Operation Manual

Veiligheidsinstructies
b
3-1
1
Een bocht
nemen
Vertraag voor de bocht en rijd van de buitenkant naar de binnenkant. Als
u bijna uit de bocht bent, versnelt u en rijdt u terug naar de buitenkant.
(eerst vertragen, dan versnellen)
Let wel op dat u de middenstreep niet overschrijdt, want dat kan zeker in
een bocht bijzonder gevaarlijk zijn.
Rem
of
schakel niet op een nat wegdek.
e
Beginnen te
vertragen
Auto's
met
ABS
-
systeem
Tijdens het rijden op een onverharde weg, zand of sneeuw kan de
remafstand langer zijn dan bij een auto zonder ABS. Rij daarom traag
en voorzichtig.
Aangezien de remafstand afhankelijk is van de ligging van de weg,
moet u steeds een veilige afstand van de andere voertuigen bewaren.
@
Terwijl het ABS actief is, zult u trillingen en geluid in de carrosserie, het
stuur en de rempedaal gewaarworden.
U
hoeft dan niet ongerust te zijn, dat wijst er gewoon op dat het ABS
normaal functioneert.
@
Als het controlelampje van het ABS brandt, functioneert het ABS niet.
U
bent dan aangewezen op de gewone remmen.
(Neem in dat geval altijd contact op met een erkend servicecenter.)