BELANGRIJK VOOR GEBRUIK ZORGVULDIG LEZEN BEWAREN ALS NASLAGWERK VERTALING VAN DE ORIGINELE GEBRUIKSHANDLEIDING ELEKTRISCHE FIETSEN E-Light Sport, Explorer E Sport, Explorer E Tour, Obra Ergo, Traveller E, Boston E Beltdrive KB012; KB013; KB019; KB020; KB021; KB024; KB025; KB026; KB027; KB028; KB029; KB030; KB031; KB032; KB035; KB037; KB050; KB051; KB052 87700063 • 1.0 • 30.05.
Copyright © KETTLER Alu-Rad GmbH Verspreiding en vermenigvuldiging van deze gebruikshandleiding, evenals exploitatie en mededeling van de inhoud zijn verboden voor zover niet uitdrukkelijk toegestaan. Overtreding hiervan verplicht tot schadevergoeding. Alle rechten voor eventuele octrooiaanvragen, aanvragen voor gebruiksmodellen of Gemeenschapsmodellen voorbehouden.
Datablad Naam, voornaam van de koper: Aankoopdatum: Model: Framenummer: Typenummer: Ledig gewicht (kg): Wielmaat: Aanbevolen bandenspanning (bar)*: voor: achter: Wielomtrek (mm) Bedrijfsstempel en handtekening: *Bij vervanging van een band moet de toegestane bandenspanning worden afgelezen van de markeringen op de band en in acht worden genomen. De hier aanbevolen bandenspanning mag niet worden overschreden. 87700063_1.0_30.05.
Gebruik 1 Technische gegevens Fiets Tabel 1: Transporttemperatuur 5 °C - 25 °C Optimale transporttemperatuur 10 °C - 15 °C Opslagtemperatuur 5 °C - 25 °C Optimale opslagtemperatuur 10 °C - 15 °C Temperatuur gebruik 5 °C - 35 °C Temperatuur werkplek 15 °C - 25 °C Temperatuur laden 10 °C - 30 °C Afgegeven vermogen/systeem 250 W (0,25 W) Uitschakelsnelheid 25 km/h Technische gegevens fiets Accu Tabel 2: 2 Transporttemperatuur 5 °C - 25 °C Optimale transporttemperatuur 10 °C - 15 °C
Gebruik Display Tabel 3: Lithium-ion-accu intern 3,7 V, 240 mAh Opslagtemperatuur 5 °C - 25 °C Omgevingstemperatuur laden 10 °C - 30 °C Technische gegevens display Emissies Tabel 4: A-gewogen geluidsemissiedruk < 70 dB(A) Totale waarde van de trillingen waaraan het hand-armstelsel wordt blootgesteld < 2,5 m/s² Maximale kwadratische gemiddelde waarde van de frequentiegewogen versnelling waaraan het gehele lichaam wordt blootgesteld < 0,5 m/s² Emissies door de fiets* *Aan de beschermingseisen
Inhoudsopgave 1 Technische gegevens 2 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.6.1 2.6.2 2.7 2.7.1 2.7.2 2.7.3 2.7.4 2.8 2.8.1 2.8.2 2.8.3 2.
Inhoudsopgave 4.4.3 4.5 4.5.1 4.5.1.1 4.5.2 4.5.3 4.5.3.1 4.5.3.2 4.5.3.3 4.5.4 Terugtraprem Elektrisch aandrijfsysteem Accu Bedrijfs- en laadtoestandweergave Rijverlichting Display Bedieningselementen USB-aansluiting Weergaven Bediening 32 33 35 38 39 39 40 41 41 45 5 5.1 5.2 5.2.1 5.2.1.1 5.2.1.2 5.3 5.3.1 5.3.2 5.3.3 5.3.3.1 5.
Inhoudsopgave 6 7.3.2.1 7.3.2.2 7.3.3 7.3.3.1 7.3.3.2 7.3.4 7.3.5 7.4 7.4.1 7.4.2 7.4.3 7.4.4 7.5 7.5.1 7.5.2 7.5.3 7.5.4 7.5.5 7.5.6 7.5.7 7.5.7.1 7.5.7.2 7.5.8 7.6 7.6.1 7.6.2 7.6.2.1 7.6.2.2 7.6.2.3 7.7 7.7.1 7.7.2 7.8 7.8.
Inhoudsopgave 8.2 8.2.1 8.2.2 8.2.3 8.2.4 8.2.5 8.2.6 8.3 8.4 8.4.1 8.4.2 8.4.2.1 8.4.3 8.4.3.1 8.4.3.2 8.4.3.3 8.4.4 8.4.4.1 8.4.4.2 8.4.4.3 8.4.5 8.4.5.1 8.4.5.2 8.4.5.3 8.4.6 8.4.7 8.4.8 8.4.9 8.4.9.1 8.4.9.2 8.4.10 8.5 8.5.1 8.5.2 Onderhouden Wiel Remsysteem Elektrische leidingen en remkabels Versnelling USB-aansluiting Ketting- resp.
Over deze gebruikshandleiding 2 Over deze gebruikshandleiding Lees deze gebruikshandleiding voor ingebruikname van de fiets om alle functies veilig en op de juiste manier te kunnen gebruiken. De gebruikshandleiding vervangt niet de persoonlijke instructie door de uitleverende KETTLER-dealer. Deze gebruikshandleiding is onderdeel van de fiets. Wanneer deze te zijner tijd wordt doorverkocht, moet de gebruikshandleiding aan de nieuwe eigenaar worden overhandigd.
Over deze gebruikshandleiding 2.2 Wetgeving, normen en richtlijnen Deze gebruikshandleiding voldoet aan de essentiële eisen van: • • • • • • • • 2.
Over deze gebruikshandleiding 2.4 Wijzigingen voorbehouden De informatie in deze gebruikshandleiding gebruikshandleiding komt overeen met de vrijgegeven technische specificaties op het moment van druk. Relevante wijzigingen zullen worden verwerkt in een nieuwe uitgave van de gebruikshandleiding. 2.5 Taal De originele gebruikshandleiding is opgesteld in de Duitse taal. Een vertaling daarvan is zonder de originele gebruikshandleiding niet geldig. 10 87700063_1.0_30.05.
Over deze gebruikshandleiding 2.6 Identificatie 2.6.1 Gebruikshandleiding Deze gebruikshandleiding is gedrukt in kleur en verlijmd in een kaft van dun karton (PUR-lijm). Voor kopieën in welke vorm dan ook, bijvoorbeeld zwart/witkopieën, losbladige of elektronische kopieën, aanvaardt KETTLER Alu-Rad GmbH geen verantwoordelijkheid. Het identificatienummer van deze gebruikshandleiding bestaat uit het documentnummer, het versienummer en de verschijningsdatum.
Over deze gebruikshandleiding Tabel 8: 12 Typenummer Model Fietstype KB025 Traveller E Light Pro Stads en toerfiets KB026 Traveller E Light Pro (NuVinci) Stads en toerfiets KB027 Traveller E Light Stads en toerfiets KB028 Traveller E Light (FL/RT) Stads en toerfiets KB029 Traveller E Gold (ketting) Stads en toerfiets KB030 Traveller E Gold (FL/RT) Stads en toerfiets KB031 Traveller E Comfort (ketting) Stads en toerfiets KB032 Traveller E Comfort (FL/RT) Stads en toerfiets KB035
Over deze gebruikshandleiding 2.7 Voor uw veiligheid Het veiligheidsconcept van de fiets bestaat uit vier elementen: • • • • 2.7.1 de instructie van de berijder resp. de eigenaar en het onderhoud en de reparatie van de fiets door de KETTLER-dealer, het hoofdstuk Algemene veiligheid, de waarschuwingen in deze gebruikshandleiding, en de veiligheidsmarkeringen op de typeplaat. Instructie, opleiding en klantenservice De klantenservice wordt uitgevoerd door de uitleverende KETTLER-dealer.
