Operation Manual
46
4646
46
Foto’s verscherpen en vervagen
Foto’s verscherpen en vervagenFoto’s verscherpen en vervagen
Foto’s verscherpen en vervagen
Met de functie Sharpness (scherpte) kunt u het bewerken van foto’s met een
fotobewerkingsprogramma vereenvoudigen. Als u de instelling Sharp (scherp)
gebruikt, worden de randen om de foto benadrukt, waardoor u de afbeelding
later eenvoudiger kunt knippen of bijsnijden. Wilt u het object in de foto laten
overlopen in de achtergrond, dan gebruikt u de instelling Soft (zacht) om
randen minder prominent te maken. Gebruik voor gewone foto’s de
standaardinstelling. Met de instellingen Sharp en Soft kunt u de scherpte van
foto’s versterken en verzwakken.
1
1 1
1 Zet de keuzeschakelaar op Capture.
2
22
2 Schuif de aan/uit-knop naar rechts om de
camera in te schakelen.
3
33
3 Druk op de menuknop.
Het hoofdmenu verschijnt op het LCD-
scherm.
MENU
REVIEW
CONNECT
SETUP
CAMERA
CAPTURE