Operation Manual

A-61580_nl mei 2010 4-11
Laag: de minst agressieve instelling; deze zal etiketten, slechte
kwaliteit of dikke of gekreukte documenten niet zo snel detecteren
als multi-invoer.
Gemiddeld: gebruik gemiddelde gevoeligheid als in uw toepassing
documenten van verschillende dikte of documenten met etiketten
worden gebruikt. Afhankelijk van het materiaal waarvan de etiket
is gemaakt, zullen documenten met etiketten niet als een dubbel
ingevoerd document worden gezien.
Hoog: de meest agressieve instelling. Deze instelling kan worden
gebruikt als alle documenten een dikte hebben die ongeveer gelijk
is aan dat van 80-grams papier.
Actieve sensoren — de breedte van het papierpad wordt door drie
sensoren in de gaten gehouden. Voor een juiste detectie van dubbel
ingevoerde documenten moeten de documenten onder een van deze
sensoren passeren.
Links, Midden, Rechts — hier kunt u aangeven welke sensoren u wilt
inschakelen. Wanneer u bijvoorbeeld weet dat de linkerzijde van het
document een plaknotitie heeft, kunt u de linkersensor uitschakelen.
Actie — geef aan wat de scanner moet doen wanneer multi-invoer
wordt gedetecteerd.
Alleen detecteren: De scanner piept bij alle opties (als het
scannervolume is ingeschakeld) en de conditie wordt in de scannerlog
vastgelegd. Het scannen wordt voortgezet.
Einde taak: het scannen wordt stopgezet en de scantoepassing
wordt weer geactiveerd (dat wil zeggen de taak wordt beëindigd).
Controleer of het papierpad vrij is en start de scansessie opnieuw
vanuit de scantoepassing.
Invoer en transport stoppen: het scannen wordt stopgezet, maar
de scantoepassing blijft op meer beelden wachten (dat wil zeggen,
de documentinvoer wordt stopgezet). U kunt het scannen hervatten
door Hervatten op het tipscherm aan te raken. U kunt het scannen
stopzetten door Einde taak op het tipscherm aan te raken. U kunt het
scannen ook via de scantoepassing stopzetten.