Over deze gebruikshandleiding 2.7.2 Essentiële veiligheidsaanwijzingen Deze gebruikshandleiding bevat een hoofdstuk met algemene veiligheidsaanwijzingen [ Hoofdstuk 3, pagina 21]. Het hoofdstuk is te herkennen aan de grijze achtergrond. 2.7.3 Waarschuwingen Gevaarlijke situaties en handelingen zijn gemarkeerd met waarschuwingen. In deze gebruikshandleiding worden waarschuwingen als volgt weergegeven: SIGNAALWOORD Type en bron van het gevaar Beschrijving van het gevaar en de gevolgen.
Over deze gebruikshandleiding 2.7.4 Veiligheidsmarkeringen Op de typeplaten van de fiets worden onderstaande veiligheidsmarkeringen gebruikt: Algemene waarschuwing Neem de gebruikshandleiding in acht Tabel 10: Veiligheidsmarkeringen op het product 2.8 Ter informatie 2.8.1 Instructies Instructies zijn als volgt opgebouwd: Voorwaarden (optioneel) Instructiestap Resultaat van de stap (optioneel) 2.8.
Over deze gebruikshandleiding Uitsluitend geschikt voor de weg, niet geschikt voor terreinrijden en sprongen Geschikt voor de weg en terreinrijden en sprongen tot 15 cm Geschikt voor terreinrijden onder ruwe omstandigheden en sprongen tot 61 cm Geschikt voor terreinrijden onder ruwe omstandigheden en sprongen tot 122 cm Geschikt voor terreinrijden onder de meest ruwe omstandigheden Tabel 11: Toepassingsgebied Stads- en toerfiets kinderfiets/ jeugdfiets BMX-fiets Mountainbike Racefiets Transportfiets Vouwf
Over deze gebruikshandleiding Gebruiksaanwijzing lezen Gescheiden inzameling van oude elektrische en elektronische apparaten Gescheiden inzameling van batterijen Niet in het vuur werpen (verbranden verboden) Batterij openen verboden Apparaat van beschermingsklasse II Uitsluitend geschikt voor gebruik binnenshuis Zekering (apparaatzekering) EU-conformiteit Recyclebaar materiaal max. 50°C Tabel 13: 87700063_1.0_30.05.
Over deze gebruikshandleiding 2.8.3 Taalconventies De in deze gebruikshandleiding beschreven fiets kan zijn voorzien van alternatieve componenten. De uitrusting van de fiets wordt bepaald door het betreffende typenummer. Waar van toepassing, wordt op alternatief toegepaste componenten gewezen door middel van de aanwijzingen alternatieve uitrusting resp. alternatieve uitvoering.
Over deze gebruikshandleiding In deze gebruikshandleiding worden onderstaande schrijfwijzen gebruikt: Tabel 15: 87700063_1.0_30.05.
Over deze gebruikshandleiding 2.9 Typeplaat De typeplaat bevindt zich op het frame [ afbeelding 3]. De typeplaat bevat de onderstaande informatie: 2 KETTLER Alu-Rad GmbH Longericher Str. 2 50739 Köln, Germany 3 Typ: 87700071 EPAC 1 nach ISO 4210-2 EN 15194 0,25 kW / 25 km/h 180 kg, BJ 2018 Modelljahr 2018 4 5 6 12 11 7 10 8 Afbeelding 1: 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 20 9 Typeplaat (voorbeeld) Fabrikant Typenummer Maximaal afgegeven vermogen Toegestaan totaalgewicht Modeljaar Fietstype [ 2.4.
Veiligheid 3 Veiligheid 3.1 Eisen aan de berijder Wanneer geen wettelijke eisen zijn gesteld aan berijders van elektrisch ondersteunende fietsen, wordt een minimale leeftijd van 15 jaar aanbevolen en ervaring in de omgang met normale fietsen. De lichamelijke en geestelijke vermogens van de berijder dienen voldoende te zijn voor het gebruik van een normale fiets.
Veiligheid Aan elke fiets is een bepaald fietstype toegekend waaruit het bedoelde gebruik volgt 3.2.1 Stads- en toerfiets Stads- en toerfietsen zijn bedoeld voor dagelijks, comfortabel gebruik op verharde wegen. Ze zijn geschikt voor deelname aan het verkeer. Stads- en toerfietsen zijn geen sportfietsen. Bij sportief gebruik moet rekening worden gehouden met verminderde rijstabiliteit en verminderd comfort. Stads- en toerfietsen zijn niet geschikt voor terreinrijden. 3.
Veiligheid 3.4 Persoonlijke beschermingsmiddelen Het dragen van een geschikte fietshelm wordt aanbevolen. Daarnaast wordt aanbevolen speciale, nauwsluitende fietskleding en stevige schoenen te dragen. 3.5 Gevaren voor kwetsbare groepen Accu en oplader moeten verwijderd worden gehouden van kinderen. 3.6 Zorgplicht De veiligheid van de fiets kan uitsluitend worden gewaarborgd wanneer alle daarvoor noodzakelijk maatregelen worden genomen. 3.6.1 Berijder De berijder: • • • 87700063_1.0_30.05.
Veiligheid 3.6.2 Eigenaar Het valt onder de zorgplicht van de eigenaar om de maatregelen te plannen en de uitvoering ervan te controleren. De eigenaar: • • • • stelt deze gebruikshandleiding voor de duur van het gebruik van de fiets beschikbaar aan de berijder. Zo nodig vertaalt hij de gebruikshandleiding in een door de berijder begrepen taal. instrueert de berijder in de functies van de fiets voordat deze de eerste keer gaat rijden. Uitsluitend geïnstrueerde berijders mogen rijden.
Beschrijving 4 Beschrijving 4.1 Overzicht 5 6 10 11 4 9 12 3 2 13 14 15 Afbeelding 2: 8 16 17 1 18 Fiets van rechts gezien, voorbeeld Traveller E-Comfort 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 87700063_1.0_30.05.
Beschrijving 4.2 Stuur 4 5 3 2 1 8 6 7 Afbeelding 3: Detailaanzicht fiets vanuit berijderpositie gezien, voorbeeld 1 2 3 4 5 6 7 8 26 Remhendel achter Bel Koplamp Display Remhendel voor Bediening Vorkblokkering op de kop van de verende voorvork Schakelhendel 87700063_1.0_30.05.
Beschrijving 4.3 Wiel en vork 4 3 2 5 6 1 7 8 Afbeelding 4: Componenten van het wiel, voorbeeld voorwiel 1 2 3 4 5 6 7 8 9 4.3.1 9 Band Velg Kop van de verende voorvork met instelwiel Vorkpoot Spaak Snelspanner Naaf Ventiel Uitvaleinde van de vorkpoot Ventiel Elk wiel heeft een ventiel. Het dient om de band te vullen met lucht. Elk ventiel is voorzien van een ventieldop. De aangebrachte ventieldop houdt het ventiel vrij van stof en vuil.
Beschrijving 4.3.2 Vering Een verende voorvork verbetert het contact met de ondergrond en het comfort door middel van de vering. 1 Afbeelding 5: 2 Fiets zonder vering (1) en met vering (2) tijdens het rijden over een hindernis De vering zorgt ervoor dat een schok, bv. door een op de weg liggende steen, niet via de vork rechtstreeks naar het lichaam van de berijder wordt geleid, maar door het veersysteem wordt opgevangen. De verende voorvork wordt daarbij samengedrukt.
Beschrijving 4.4 Remsysteem Het remsysteem van de fiets bestaat uit ofwel: • • • 4.4.1 een velgrem op het voor- en achterwiel, een schijfrem op het voor- en achterwiel, of een velgrem op het voor- en achterwiel en aanvullend een terugtraprem.
Beschrijving Er zijn twee alternatieve uitvoeringen van de velgrem: • • 4.4.1.1 de hydraulisch bediende velgrem, en de velgrem met bowdenkabelbediening. Vergrendelingshendel (alternatieve uitrusting) Een fiets met hydraulisch bediende velgremmen is voorzien van een vergrendelingshendel op de voor- en de achterwielrem. 1 Afbeelding 7: 2 Vergrendelingshendel van de velgrem, op achterwiel (1) en voorwiel (2) De vergrendelingshendels zijn niet voorzien van een opschrift.
