Operation Manual
Overzicht van het configuratiemenu2-40
LDAP
SETTING
DOMAIN NAME
Voer de domeinnaam (maximaal 64
tekens) in, die wordt gebruikt voor de
verbinding met de LDAP-server.
De standaardinstelling is blanco.
USB SETTING
Instelling
Windows / Mac
Selecteer het besturingssysteem van
de PC waarmee dit apparaat is verbon-
den via een USB-kabel.
COMM.
SETTING
TONE/PULSE
Instelling
TONE / PULSE
Selecteer het kiessysteem. Als deze
parameter niet correct is ingesteld, kun-
nen geen faxdocumenten worden ver-
zonden en ontvangen.
Controleer welk kiessysteem uw tele-
fooninstallatie gebruikt, en selecteer de
juiste instelling.
Wanneer PTT SETTING in het
menu
USER SETTING is inge-
steld op U.S.A, CANADA of
NEW ZEALAND, kunt u de
instellingen niet veranderen.
LINE MONITOR
Instelling
OFF / LOW / HIGH
Selecteer het volume van de lijncon-
trole van het transmissiesignaal.
PSTN/PBX
Instelling
PSTN / PBX
Hier selecteert u of het apparaat is aan-
gesloten op het openbare telefoonnet
(PSTN) of op een privé-installatie
(PBX).
Voor een PBX-systeem kunt u het pre-
fixnummer aangeven (exclusief het toe-
gangsnummer voor de buitenlijn of
toestelnummer).