Operation Manual

Scannen met het apparaat6-24
6 Voer op het cijferblok de registratienaam in, en druk daarna op de toets
Select.
 Details over het invoeren / bewerken van tekst vindt u onder “Tekst
invoeren” op pagina A-6.
 U kunt maximaal 20 tekens invoeren.
7 Typ het e-mailadres in met behulp van het cijferblok, en druk daarna op
de toets Select.
De instellingen zijn geregistreerd, en het menu DIAL REGISTER
verschijnt weer.
 U kunt maximaal 64 tekens invoeren.
Een snelkiesbestemming opslaan (LDAP-zoekactie)
E-mailadressen kunnen geregistreerd worden als snelkiesbestemmingen met
behulp van informatie op de LDAP-server. U kunt maximaal 250 snelkies-
bestemmingen opslaan.
 Om verbinding te maken met een LDAP-server, moet u instellingen
opgeven voor
LDAP SETTING. Voor details leest u de Referentie-
handleiding op de Documentation CD/DVD.
 Toetsbewerkingen van het apparaat kunt u niet gebruiken wanneer u
een FTP-adres of SMB-adres registreert als snelkiesbestemming.
Deze adressen kunnen geregistreerd worden met Local Setup Utility
(LSU) of PageScope Web Connection. Voor details leest u de
Referentiehandleiding op de Documentation CD/DVD.
 De snelkiesnummers 221 tot 250 zijn gereserveerd voor het
registreren van FTP-adressen en SMB-adressen via Local Setup
Utility (LSU) of PageScope Web Connection.
1 Druk in het hoofdscherm (scanmodus) op de toets + of , om UTILITY
te selecteren, en druk dan op de toets Select.
2 Druk op de toets + of , om DIAL REGISTER te selecteren, en druk
dan op de toets Select.
3 Druk op de toets + of , om SPEED DIAL te selecteren, en druk dan op
de toets Select.
4 Voer op het cijferblok het nummer voor de snelkiesbestemming in (tussen
1 en 220), en druk daarna op de toets Select.
5 Druk op de toets + of , om LDAP SEARCH te selecteren, en druk dan
op de toets Select.