Beschrijving 4.4.2 Schijfrem (alternatieve uitrusting) 2 3 4 1 5 Afbeelding 8: Remsysteem van een fiets met schijfrem, voorbeeld 1 2 3 4 5 Remschijf Remzadel met remvoeringen Stuur met remhendels Remschijf voorwiel Remschijf achterwiel Bij een fiets met schijfrem is de remschijf vast verbonden met de naaf van het wiel. Wanneer de remhendel wordt ingeknepen, worden de remvoeringen tegen de remschijf gedrukt en wordt de beweging van het wiel gestopt. 87700063_1.0_30.05.
Beschrijving 4.4.3 Terugtraprem (alternatieve uitrusting) 2 1 3 4 Afbeelding 9: 5 Remsysteem van een fiets met terugtraprem, voorbeeld 1 2 3 4 5 Velgrem achterwiel Stuur met remhendels Velgrem voorwiel Pedaal Terugtraprem De terugtraprem stopt de beweging van het achterwiel wanneer de berijder tegen de rijbeweging in op de pedalen trapt. 32 87700063_1.0_30.05.
Beschrijving 4.5 Elektrisch aandrijfsysteem De fiets wordt aangedreven met spierkracht door middel van de kettingaandrijving. De kracht, die door het trappen op de pedalen in de rijrichting wordt uitgeoefend, drijft het voorste kettingblad aan. Via de ketting wordt de kracht overgedragen op het achterste kettingwiel en vervolgens op het achterwiel.
Beschrijving Tot het elektrische aandrijfsysteem behoren maximaal 8 componenten: 3 2 4.3 1 4.2 5 4.1 B 7 6 Afbeelding 11: Schema elektrisch aandrijfsysteem 1 2 3 4.1 4.2 4.3 5 6 7 • Koplamp Bediening Display Geïntegreerde accu Framemontage-accu en/of Bagagedrageraccu Achterlicht Elektrische versnelling (alternatief) Motor een oplader, die op de accu is afgestemd.
Beschrijving De fiets beschikt niet over een aparte NOODSTOP- of NOOD-UIT-knop. Het aandrijfsysteem met afneembaar display kan in geval van nood worden onderbroken door het display te verwijderen. De motor schakelt automatisch uit zodra de berijder niet meer op de pedalen trapt, de temperatuur buiten het toegestane bereik ligt, er sprake is van overbelasting of de uitschakelsnelheid van 25 km/h wordt bereikt. Er kan een duwondersteuning worden geactiveerd.
Beschrijving Tabel 16: Transporttemperatuur 5 °C - 25 °C Optimale transporttemperatuur 10 °C - 15 °C Opslagtemperatuur 5 °C - 25 °C Optimale opslagtemperatuur 10 °C - 15 °C Omgevingstemperatuur laden 10 °C - 30 °C Technische gegevens accu De fiets is voorzien van een framemontage-accu, een bagagedrageraccu of een geïntegreerde accu.
Beschrijving 3 4 5 2 1 6 7 Afbeelding 13: Detail bagagedrageraccu 1 2 3 4 5 6 7 8 87700063_1.0_30.05.
Beschrijving 1 3 2 4 2 6 5 Afbeelding 14: Detail geïntegreerde accu 1 2 3 4 5 6 4.5.1.1 Sleutel van het accuslot Borging Vergrendelhaak Aan/uit-toets (accu) Bedrijfs- en laadtoestandweergave Behuizing geïntegreerde accu Bedrijfs- en laadtoestandweergave De vijf groene LED's van de bedrijfs- en laadtoestandweergave geven bij ingeschakelde accu de laadtoestand van de accu aan. Daarbij komt elke LED ongeveer overeen met 20% van de laadcapaciteit.
Beschrijving 4.5.2 Rijverlichting Bij geactiveerde rijverlichting zijn de koplamp en het achterlicht samen ingeschakeld. 4.5.3 Display Het display stuurt met vier bedieningselementen het aandrijfsysteem aan en toont de rijgegevens. De berijder kan het aandrijfsysteem uitschakelen door het display te verwijderen. De accu van de fiets voedt het display wanneer het display in de houder zit, er een voldoende opgeladen accu op de fiets is gemonteerd en het aandrijfsysteem is ingeschakeld.
Beschrijving 4.5.3.1 Bedieningselementen Het display heeft vier toetsen en een USB-aansluiting.
Beschrijving 4.5.3.2 USB-aansluiting Onder het rubberen klepje aan de rechterzijde van het display bevindt zich een USB-aansluiting. 4.5.3.3 Laadspanning 5V Laadstroom max. 500 mA Weergaven Het display heeft zeven displayweergaven: 4 5 TURBO SPORT TOUR ECO OFF 6 MPH KM/H 5 3 2 1 AMM PMWH MIN MPH KM/H 7 Afbeelding 16: Reichweite Overzicht displayweergaven Gebruik Tabel 19: 87700063_1.0_30.05.
Beschrijving Ondersteuningsniveau Hoe hoger het niveau van de trapondersteuning wordt geselecteerd, hoe meer het aandrijfsysteem de berijder ondersteunt bij het trappen. De volgende ondersteuningsniveaus zijn beschikbaar. Tabel 20: Ondersteuningsniveau Gebruik OFF Bij ingeschakeld aandrijfsysteem is de motorondersteuning uitgeschakeld. De duwondersteuning kan bij dit ondersteuningsniveau niet worden geactiveerd.
Beschrijving Huidige snelheid In de systeeminstellingen kan worden geselecteerd of de snelheid in kilometers of mijlen wordt weergegeven. Functieweergave De functieweergave toont drie typen informatie: • • • reisinformatie, systeeminstellingen en -informatie, en systeemmeldingen. Reisinformatie Afhankelijk van de fiets toont de functieweergave tot zeven typen reisinformatie. De getoonde reisinformatie kan worden gewisseld. Tabel 22: 87700063_1.0_30.05.
Beschrijving Systeeminstellingen en -informatie Om de systeeminstellingen en -informatie te zien, moet de berijder de systeeminstellingen openen. De berijder kan wel de waarden van de systeeminstellingen wijzigen, maar niet die van de systeeminformatie.
Beschrijving Systeemmelding Het aandrijfsysteem bewaakt zichzelf continu en geeft een gedetecteerde storing aan als systeemmelding met behulp van een getal. Afhankelijk van de aard van de storing schakelt het systeem zichzelf zo nodig automatisch uit. Een tabel met alle systeemmeldingen bevindt zich aan het eind van het hoofdstuk Onderhoud. 4.5.4 Bediening De bediening heeft vier toetsen.
Transport, opslag en montage 5 Transport, opslag en montage 5.1 Transport ! VOORZICHTIG Vallen bij onbedoelde activering Bij onbedoelde activering van het aandrijfsysteem bestaat gevaar voor letsel. Verwijder de accu voordat de fiets wordt getransporteerd. Brand- en explosiegevaar door hoge ! VOORZICHTIG t e m p e ra t u r e n Te hoge temperaturen leiden tot schade aan de accu. De accu kan ontvlammen en exploderen. Stel de accu niet langdurig bloot aan invallend zonlicht.
Transport, opslag en montage Neem bij transport het gewicht van de rijklare fiets in acht. Verwijder voor transport van de fiets het display en de accu. Bescherm de elektrische componenten en aansluitingen van de fiets met passende hoezen tegen weersinvloeden. Verwijder voor transport van de fiets accessoires zoals bidons. Gebruik bij transport met een personenauto een passende fietsdrager.
Transport, opslag en montage 5.2 ! VOORZICHTIG Opslag Brand- en explosiegevaar door hoge t e m p e ra t u r e n Te hoge temperaturen leiden tot schade aan de accu. De accu kan ontvlammen en exploderen. Stel de accu niet langdurig bloot aan invallend zonlicht. OPMERKING Wanneer de fiets op zijn kant ligt, kunnen olie en vet uit de fiets vrijkomen.
