te kiezen die u wilt vergrendelen. 2 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop om Menunummer 14 (L.OUT) te kiezen. 3 Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om “ON” (Aan) of “OFF” (Uit; standaardinstelling) te kiezen.
SCAN-HERVATTINGSMETHODE De transceiver stopt met scannen bij de frequentie (of de Geheugenplaats) waarop een signaal wordt ontvangen. Vervolgens hervat of stopt de transceiver het scannen, afhankelijk van welke hervattingsmethode u hebt gekozen. • Tijdgestuurde Hervattingsmethode (standaardinstelling) De transceiver blijft op een bezette frequentie (of Geheugenplaats) gedurende ongeveer 5 seconden en hervat vervolgens het scannen, zelfs als het signaal nog ontvangen wordt.
SELECTIEVE OPROEP CTCSS EN DCS Het kan zijn dat u soms alleen oproepen van bepaalde personen of groepen wilt horen. In zo’n geval gebruikt u Selectieve Oproep. Deze transceiver is uitgerust met CTCSS (Continu Toon-Code Squelch-Systeem) en DCS (Digitale Code Squelch). Deze Selectieve Oproepen stellen u in staat ongewenste oproepen te negeren (niet te horen) van andere personen die dezelfde frequentie gebruiken.
CTCSS-FREQUENTIE INSTELLEN 1 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop of druk op [UP]/[DWN] op de microfoon om Menunummer 3 (CT) te kiezen. • De huidige CTCSS-frequentie wordt afgebeeld. 2 Beschikbare CTCSS-Frequenties 42 Toonfrequencies (Hz) 67,0 85,4 107,2 136,5 173,8 218,1 Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om de gewenste CTCSS-frequentie te kiezen.
• De decimale punt van de CTCSS-frequentie knippert tijdens het scannen. • U kunt de scanrichting omkeren door de Afstemknop te draaien of op [UP]/[DWN] op de microfoon drukken. • Als u de functie wilt uitschakelen, drukt u op een willekeurige toets. • Nadat een CTCSS-frequentie is geïdentificeerd, knippert de geïdentificeerde CTCSS-frequentie op het display. DCS DCS is soortgelijk aan CTCSS.
• De beschikbare DCS-codes staan in de onderstaande tabel.
DTMF-FUNCTIES (DUAL TONE MULTI-FREQUENCY) • Als DTMF-TX-Vast is ingeschakeld {pagina 51}, hoeft u [PTT] op de microfoon niet voortdurend ingedrukt te houden om in de zendfunctie te blijven. De zendfunctie wordt echter slechts vastgehouden gedurende 2 seconden nadat op een toets is gedrukt, dus als binnen deze tijdslimiet niet op de volgende toets wordt gedrukt, stopt de transceiver met zenden. Deze transceiver biedt u 10 functiegerichte DTMF-Geheugenplaatsen. U kunt een DTMF-nummer (van max.
DTMF-TX-VAST DTMF-NUMMER IN HET GEHEUGEN OPSLAAN Deze functie zorgt ervoor dat de transceiver gedurende 2 seconden in de zendfunctie blijft staan nadat op een toets is gedrukt. U kunt dus [PTT] op de microfoon loslaten tijdens het zenden van DTMF-tonen. 1 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop om Menunummer 30 (DT.H) te kiezen. 2 Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om “ON” (Aan) of “OFF” (Uit; standaardinstelling) te kiezen.
6 7 Herhaal de stappen 4 en 5 om maximaal 16 tekens in te voeren. Druk op [MENU] om het invoeren te voltooien. • Druk op een willekeurige toets, behalve op [MR], [VFO], [F] en [MENU], om het invoeren van een naam te annuleren. • Om het invoeren van een naam van minder dan 16 tekens af te ronden, drukt u tweemaal op [MENU]. 8 • Het DTMF-nummer dat in de geheugenplaats is opgeslagen loopt over het display terwijl de DTMF-tonen uit de luidspreker klinken. (De DTMF-tonen klinken niet als Menunummer 33 (DT.
PAUZEDUUR INSTELLEN U kunt de pauzeduur (het spatieteken) veranderen die is opgeslagen in de Geheugenplaatsen. De standaardinstelling is 500 milliseconden. 1 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop om Menunummer 31 (PA) te kiezen. 2 Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om 100, 250, 500 (standaardinstelling), 750, 1000, 1500 of 2000 ms te kiezen. 3 Druk op [MENU] om de instelling op te slaan of op een willekeurige andere toets om de instelling te annuleren.
