Operation Manual

57
NL
Koken met de magnetron
Opgelet! Lees aandachtig het hoofdstuk
“Veiligheidsinstructies” alvorens met de
magnetron te koken.
Volg de volgende aanwijzingen bij het koken met
de magnetron:
Vóór het opwarmen of bereiden van voedsel
met schil of vel (bijvoorbeeld appels,
tomaten, aardappelen, worsten) prik de
schil of het vel door zodat het niet uit elkaar
kan spatten. Maak een inkeping in het
voedsel alvorens met de bereiding te
beginnen.
Alvorens een schaal of pot te gebruiken,
controleer of die geschikt is voor de
magnetron (zie hoofdstuk over het soort
serviesgoed).
Bij het bereiden van voedsel met weinig
vocht (bijv. brood ontdooien, popcorn
maken, enz.) treedt er een snelle
verdamping op. Op die manier werkt de
oven alsof hij leeg is en kan het voedsel
verkolen. Dit kan de oven en het
serviesgoed beschadigen. Stel daarom
alleen de nodige tijd in en blijf in de buurt.
Het is niet mogelijk grote hoeveelheden olie
(frituren) in de magnetronoven op te
warmen.
Haal kant-en-klare maaltijden uit hun
verpakking, aangezien die niet altijd
hittebestendig zijn. Volg de door de fabrikant
opgegeven instructies.
Als er meerdere stukken serviesgoed
zijn, zoals bijvoorbeeld kopjes thee, verdeel
die dan gelijkmatig over het hele
draaiplateau.
Sluit plastic zakken niet met metalen
knijpers maar met plastic knijpers. Prik de
zak verschillende keren door zodat stoom
makkelijk kan ontsnappen.
Als u voedsel kookt of opwarmt, controleer
of die een minimumtemperatuur van 70°C
bereiken.
Tijdens het kookproces kan er waterdamp
ontstaan op het glas van de deur dat
eventueel kan beginnen druppen. Dit is een
normaal verschijnsel dat zich zeker zal
voordoen als de omgevingstemperatuur laag
is. De veiligheid van de oven wordt daardoor
niet beïnvloed. Veeg na de bereiding het
condensatiewater weg.
Als u vloeistoffen opwarmt gebruik
serviesgoed met een grote opening, zodat
stoom makkelijk kan ontsnappen.
Bereid het voedsel volgens de aanwijzingen en
neem de in de tabellen aangegeven kooktijden en
vermogensstanden in acht.
Denk eraan dat de opgegeven waarden slechts
een aanwijzing zijn en dus kunnen variëren
naargelang van de begintoestand, de
temperatuur, de vochtigheid en het soort voedsel.
Het is aangeraden de tijden en
vermogensstanden aan elke situatie aan te
passen. Naargelang van het voedsel kan het
nodig zijn de kooktijd te verlengen of in te korten
of de vermogensstand te verhogen of verlagen.
Koken met de magnetron...
1. Hoe groter de hoeveelheid voedsel, hoe langer
de kooktijd. Denk eraan dat:
Dubbele hoeveelheid » dubbele tijd
Half de hoeveelheid » halve tijd
2. Hoe lager de temperatuur, hoe langer de
kooktijd.
3. Vloeibaar voedsel warmt sneller op.
4. Het gelijkmatig verdelen van het voedsel op het
draaiplateau vergemakkelijkt het gelijkvormig
kookproces. Als u de dikkere stukken voedsel
aan de buitenkant van het plateau legt en de
dunnere in het midden, zal u verschillende
soorten voedsel tegelijk kunnen opwarmen.
5. De deur van de oven kan op elk moment
worden geopend. De oven stopt automatisch
met werken. De magnetron gaat pas
verderwerken als u de deur sluit.
6. Afgedekt voedsel heeft minder kooktijd nodig
en behoudt bovendien beter zijn
oorspronkelijke smaak en kleur. Het deksel
dient wel de microgolven door te laten en moet
van kleine openingen zijn voorzien om stoom te
laten ontsnappen.