Transport, opslag en montage OPMERKING Wanneer de interne accu van het display een periode niet wordt gebruikt treedt ontlading op. Hierdoor kan de accu onherstelbare schade oplopen. Laad de interne accu van het display elke 3 maanden gedurende ten minste 1 uur op. Wanneer de fiets, bv. in de winter, langer dan vier weken buiten gebruik wordt gesteld, moet deze op de onderbreking van het gebruik worden voorbereid. 5.2.1.1 Onderbreking van het gebruik voorbereiden Verwijder de accu van de fiets.
Transport, opslag en montage 5.2.1.2 Onderbreking van het gebruik uitvoeren Sla fiets, accu en oplader op in een droge en schone omgeving. Laad de interne accu van het display elke 3 maanden gedurende ten minste 1 uur op. Controleer na 8 weken de laadtoestand van de accu. Laad de accu weer op tot ca. 60% wanneer nog slechts één LED van de laadtoestandweergave brandt. 50 87700063_1.0_30.05.
Transport, opslag en montage 5.3 ! VOORZICHTIG Montage Beknelling bij onbedoelde activering Bij onbedoelde activering van het aandrijfsysteem bestaat gevaar voor letsel. Verwijder de accu wanneer deze voor de montagewerkzaamheden niet absoluut noodzakelijk is. Voer montagewerkzaamheden aan de fiets uit in een schone en droge omgeving. De temperatuur op de werkplek moet 15 °C - 25 °C bedragen.
Transport, opslag en montage Het verpakkingsmateriaal bestaat hoofdzakelijk uit karton en kunststof folie. Voer de verpakking af conform de lokale voorschriften. 5.3.2 Levering De fiets is voor testdoeleinden in de fabriek eerst volledig gemonteerd en vervolgens voor het transport weer gedeeltelijk gedemonteerd. Tot de levering behoort: • • • • • • 5.3.3 ! VOORZICHTIG de fiets, voor 98% voorgemonteerd, het voorwiel, de accu resp. accu's, de oplader, de pedalen, de gebruikshandleiding.
Transport, opslag en montage In de praktijk wordt een onverkochte fiets vaak spontaan voor een proefrit aan eindgebruikers meegegeven zodra deze er rijklaar uitziet. Daarom moet elke fiets na opbouw direct in de volledig gebruiksklare toestand worden gebracht. Tot de eerste ingebruikname behoren onderstaande werkzaamheden: Controleer de accu [ Hoofdstuk 5.3.3.1, pagina 54]. De accu wordt gedeeltelijk opgeladen geleverd. Laad de accu volledig op voor maximale prestaties.
Transport, opslag en montage Verkoop van de fiets Vul het datablad in op de eerste pagina van deze gebruikshandleiding. Pas de fiets aan aan de berijder. Stel de zijstandaard en de schakelhendel af om de koper de afstelling te tonen. Instrueer de eigenaar of berijder in alle functies van de fiets. 5.3.3.1 Accu controleren De accu moet worden gecontroleerd voordat deze de eerste keer wordt opgeladen. Druk op de aan/uit-toets (accu).
Transport, opslag en montage 5.4 ! VOORZICHTIG Wiel met snelspanner monteren Vallen door losgeraakte snelspanner Een defecte of onjuist gemonteerde snelspanner kan gegrepen worden door de remschijf en het wiel blokkeren. Een val is het gevolg. Monteer de snelspanhendel van het voorwiel aan de zijde tegenover de remschijf. ! VOORZICHTIG Vallen door defecte of verkeerd gemonteerde snelspanner De remschijf kan tijdens gebruik zeer heet worden. Onderdelen van de snelspanner kunnen hierdoor schade oplopen.
Fiets aan de berijder aanpassen 6 Fiets aan de berijder aanpassen De KETTER-dealer controleert alle standaardinstellingen en stemt bij verkoop de afstelling van het zadel, het stuur, de verende voorvork en het veer-demperelement af op de berijder. 6.1 Zadel afstellen 6.1.1 Zithoogte bepalen ! VOORZICHTIG Vallen door een te hoog afgestelde zadelpen Een te hoog afgestelde zadelpen leidt tot breuk van de zadelpen of het frame. Een val met letsel is het gevolg.
Fiets aan de berijder aanpassen Uit ergonomisch oogpunt moet de zithoogte zo zijn afgesteld, dat de hiel van het uitgestrekte been het pedaal op het laagste punt nog raakt. Afbeelding 19: Bepalen van de zadelhoogte 6.1.2 Zadelpen met snelspanner vastzetten De KETTLER-dealer demonstreert de berijder of eigenaar de werking van de snelspanner. 2 3 1 Afbeelding 20: Snelspanner van de zadelpen in de eindstand 1 2 3 87700063_1.0_30.05.
Fiets aan de berijder aanpassen Vastzetten Klem de zadelpen uitsluitend in stilstand vast. De spanhendel van de zadelpen heeft geen opschrift. Of deze geopend of gesloten is, is eenvoudig te zien. • • Sluit de spanhendel van de zadelpen door deze helemaal tegen de zadelpen aan te drukken. Open de spanhendel van de zadelpen door deze van de zadelpen af te trekken. Controleer de spankracht van de snelspanner. 6.2 Hardheid van de veerelementen afstellen 6.2.
Fiets aan de berijder aanpassen 6.2.2 OPMERKING Hardheid van de luchtveerelementen afstellen Rijden zonder vuldruk leidt tot onherstelbare schade aan de wielophanging, het frame en de luchtveerelementen. Rijd nooit zonder vuldruk in de luchtveerelementen. OPMERKING Een normale luchtpomp kan de vereiste druk niet voldoende nauwkeurig opbouwen. Gebruik een speciale demperpomp om de vuldruk te corrigeren. De afstelling van de voorvork met luchtvering mag uitsluitend in stilstand worden uitgevoerd.
Fiets aan de berijder aanpassen 6.3 Grijpafstand van de remhendel afstellen (alternatieve uitvoering) 6.3.1 Hydraulisch bediende velgrem (alternatieve uitrusting) Vallen door verkeerde afstelling van de ! VOORZICHTIG grijpafstand Bij verkeerd afgestelde of verkeerd gemonteerde remcilinders kan de remwerking op elk moment volledig verloren gaan. Een val met letsel kan het gevolg zijn. Controleer, nadat de grijpafstand is afgesteld, de stand van de remcilinder en corrigeer deze zo nodig.
Fiets aan de berijder aanpassen 2 1 Afbeelding 23: 87700063_1.0_30.05.
Fiets aan de berijder aanpassen 6.3.2 Hydraulisch bediende schijfrem (alternatieve uitrusting) Stel de grijpafstand af met de kartelschroef van de remhendel. De berijder kan de remhendel gemakkelijk bedienen. 1 2 2 Afbeelding 24: 62 Remhendel (1) met kartelschroef (2) 87700063_1.0_30.05.
Gebruik 7 Gebruik ! VOORZICHTIG Vallen door loszittende kleding De spaken van de wielen en de kettingaandrijving kunnen schoenveters, sjaals en andere loszittende kleding intrekken. Een val met letsel kan het gevolg zijn. Draag stevige schoenen en nauwsluitende kleding. ! VOORZICHTIG Vallen door vuil Sterke vervuiling kan de werking van de functie verstoren, bijvoorbeeld van de remmen, de verlichting of de reflectoren. Een val met letsel kan het gevolg zijn.
Gebruik OPMERKING Door hitte of invallend zonlicht kan de bandenspanning toenemen tot boven de toegestane maximale druk. Hierdoor kan de band falen. Parkeer de fiets nooit in de zon. Controleer op warme dagen regelmatig de bandenspanning en corrigeer deze zo nodig. De fiets mag worden gebruikt binnen een temperatuurbereik van 5 °C - 35 °C. Buiten dit temperatuurbereik is de capaciteit van het aandrijfsysteem beperkt.
