Operation Manual

Veiligheidsinstructies
b
3-5
........................
:.,iiB:fg:het
..
.
sta:p
pn$af
...
rkere:n,
..........................................
.........................
...
.................................... ....................................................
:..:.:...
./............."l.
....................
................................................
:.
........
::.:.:
........
i:::.::.:::'.
:".'
..
...............................
............................................................
,.,:.:
......................................
:....:.::.
.......................................
.....................................................................................................
Stop
of
parkeer niet
in
de buurt
van
ontvlambare
voorwerpen.
e
Tijdens het rijden wordt de uitlaatpijp warm. Als ze in contact komt met
zaken die gemakkelijk vuur vatten, zoals droge bladeren of papier, kan
er brand ontstaan.
beg
de
motor
stil
wanneer
u
de
auto
verlaat.
o
Leg de motor stil om brand te vermijden en vergrendel de deuren om
diefstal te vermijden.
o
Laat geen waardevolle voorwerpen achter in de auto.
Leg
de
motor
altijd
still
als
u
in
de
auto
slaapt.
@
U
zou in uw slaap de versnellingspook of keuzehendel en de gaspedaal
kunnen bedienen en zo een ongeluk veroorzaken. Als u onbewust de
gaspedaal ingedrukt houdt, kan de motor, de uitlaat enz. oververhit
raken.
@
Als u de motor laat draaien op een onverluchte plaats, bestaat er gevaar
van uitlaatgasvergiftiging.
Bij
hel parkeren
op
een
helling
moet
u
in
een
andere
versnelling
schakelen,
de
handrem
aanhalen
en
de
auto
vastzetten
met een
wig.
s
Zet de auto in de eerste versnelling als u bergop parkeert en in
"
R
"
als
u bergaf parkeert.
o
Parkeer niet op steile hellingen.