Operation Manual

3.7
Dagelijks gebruik
3. U kunt nu voor deze naamtoets een naam ingeven.
Zie pagina 2.3 voor meer informatie over het ingeven van namen.
Of
Als u geen naam wilt ingeven, slaat u deze stap over.
Als u wel een naam aan het nummer toekent, verschijnt de naam in het
display wanneer u deze naamtoets indrukt.
4. Wanneer u de naam juist heeft ingevoerd, of geen naam wilt
invoeren, drukt op Start.
5. Wilt u nog een nummer instellen, druk dan op de gewenste
voorkeuzetoets en herhaal de stappen 2 t/m 4. ,
Of
om terug te keren naar de standby-stand, drukt u op Stop.
Een opgeslagen nummer wijzigen
Wanneer u de naamtoets van een opgeslagen nummer
ingedrukt houdt, verschijnt het nummer in het display.
Druk op
!
of
om de cursor te verplaatsen naar het cijfer dat u wilt
wijzigen en breng de gewenste wijziging aan. Als het nummer juist is,
drukt u op Start.
NB: Wanneer u op een naamtoets drukt die voor ‘Groep kiezen’wordt gebruikt,
verschijnt kort in het display ‘GROEP OPGESLAGEN’ om aan te geven
dat deze toets voor ‘Groep kiezen’wordt gebruikt. Vervolgens kunt u het
nummer wijzigen. Zie ‘Groep kiezen’op pagina 3.14.
Een opgeslagen nummer faxen of bellen
1. Plaats het te faxen document in de invoer.
2. Druk op de gewenste naamtoets
(1 - 10)
. Het nummer wordt automa-
tisch gekozen en de Telefax 380 begint met verzenden zodra de andere
fax heeft beantwoord.
TEL:025413000