Gebruik 7.1 ! VOORZICHTIG Voor het rijden Vallen door onopgemerkte schade Na een val, ongeval of omvallen van de fiets kan er sprake zijn van moeilijk herkenbare schade, bv. aan het remsysteem, de snelspanners of het frame. Een val met letsel kan het gevolg zijn. Neem de fiets buiten gebruik en laat deze door de KETTLER-dealer controleren. ! VOORZICHTIG Vallen door materiaalmoeheid Bij materiaalmoeheid kan een onderdeel plotseling falen. Een val met letsel kan het gevolg zijn.
Gebruik Checklist voor het rijden Controleer de fiets op volledigheid. o.a. verlichting, reflectoren en remmen op sterke Controleer vervuiling. spatborden, bagagedrager en kettingbeschermer op Controleer deugdelijke montage. Controleer voor- en achterwiel op een rechte loop. Dat is met name van belang als de fiets getransporteerd is geweest of met een slot vastgezet is geweest. de ventielen en de bandenspanning. Corrigeer deze Controleer zo nodig voor het rijden.
Gebruik 7.2 ! VOORZICHTIG Zijstandaard gebruiken Vallen door omlaag geklapte zijstandaard De zijstandaard klapt niet automatisch omhoog. Bij rijden met omlaag geklapte zijstandaard bestaat valgevaar. Klap de zijstandaard voor het rijden volledig omhoog. OPMERKING Door de hoge massa van de fiets kan de zijstandaard op een zachte ondergrond wegzakken en kan de fiets kantelen en omvallen. Parkeer de fiets uitsluitend op een vlakke, stevige ondergrond.
Gebruik 7.3 ! WAARSCHUWING Accu Brand- en explosiegevaar door defecte accu Bij een beschadigde of defecte accu kan de beveiligingselektronica uitvallen. De restspanning kan kortsluiting veroorzaken. De accu kan ontvlammen en exploderen. Neem een accu, die uitwendige schade vertoont, onmiddellijk buiten bedrijf en laad deze nooit op. Houd afstand wanneer een accu vervormt of begint te roken, onderbreek de voeding van de contactdoos en neem onmiddellijk contact op met de brandweer.
Gebruik Brand- en explosiegevaar door kortsluiting ! VOORZICHTIG Kleine metalen voorwerpen kunnen de elektrische aansluitingen van de accu overbruggen. De accu kan ontvlammen en exploderen. Houd paperclips, schroeven, muntstukken, sleutels en andere kleine voorwerpen op afstand en steek deze niet in de accu. Letsel aan huid en ogen door defecte accu ! VOORZICHTIG Uit een beschadigde of defecte accu kunnen vloeistoffen en dampen vrijkomen.
Gebruik OPMERKING Bij transport van de fiets of tijdens het rijden kan een achtergebleven sleutel afbreken of kan de vergrendeling onbedoeld open gaan. Verwijder de sleutel van het accuslot onmiddellijk na gebruik. Het wordt aanbevolen de sleutel te voorzien van een sleutelhanger. 7.3.1 Framemontage-accu (alternatieve uitvoering) Schakel de accu en het aandrijfsysteem uit voordat de accu wordt verwijderd of aangebracht. 7.3.1.1 Framemontage-accu verwijderen Open het accuslot met de sleutel.
Gebruik 7.3.2 Bagagedrageraccu (alternatieve uitvoering) Schakel de accu en het aandrijfsysteem uit voordat de accu wordt verwijderd of aangebracht. 7.3.2.1 Bagagedrageraccu verwijderen Open het accuslot met de sleutel. Trek de bagagedrageraccu naar achteren uit de houder van de bagagedrageraccu. 7.3.2.2 Bagagedrageraccu aanbrengen Verwijder de sleutel van het slot. Schuif de bagagedrageraccu met de contacten naar voren in de houder voor de bagagedrageraccu tot deze vast klikt.
Gebruik 7.3.3.1 Geïntegreerde accu verwijderen Open het accuslot met de sleutel. De geïntegreerde accu is ontgrendeld en valt in de borging. Ondersteun de accu van onderaf met de hand. Druk met de andere hand van bovenaf op de borging. De geïntegreerde accu is volledig ontgrendeld en valt in de hand. Trek de geïntegreerde accu uit het frame. Verwijder de sleutel van het slot. 7.3.3.2 Geïntegreerde accu aanbrengen Plaats de accu met de contacten naar voren in de onderste houder.
Gebruik 7.3.4 ! VOORZICHTIG Accu laden Brand door oververhitte oplader De oplader wordt tijdens het laden van de accu warm. Bij onvoldoende koeling kan dit leiden tot brand of brandwonden aan de handen. Gebruik de oplader nooit op een licht ontvlambare ondergrond (bv. papier, tapijt, enz.). Dek de oplader tijdens het laden nooit af. ! VOORZICHTIG Elektrische schok door binnendringen van water Bij het binnendringen van water in een oplader bestaat het risico op een elektrische schok.
Gebruik Steek de laadkabel in de laadaansluiting van de accu. Het laden start automatisch. Tijdens het laden geeft de bedrijfs- en laadtoestandweergave de laadtoestand aan. Bij ingeschakeld aandrijfsysteem wordt het laden op het display weergegeven. Het laden is voltooid wanneer de LED's van de bedrijfs- en laadtoestandweergave uitgaan. ! VOORZICHTIG Brand- en explosiegevaar door beschadigde accu. Bij een beschadigde of defecte accu kan de beveiligingselektronica uitvallen.
Gebruik 7.4 Elektrisch aandrijfsysteem 7.4.1 Aandrijfsysteem inschakelen ! VOORZICHTIG Vallen door niet kunnen remmen Het ingeschakelde aandrijfsysteem kan door inwerking van krachten op de pedalen worden geactiveerd. Wanneer de aandrijving onbedoeld wordt geactiveerd en de rem niet bereikt kan worden, kan een val met letsel het gevolg zijn. Start nooit het elektrische aandrijfsysteem resp. schakel dit onmiddellijk uit wanneer de rem niet betrouwbaar kan worden bereikt.
Gebruik Wanneer het aandrijfsysteem is ingeschakeld, wordt de aandrijving geactiveerd zodra de pedalen met voldoende kracht worden voortbewogen. 7.4.2 Aandrijfsysteem uitschakelen Tien minuten na het laatste commando schakelt het systeem automatisch uit. Er zijn drie mogelijkheden om het aandrijfsysteem handmatig uit te schakelen. 1 Aan/uit-toets display Druk kort op de aan/uit-toets display. 2 Aan/uit-toets accu Druk op de aan/uit-toets (accu).
Gebruik Er is een voldoende opgeladen accu op de fiets aangebracht. De accu is correct aangebracht. De sleutel is verwijderd. Na het uitschakelen wordt het aandrijfsysteem afgesloten. Direct weer inschakelen is daarbij niet mogelijk. Wacht zo nodig korte tijd. Er zijn twee mogelijkheden om het aandrijfsysteem in te schakelen. 1 Aan/uit-toets (accu) Druk kort op de aan/uit-toets (accu). 2 Aan/uit-toets (bediening met display) Druk kort op de aan/uit-toets (bediening met display).
Gebruik 7.5 Display 7.5.1 USB-aansluiting gebruiken De USB-aansluiting kan worden gebruikt voor externe apparaten, voor zover deze worden aangesloten met een normconforme micro-A/ micro-B USB-2.0-kabel. Open de beschermklep van de USB-aansluiting. Breng na gebruik van de USB-aansluiting de beschermklep weer aan. Via de USB-aansluiting binnendringend vocht kan in het display kortsluiting veroorzaken.
Gebruik Er zijn twee mogelijkheden om de accu op te laden. 1 Op de fiets laden Breng het display aan in de houder voor het display als er een accu op de fiets is aangebracht. Druk op de aan/uit-toets (accu). Gebruik de fiets. 2 Via USB-aansluiting laden Open de beschermklep van de USB-aansluiting. Verbind de USB-aansluiting met een passende USB-kabel met een gangbare USB-oplader of de USB-aansluiting van een computer (5 V laadspanning; max. 500 mA laadstroom).