EXTRA FUNCTIES APO (AUTOMATISCHE UITSCHAKELFUNCTIE) KLOKVERSCHUIVING De transceiver wordt automatisch UIT geschakeld als gedurende de gekozen tijdsduur de bedieningsorganen niet worden bediend. Één minuut voordat de transceiver wordt UIT geschakeld, klinken gedurende een paar seconden waarschuwingstonen en knippert “APO” op het display.
1 2 3 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop om Menunummer 8 (SSQ) te kiezen. Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om “ON” (Aan) of “OFF” (Uit; standaardinstelling) te kiezen. Druk op [MENU] om de instelling op te slaan. • De segmenten van de S-meter worden afgebeeld. 4 Druk op een willekeurige toets, behalve op [MENU], om de Menufunctie te verlaten. 2 Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om Uit (standaardinstelling), 125, 250 of 500 ms te kiezen.
3 4 Druk op [MENU] om de instelling op te slaan of op een willekeurige andere toets om de instelling te annuleren. Druk op een willekeurige toets, behalve op [MENU], om de Menufunctie te verlaten. Zelfs als de Pieptoon Uit staat, laat de transceiver de volgende waarschuwingstonen klinken. • Waarschuwingstonen na het verstrijken van de APO-tijdsduur {pagina 54} • Weeralarmtoon {pagina 36}.
De standaardinstelling van de frequentiestapgrootte van ieder transceivermodel is als volgt: Marktcode Standaardinstelling Frequentiestapgrootte K 5 kH z E 12,5 kHz M2 12,5 kHz 3 4 Opmerking: Als u de helderheid instelt op OFF (Uit; minimumniveau 1), wordt de achterverlichting van het display op het voorpaneel uitgeschakeld. Opmerking: De marktcode staat op het streepjescode-etiket op de kartonnen doos.
TOETSVERGRENDELING TUNING-GEBRUIKEN De Toetsvergrendeling schakelt de meeste toetsen uit om te voorkomen dat u per ongeluk een toetsfunctie oproept. Toetsvergrendeling is geschikt voor een typische mobile opstelling van de transceiver waarin u de meeste bedieningen uitvoert met behulp van de microfoon. 1 Druk op [F] (1s). Terwijl de Toetsvergrendeling Aan staat, kan het soms voorkomen dat u de Afstemknop wilt draaien om de frequentie te veranderen. In zo’n geval zet u Tuning-Gebuiken Aan.
PROGRAMMEERBARE FUNCTIETOETSEN (PF) VAN DE MICROFOON (ALLEEN MODELLEN MET BEDIENINGSTOETSEN) U kunt toegang krijgen tot veel instellingen van de transceiver zonder de bedieningsorganen van de transceiver te gebruiken. De bedieningstoetsen PF/D, MR/C, VFO/B en CALL/A op de microfoon zijn programmeerbaar met transceiverfuncties.
Opmerking: In plaats van het oproepen van de Menufunctie en vervolgens op de programmeerbare functietoetsen 1 t/m 4 te drukken, kunt u gewoon de programmeerbare functietoets die u wilt programmeren ingedrukt houden en vervolgens de transceiver inschakelen.
4 Druk op [MR] om de cursor naar het volgende teken te verplaatsen. 2 Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om de onderste frequentielimiet (in MHz) te kiezen. 3 Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om de bovenste frequentielimiet (in MHz) te kiezen. 4 Druk op [MENU] om de instelling op te slaan of op een willekeurige andere toets om de instelling te annuleren. Druk op een willekeurige toets, behalve op [MENU], om de Menufunctie te verlaten.
TIME-OUT-TIMER De Time-out-timer beperkt de lengte van iedere ononderbroken zendperiode tot maximaal 3, 5 of 10 (standaardinstelling) minuten. Vlak voordat de transceiver het zenden onderbreekt, klinkt een waarschuwingstoon. Deze functie is noodzakelijk om de transceiver tegen thermische beschadiging te beschermen en daarom niet worden UIT gezet. 1 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop om Menunummer 21 (TOT) te kiezen.
BEDIENING VANAF DE MICROFOON U kunt vele instellingen van de transceiver veranderen met behulp van de DTMF-toetsen op de microfoon. Onderstaande tabel laat zien welke functies Aan en Uit geschakeld kunnen worden en welke instellingen veranderd kunnen worden door op de DTMF-toetsen te drukken in de betreffende functie of bediening. Toets Ontvangstfunctie Zendfunctie 1 Opslaan Geheugenplaatsnaam Opslaan DTMFGeheugenplaats Opslaan Welkomstbericht 1 N.v.t.