Gebruik Display aanbrengen Leg het display op de houder. Schuif het display helemaal naar achteren. 2 O ECO P H/H PH MKM M /H KKM T RESE e eeitiet chw Reici 1 3 Afbeelding 25: Display aanbrengen 1 2 3 7.5.4 OPMERKING Vergrendeling van het display Display Houder Duwondersteuning gebruiken De pedalen kunnen bij gebruik van de duwondersteuning meedraaien. Tijdens gebruik van de duwondersteuning moet de fiets met beide handen veilig worden geleid.
Gebruik De trekkracht en de snelheid van de duwondersteuning worden beïnvloed door de gekozen versnelling. Om de aandrijving te ontzien, wordt voor duwen bergop de eerste versnelling aanbevolen. Ondersteuningsniveau O F F mag niet zijn geselecteerd. Druk kort op de duwondersteuningstoets om de duwondersteuning te activeren. Druk binnen 3 seconden op de plus-toets en houd deze ingedrukt om de duwondersteuning in te schakelen. Laat de plus-toets los om de duwondersteuning uit te schakelen. 7.5.
Gebruik 7.5.7 Reisinformatie De weergegeven reisinformatie kan worden gewijzigd en voor een deel worden gereset. 7.5.7.1 Weergegeven reisinformatie wijzigen Druk herhaaldelijk op de info-toets (display) tot de gewenste reisinformatie wordt weergegeven. 7.5.7.2 Reisinformatie resetten Druk op de RESET-toets. De reisinformatie Maximum, Gemiddelde, Rijtijd en Afstand zijn gereset. De reisinformatie Afstand totaal kan niet worden gereset. 7.5.
Gebruik 7.6 Versnelling De keuze van de juiste versnelling is een voorwaarde voor het rijden met zo weinig mogelijk inspanning en voor een goede werking van het elektrische aandrijfsysteem. De optimale trapfrequentie ligt tussen 40 en 60 omwentelingen per minuut. 7.6.1 Handmatig (alternatieve uitvoering) Schakel met de schakelhendel of de draaibare handvatschakelaar van de versnelling naar de passende versnelling. De versnelling schakelt over. 7.6.2 Automatisch (alternatieve uitvoering) 7.6.2.
Gebruik 7.6.2.2 Gewenste trapfrequentie instellen Selecteer de gewenste trapfrequentie uitsluitend in stilstand. Selecteer de reisinformatie NuVinci Trapfreq. Stel de gewenste trapfrequentie in: • • Verhoog de trapfrequentie met de plus-toets. Verlaag de trapfrequentie met de min-toets De trapfrequentie wordt op het display weergegeven. 7.6.2.3 Versnelling handmatig selecteren Tijdens handmatig schakelen kan het niveau van de trapondersteuning niet worden gewijzigd.
Gebruik 7.7 ! VOORZICHTIG Remmen Vallen door verkeerd gebruik Onjuist gebruik van de rem kan leiden tot verlies van de controle of tot een val met letsel. Verplaats uw gewicht zo ver mogelijk naar achteren en omlaag. Oefen het remmen, ook in noodsituaties, voordat de fiets op de openbare weg wordt gebruikt. ! VOORZICHTIG Vallen door natte omstandigheden Op natte straten kunnen de banden slippen. Onder natte omstandigheden moet tevens rekening worden gehouden met een langere remweg.
Gebruik 7.7.1 Rem gebruiken Knijp in de remhendel tot de gewenste snelheid is bereikt. 7.7.2 Terugtraprem gebruiken (alternatieve uitrusting) De beste remwerking wordt bereikt wanneer de pedalen zich bij het remmen in de 3-uur- resp. 9-uurstand bevinden. Om de loze hoek tussen rij- en rembeweging te overbruggen is het aan te bevelen, een stuk voorbij de 3-uur- resp. 9-uur-stand te trappen voordat tegen de rijrichting in wordt getrapt om te remmen.
Gebruik 7.8 Vering en demping 7.8.1 Vering van het voorwiel blokkeren In de geopende stand van de vorkblokkering veert het veersysteem en worden zowel de berijder als de fiets minder zwaar belast. Daarom moet normaalgesproken bij voorkeur worden gereden met geopende vorkblokkering. Bij bv. bergop rijden of zeer snel rijden wordt de kracht, die op de aandrijving wordt uitgeoefend, door het veersysteem opgenomen en tot 50% afgezwakt.
Onderhoud 8 Onderhoud Checklist reiniging Ketting smeren maandelijks Accu reinigen maandelijks reiniging en conservering van alle Grondige onderdelen ten minste elke zes maanden Oplader reinigen ten minste elke zes maanden Checklist onderhoud Stand rubberen USB-klepje controleren voor elke rit Slijtage van de banden controleren wekelijks Slijtage van de velgen controleren wekelijks Bandenspanning controleren wekelijks Slijtage van de remmen controleren maandelijks bekab
Onderhoud 8.1 Reinigen en onderhouden Vallen bij onbedoelde activering ! VOORZICHTIG Bij onbedoelde activering van het aandrijfsysteem bestaat gevaar voor letsel. Verwijder de accu voor het reinigen. Onderstaande onderhoudsmaatregelen moeten periodiek worden uitgevoerd [ Checklist, pagina 88]. Dit onderhoud kan worden uitgevoerd door de eigenaar of de berijder. Bij twijfel dient de KETTLERdealer om raad te worden gevraagd. 8.1.
Onderhoud 8.1.2 OPMERKING Display Wanneer water het display binnendringt leidt dat tot onherstelbare schade. Dompel het display nooit onder in water. Verwijder het display voor het reinigen van de fiets. Reinig het display voorzichtig met een zachte, vochtige doek. 8.1.3 ! VOORZICHTIG Grondige reiniging en conservatie Vallen door falen van de remmen Na reiniging, onderhoud of reparatie van de fiets kan de remwerking aanvankelijk minder krachtig aanvoelen dan normaal.
Onderhoud Reinig de fiets met een vochtige doek. Voeg wat neutrale zeep toe aan het reinigingswater. Conserveer de fiets ten slotte met was of olie. 8.1.4 Ketting Reinig de ketting en de kettingwielen met de daarvoor voorziene onderhoudsmiddelen en smeer deze. 87700063_1.0_30.05.
Onderhoud 8.2 Onderhouden Vallen bij onbedoelde activering ! VOORZICHTIG Bij onbedoelde activering van het aandrijfsysteem bestaat gevaar voor letsel. Verwijder de accu voor het onderhouden. Onderstaande onderhoudsmaatregelen moeten periodiek worden uitgevoerd [ Checklist, pagina 88]. Deze kunnen worden uitgevoerd door de eigenaar of de berijder. Bij twijfel dient de KETTLER-dealer om raad te worden gevraagd. 8.2.
Onderhoud 8.2.2 Remsysteem Vervang de remvoeringen van de schijfrem wanneer de remvoering nog slechts 0,5 mm dik is. 8.2.3 Elektrische leidingen en remkabels Controleer alle zichtbare elektrische leidingen en bowdenkabels op beschadigingen. Wanneer bv. mantels zijn opgestuikt, moet de fiets buiten gebruik worden gesteld tot de bowdenkabels zijn vervangen. Controleer alle elektrische leidingen en bowdenkabels op functionaliteit. 8.2.
Onderhoud 8.2.6 OPMERKING Ketting- resp. riemspanning Een te hoge ketting- resp. riemspanning zorgt voor verhoogde slijtage. Een te geringe ketting- resp. riemspanning kan ertoe leiden dat de ketting resp. de riem van de kettingwielen afloopt. Controleer maandelijks de ketting- resp. riemspanning. Controleer de ketting- resp. riemspanning over een complete slag van het crankstel op drie tot vier plaatsen. Wanneer de ketting resp. de riem meer dan 2 cm kan worden ingedrukt, moet de ketting resp.
Onderhoud 2 cm Afbeelding 27: 87700063_1.0_30.05.2018 Ketting- resp.
Onderhoud 8.3 Inspectie Vallen bij onbedoelde activering ! VOORZICHTIG Bij onbedoelde activering van het aandrijfsysteem bestaat gevaar voor letsel. Verwijder de accu voor het inspecteren. Vallen door materiaalmoeheid ! VOORZICHTIG Wanneer de levensduur van een onderdeel wordt overschreden, kan dat onderdeel plotseling falen. Een val met letsel kan het gevolg zijn.
Onderhoud 8.4 Corrigeren en repareren 8.4.1 Uitsluitend originele onderdelen gebruiken De afzonderlijke onderdelen van de fiets zijn zorgvuldig geselecteerd en op elkaar afgestemd. Er mogen uitsluitend originele onderdelen worden gebruikt voor onderhoud en reparatie. De lijsten met goedgekeurde accessoires en onderdelen worden continu geactualiseerd en zijn beschikbaar bij de KETTLER-dealers. 87700063_1.0_30.05.
Onderhoud 8.4.2 ! VOORZICHTIG Snelspanner van het wiel Vallen door losgeraakte snelspanner Een defecte of onjuist gemonteerde snelspanner kan gegrepen worden door de remschijf en het wiel blokkeren. Een val is het gevolg. Monteer de snelspanhendel van het voorwiel aan de zijde tegenover de remschijf. Vallen door defecte of verkeerd gemonteerde ! VOORZICHTIG snelspanner De remschijf kan tijdens gebruik zeer heet worden. Onderdelen van de snelspanner kunnen hierdoor schade oplopen.
Onderhoud De spanhendel van de snelspanner is voorzien van de opschriften OPEN en CLOSE. Wanneer OPEN leesbaar is, is de snelspanner geopend. Wanneer CLOSE leesbaar is, is de snelspanner gespannen. De snelspanner van het wiel is correct gespannen wanneer de spanhendel vanuit de geopende stand tot halverwege makkelijk kan worden gedraaid en vanaf halverwege met de vingers of de muis van de hand moet worden aangedrukt. 8.4.2.1 Snelspanner spannen Houd de geopende spanhendel vast.
Onderhoud Spankracht van de snelspanner controleren en afstellen Wanneer de spanhendel niet met slechts handkracht zijn eindstand bereikt of juist te los is, moet de spankracht opnieuw worden afgesteld. Open de spanhendel volledig. Draai de afstelmoer wat losser of vaster. Span de spanhendel vast. Herhaal zo nodig de stappen tot de spanhendel de juiste eindstand bereikt. 100 87700063_1.0_30.05.
Onderhoud 8.4.3 Vuldruk corrigeren 8.4.3.1 Blitzventiel Bij een eenvoudig Blitzventiel kan de vuldruk niet worden gemeten. Daarom wordt de vuldruk gemeten in de vulslang tijdens het langzaam oppompen met de fietspomp. Het wordt aanbevolen een fietspomp te gebruiken met drukmeter. De gebruikshandleiding van de fietspomp moet in acht worden genomen. Verwijder de ventieldop. Sluit de fietspomp aan. Pomp de band langzaam op en let daarbij op de vuldruk.
Onderhoud 8.4.3.2 Frans ventiel Het wordt aanbevolen een fietspomp te gebruiken met drukmeter. De gebruikshandleiding van de fietspomp moet in acht worden genomen. Verwijder de ventieldop. Draai de kartelmoer ca. vier slagen los. Sluit voorzichtig de fietspomp aan zodat de ventielinzet niet wordt verbogen. Pomp de band op en let daarbij op de vuldruk. 1 De vuldruk is conform de gegevens [ Datablad, pagina 1] gecorrigeerd. Maak de fietspomp los.
Onderhoud 8.4.3.3 Autoventiel Het wordt aanbevolen een fietspomp te gebruiken met drukmeter. De gebruikshandleiding van de fietspomp moet in acht worden genomen. Verwijder de ventieldop. Sluit de fietspomp aan. Pomp de band op en let daarbij op de vuldruk. De vuldruk is conform de gegevens [ Datablad, pagina 1] gecorrigeerd. Maak de fietspomp los. Draai de ventieldop stevig vast. Draai de velgmoer met de vingertoppen licht tegen 1 de velg aan. Afbeelding 31: 87700063_1.0_30.05.
Onderhoud 8.4.4 De versnelling afstellen Wanneer de versnelling niet goed overschakelt, moet de spanning van de schakelkabel worden afgesteld. Trek de afstelwartel voorzichtig van de behuizing van de schakelhendel weg en verdraai deze. Controleer de werking van de versnelling na elke correctie. Wanneer de versnelling op deze manier niet goed kan worden afgesteld, moet de KETTLER-dealer de montage van de versnelling controleren. 8.4.4.
Onderhoud 8.4.4.2 Versnelling met bowdenkabelbediening, dubbel (alternatieve uitvoering) Stel de afstelwartel onder de achterbrug van het frame zo af, dat de versnelling gemakkelijk overschakelt. De schakelkabel heeft bij licht uittrekken een speling van ca. 1 mm. 1 1 A 2 1 B 2 Afbeelding 33: 87700063_1.0_30.05.2018 Afstelwartels (2) van twee alternatieve uitvoeringen (A resp.
Onderhoud 8.4.4.3 Draaibare handvatschakelaar met bowdenkabelbediening, dubbel (alternatieve uitvoering) Stel de afstelwartel op de behuizing van de schakelhendel zo af, dat deze gemakkelijk overschakelt. Bij het draaien aan de draaibare handvatschakelaar is een speling voelbaar van ca. 2 - 5 mm (1/2 versnelling). 1 2 Afbeelding 34: 106 Draaibare handvatschakelaar met afstelwartels (1) en speling van de versnelling (2) 87700063_1.0_30.05.
Onderhoud 8.4.5 Slijtage van de remblokken compenseren 8.4.5.1 Hydraulisch bediende velgrem (alternatieve uitrusting) Met de afstelschroef op de remhendel van de hydraulische velgrem kan slijtage van de remblokken worden gecompenseerd. Wanneer het profiel van de remblokken niet meer bedraagt dan 1 mm moeten de remblokken worden vervangen. Draai de afstelschroef verder in om de loze slag te verkorten en slijtage van de remblokken te compenseren.
Onderhoud 8.4.5.2 Velgrem met bowdenkabelbediening (alternatieve uitrusting) Door het opnieuw afstellen de afstelschroef op de remhendel van de velgrem met bowdenkabelbediening wordt de slijtage van de remblokken gecompenseerd. De loze slag is de afgelegde afstand van de uitgangspositie van de remhendel tot het drukpunt, d.w.z. het punt waarop de rem aangrijpt. Draai, om de loze slag te verkorten en de slijtage van de remblokken te compenseren, de afstelschroef verder uit.
Onderhoud 8.4.6 Verlichting vervangen Er kan een 3 Watt- of een 1,5 Wattverlichtingsinstallatie zijn gemonteerd. Gebruik bij vervanging uitsluitend componenten die overeenkomen met het betreffende wattage. 8.4.7 Koplamp afstellen Stel de koplamp zo af, dat de lichtkegel 10 m voor de fiets op de weg schijnt. 8.4.8 Reparaties door de dealer Voor veel reparaties is bijzondere kennis en gereedschap vereist.
Onderhoud 8.4.9 Eerste hulp bij systeemmeldingen Brand- en explosiegevaar door defecte accu ! WAARSCHUWING Bij een beschadigde of defecte accu kan de beveiligingselektronica uitvallen. De restspanning kan kortsluiting veroorzaken. De accu kan ontvlammen en exploderen. Neem een accu, die uitwendige schade vertoont, onmiddellijk buiten bedrijf. Laat een beschadigde accu nooit in contact komen met water.
Onderhoud Wordt de systeemmelding nog steeds weergegeven, verwijder dan de accu en breng deze opnieuw aan. Start het aandrijfsysteem opnieuw op. Wordt de systeemmelding nog steeds weergegeven, neem dan contact op met de KETTLER-dealer.. 8.4.9.2 Verhelpen van specifieke storingen Onthoud het nummer van de systeemmelding. Storing Oplossing 10 Accu opladen. 12 Accu opladen. 24 Verkeerde oplader. Gebruik de meegeleverde oplader voor het laden.