1 2 3 4 DTMF-tonen worden niet gezonden in de Zendfunctie als de DTMF-vergrendeling Aan staat. Wanneer u een opgeslagen DTMF-nummer zendt, drukt u eerst op [PTT] op de microfoon+[PF/D] op de microfoon, laat u daarna [PF/D] op de microfoon los, en drukt u vervolgens op een Geheugenplaatsnummer van 0 t/m 9. Om de “D” toon te zenden, drukt u tenslotte nogmaals op [PF/D] op de microfoon. Op het display wordt aangegeven met “E”. Op het display wordt aangegeven met “F”.
LOS VERKRIJGBARE ACCESSOIRES PS-60 SP-50B MCP-1A Gestabiliseerde gelijkstroomvoedingseenheid Communicatieluidspreker Geheugenbeheerprogramma (gratis software) Het MCP-1A kan worden gedownload vanaf: http://www.kenwood.com/i/ products/info/amateur/ software_download.
PROBLEMEN OPLOSSEN ONDERHOUD ALGEMENE INFORMATIE Dit product is vóór verzending in de fabriek inwendig ingesteld en getest aan de hand van de technische eisen. Onder normale omstandigheden werkt de transceiver zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing. Alle instelbare potentiometers, spoelen en weerstanden in de transceiver zijn in de fabriek reeds ingesteld.
Opmerkingen: ◆ Noteer de aankoopdatum, het serienummer en de dealer waar u dit product heeft gekocht. ◆ Bewaar voor uw eigen administratie een geschreven verslag van enig onderhoud dat u aan dit product hebt uitgevoerd. ◆ Wanneer u een verzoek indient tot reparatie onder garantie, dient u een fotokopie van de aankoopnota of een ander bewijs van aankoop met daarop de aankoopdatum bij te voegen. SCHOONMAKEN De toetsen, regelaars en houder van de transceiver worden na veelvuldig gebruik waarschijnlijk vuil.
Volledig Terugstellen, Methode 2: VFO Terugstellen, Methode 1: 1 1 2 3 Druk op [F], [MENU] en draai de Afstemknop om Menunummer 99 (RESET) te kiezen. Druk op [MENU] en draai de Afstemknop om “FULL” te kiezen. Druk op [MENU]. Druk, terwijl de transceiver UIT staat, op [VFO]+[ ] (aan/uit). • Het bevestigingsbericht voor VFO Terugstellen wordt afgebeeld. • “SURE ?” wordt afgebeeld. 2 • Druk op een willekeurige toets, behalve [MENU], om het terugstellen te annuleren. 4 • “SURE ?” wordt afgebeeld.
PROBLEMEN OPLOSSEN De problemen beschreven in de volgende tabellen zijn normaal optredende storingen in de werking. Dit soort problemen wordt normaal gesproken veroorzaakt door onjuist aansluiten, verkeerde bedieningsinstellingen, of foutieve bediening als gevolg van onvolledig programmeren. Deze problemen worden doorgaans niet veroorzaakt door een defect circuit. Raadpleeg deze tabellen en de bijbehorende hoofdstukken in deze gebruiksaanwijzing alvorens de conclusie te trekken dat uw transceiver defect is.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Pagina. De geheugenplaatsen kunnen In geen van de geheugenplaatsen niet worden gekozen door de zijn gegevens opgeslagen. Afstemknop te draaien of door op de [UP]/[DWN] op de microfoon te drukken. Sla gegevens op in één of meerdere geheugenplaatsen. Zenden is niet mogelijk ondanks dat op de [PTT] op de microfoon wordt gedrukt. 1 De stekker van de microfoon is niet goed in de aansluiting gestoken.
TECHNISCHE GEGEVENS De technische gegevens zijn onderhevig aan veranderingen ten gevolge van technologische vooruitgang zonder voorafgaande kennisgeving.
Zender Uitgangsvermogen Hoog 65 W Laag Ong.
INDEX 1750 Hz ..................................... 25 Aan- en uitschakelen ................. 14 Accessoires Bijgeleverde ............................. 1 Verkrijbare ............................. 65 Alle-GeheugenplaatsenScannen .................................... 42 Automatische kiezer .................. 51 Automatische Repeater-Offset ... 25 Automatische Simplexcontrole ... 26 Automatische uitschakeling ....... 54 Band-Scannen ...........................
Bu ürün 26891sayılı Resmi Gazete’de yayımlanan Elektrikli ve Elektronik Eşyalarda Bazı Zararlı Maddelerin Kullanımının Sınırlandırılmasına Dair Yönetmeliğe uygun olarak üretilmiştir. This product complies with Directive, Number 26891 regarding "REGULATION ON THE RESTRICTION OF THE USE OF CERTAIN HAZARDOUS SUBSTANCES IN ELECTRICAL AND ELECTRONIC EQUIPMENT".