Onderhoud 8.4.10 Elektrisch aandrijfsysteem of display start niet op Handel als volgt wanneer het display en/of het aandrijfsysteem niet opstart: Controleer of de accu is ingeschakeld. Zo niet, schakel de accu in. Neem contact op met de KETTLER-dealer wanneer de LED's van de laadtoestandweergave niet branden. Verwijder de accu wanneer de LED's van de laadtoestandweergave branden, maar het aandrijfsysteem toch niet opstart. Breng de accu aan. Start het aandrijfsysteem op.
Onderhoud 8.5 Accessoires Onderstaande accessoires worden aanbevolen: Tabel 30: 87700063_1.0_30.05.
Onderhoud 8.5.1 ! VOORZICHTIG Kinderzitje Vallen door onjuist gebruik Het gebruik van een kinderzitje is van grote invloed op de rij-eigenschappen en de stabiliteit van de fiets. Dit kan leiden tot verlies van de controle en een val met letsel. Oefen een veilig gebruik met het kinderzitje voordat de fiets op de openbare weg wordt gebruikt. ! VOORZICHTIG Beknellingsgevaar door open veren Het kind kan met de vingers bekneld raken tussen de open veren of het open mechanisme van het zadel resp.
Onderhoud De KETTLER-dealer dient u graag van advies bij het kiezen van een bij uw kind en bij de fiets passend kinderzitsysteem. Bij de levering van gangbare kinderzitjes is doorgaans geen materiaal inbegrepen, dat nodig is om de fiets aan het kinderzitje aan te passen. Daarnaast kunnen kennis, vaardigheden en gereedschappen nodig waarover technische leken niet beschikken.
Onderhoud 8.5.2 ! VOORZICHTIG Fietsaanhanger Vallen door falen van de remmen Bij een hoge aanhangerbelading kan de remwerking onvoldoende zijn. De lange remweg kan leiden tot een val of ongeval met letsel. Overschrijd nooit de vermelde maximale aanhangerbelading. OPMERKING De bedienings- en veiligheidsaanwijzingen voor het aanhangersysteem moeten in acht worden genomen. De wettelijke bepalingen voor het gebruik van fietsaanhangers moeten in acht worden genomen.
Recycling en afvoer 9 Recycling en afvoer Brand- en explosiegevaar ! WAARSCHUWING Bij een beschadigde of defecte accu kan de beveiligingselektronica uitvallen. De restspanning kan kortsluiting veroorzaken. De accu kan ontvlammen en exploderen. Neem een accu, die uitwendige schade vertoont, onmiddellijk buiten bedrijf en laad deze nooit op. Houd afstand wanneer een accu vervormt of begint te roken, onderbreek de voeding van de contactdoos en neem onmiddellijk contact op met de brandweer.
Recycling en afvoer De fiets, de accu, het display en de oplader bevatten waardevolle grondstoffen. Deze moeten overeenkomstig de van toepassing zijnde wettelijke voorschriften gescheiden van het huisvuil worden afgevoerd voor recycling. Door gescheiden inzameling en recycling worden de grondstofreserves ontzien en is gewaarborgd dat bij de recycling van het product en/of de accu alle voorschriften ter bescherming van de gezondheid en het milieu worden aangehouden.
Bijlage 10 EG-conformiteitsverklaring Vertaling van de originele EG-conformiteitsverklaring De fabrikant: KETTLER Alu-Rad GmbH Longericher Str. 2 50739 Köln verklaart hiermee, dat de elektrisch ondersteunende fiets typen KB012; KB013; KB019; KB020; KB021; KB024; KB025; KB026; KB027; KB028; KB029; KB030; KB031; KB032; KB035; KB037; KB050; KB051; KB052 bouwjaar 2017 en bouwjaar 2018, in overeenstemming zijn met alle van toepassing zijnde eisen van de Machinerichtlijn 2006/42/ EG.
Bijlage 87700063_1.0_30.05.
Lijst met afbeeldingen 11 Lijst met afbeeldingen Afbeelding 1: Afbeelding 2: Typeplaat (voorbeeld), 20 Fiets van rechts gezien, voorbeeld Traveller EComfort, 25 Detailaanzicht fiets vanuit berijderpositie gezien, voorbeeld, 26 Componenten van het wiel, voorbeeld voorwiel, 27 Fiets zonder vering (1) en met vering (2) tijdens het rijden over een hindernis, 28 Componenten van de velgrem met detail, voorbeeld, 29 Vergrendelingshendel van de velgrem, op achterwiel (1) en voorwiel (2), 30 Remsysteem van een f
Lijst met afbeeldingen Afbeelding 30: Afbeelding 31: Afbeelding 32: Afbeelding 33: Afbeelding 34: Afbeelding 35: Afbeelding 36: 87700063_1.0_30.05.2018 Frans ventiel met ventielinzet (1), kartelmoer (2) en velgmoer (3), 102 Autoventiel met velgmoer (1), 103 Afstelwartel (1) van de versnelling met enkele bowdenkabelbediening en behuizing van de schakelhendel (2), voorbeeld, 104 Afstelwartels (2) van twee alternatieve uitvoeringen (A resp.
Lijst met tabellen 12 Lijst met tabellen Tabel 1: Tabel 2: Tabel 3: Tabel 4: Tabel 5: Tabel 6: Tabel 7: Tabel 8: Tabel 9: Tabel 10: Tabel 11: Tabel 12: Tabel 13: Tabel 14: Tabel 15: Tabel 16: Tabel 17: Tabel 18: Tabel 19: Tabel 20: Tabel 21: Tabel 22: Tabel 23: Tabel 24: Tabel 25: Tabel 26: Technische gegevens fiets, 2 Technische gegevens accu, 2 Technische gegevens display, 3 Emissies door de fiets*, 3 Technische gegevens USB-aansluiting, 3 Aanhaalmomenten*, 3 Identificatienummer van de gebruikshandlei
Index 13 Index A Aan/uit-toets, Accu, 37, 38 Display, 40 Aandrijfsysteem, 33 - inschakelen, 75, 76 - uitschakelen, 76, 77 Accu, 36 - afvoeren, 118 - controleren, 54 - laadstoring verhelpen, 110 - laden, 73 - reinigen, 89 - uit de slaapstand halen, 74 - verwijderen, 70, 71 Achterlicht, 25, 34 Achterwiel, zie wiel Achterwielrem, 29, 31, 32 Alternatieve uitrusting, 18 Alternatieve uitvoering, 18 B Bagagedrager, 25 - controleren, 66 Band, 27 - controleren, 92 - vervangen, 109 Bandenspanning, 1 Bediening, 45
Index Rijverlichtingtoets, 40 Rollenrem, - remmen, 86 S Schakelhendel, 26 - afstellen, 96, 103, 104, 107 - controleren, 93 Schakeltip, 42 Snelspanner, 27 Spaak, 27 Spanhendel, Zadelpen, 57 Spatbord, 25 - controleren, 66 Storingsmelding, zie systeemmelding 110 Stuur, 25, 26 - monteren, 53 Systeeminstelling, 44 - wijzigen, 82 Systeeminformatie 44 wijzigbaar, 44 Systeemmelding, 45 - begrijpen, 110 T Terugtraprem, 29, 31, 32 - remmen, 86 Toets, Aan/uit (accu), 37, 38 Aan/uit (display), 40 Duwondersteuning, 45 I
Tekst en afbeeldingen: KETTLER Alu-Rad GmbH Longericher Straße 2 50739 Köln, Germany Vertaling: Tanner Translations GmbH+Co Markenstraße 7 40227 Düsseldorf, Germany Gebruikshandleiding: 87700063_1.0_30.05.
www.kettler-alu-rad.com KETTLER Alu-Rad GmbH Longericher Straße 2 50739 Köln, Germany Tel.: +49 6805 6008 0 Fax: +49 6805 6008 3098 E-mail: info@kettler-alu-rad.