BEDIENUNGSANWEISUNG g f l Instructions for use Instructions d’utilisation Gebruiksaanwijzing 2222-652 32 -0602 IKE 178-4 IKE 238-4
Geachte klant, Lees eerst aandachtig de gebruiksaanwijzing door voordat U Uw nieuwe koelapparaat in gebruik neemt. Hierin staat belangrijke informatie over een veilig gebruik, over het opstellen en over het onderhoud van het apparaat. De gebruiksaanwijzing s.v.p. bewaren voor latere naslag. Aan eventuele volgende bezitters van het apparaat doorgeven. Deze gebruiksaanwijzing is voor meerdere, technisch vergelijkbare modellen in diverse uitvoeringen bestemd. S.v.p.
Inhoud Veiligheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 Weggooien . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51 Informatie over de verpakking van het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1 Veiligheid De veiligheid van onze koelapparaten voldoet aan de erkende regels der techniek en aan de Duitse wet op de veiligheid van apparaten. Desondanks zien wij ons genoodzaakt U met de volgende veiligheidsaanwijzingen vertrouwd te maken: daarom voor de nodige toezicht en laat kinderen niet met het apparaat spelen. Bij dagelijks gebruik • Reglementaire toepassing • • • Het koelapparaat is voor huishoudelijk gebruik bestemd.
Weggooien Informatie over de verpakking van het apparaat Alle gebruikte grondstoffen zijn milieuvriendelijk! Ze kunnen zonder gevaar weggegooid of in de vuilverbrandingsoven verbrand worden! De grondstoffen: de kunststoffen kunnen ook opnieuw gebruikt worden en worden als volgt gekarakteriseerd: >PE< voor polyethyleen, bijv. bij de buitenste verpakking en de zakken binnen in. >PS< voor schuimpolystyrol, bijv. bij de bekledingsdelen, in principe FCKW-vrij.
Opstellen Opstelplaats Het apparaat in een goed geventileerde en droge ruimte neerzetten. De omgevingstemperatuur heeft invloed op het stroomverbruik en het onberispelijk functioneren van het apparaat. Het apparaat daarom – niet aan directe straling van de zon blootstellen; – niet bij radiatoren, naast een kachel of andere warmtebronnen plaatsen; – alleen op een plaats neerzetten waarvan de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatcategorie waarvoor het apparaat is ontworpen.
Electrische aansluiting Voor de electrische aansluiting is een volgens de voorschriften geïnstalleerde beschermcontactdoos vereist. De electrische zekering dient minsten 10 Ampère te zijn. Indien het stopcontact bij een ingebouwd apparaat niet meer toegankelijk is, dient een maatregel in de electrische installatie er voor te zorgen dat het apparaat van de stroom kan worden afgesloten (bijv. zekering, beveiligingsschakelaar, aardlekschakelaar of dergelijke met een contactopeningsbreedte van minimaal 3 mm).
In gebruik nemen - temperatuur instellen 1 2 3 4 Lichtschakelaar Indicatie voor ingeschakelde SUPERFROST-functie (geel) (niet bij alle modellen) • SUPERFROST voor snel invriezen in het vriesvak Toets SUPERFROST (niet bij alle modellen) Temperatuurregelaar en AAN/UIT-schakelaar De temperatuurregelaar bevindt zich bovenaan het apparaat op het bedieningspaneel. Hij dient tegelijkertijd als AAN/UITschakelaar. Om de temperatuurregelaar te verdraaien is een geldstuk nodig.
Apparaat uitzetten 1. Voor het uitzetten van de koeling de temperatuurregelaar op stand “0” draaien. Als het apparaat gedurende langere tijd niet gebruikt wordt: 1. Apparaat uitzetten, daartoe de temperatuurregelaar op stand “0” draaien. 2. Stekker uit het stopcontact halen of zekering uitschakelen, er resp. uithalen. 3. Vriesvak ontdooien en apparaat grondig reinigen (zie hoofdstuk “Reiniging en Onderhoud”). 4. Deuren daarna open laten om geurvorming te voorkomen.
Juist opslaan In de koelruimte heersen, fysisch bepaald, diverse temperaturen. De laagste temperatuur bevindt zich op de onderste planken. Warmer is het op de bovenste planken en de vakken in de deur. Waar in de koelruimte de juiste tempe- ratuur heerst voor de diverse soorten levensmiddelen laat het voorbeeld hiernaast zien. Tip: Levensmiddel dienen altijd afgedekt of verpakt in de koelruimte gezet te worden om uitdrogen en geur- of smaakoverdracht op andere artikelen te voorkomen.
Het maken van ijsblokjes 1. IJsblokjesschaal voor 3/4 met koud water vullen, in het vriesvak plaatsen en laten bevriezen. 2. Om de ijsblokjes los te maken de ijsblokjesschaal omdraaien of kort onder stromend water houden. Attentie! Een eventueel vastgevroren ijsblokjesschaal nooit met spitse of scherpe voorwerpen losmaken. Gebruik daarvoor een lepelsteel of iets dergelijks.
Reiniging en onderhoud Om hygiënische redenen dient het apparaat aan de binnenkant met toebehoren geregeld gereinigd te worden. 1 • • • Waarschuwing! Het apparaat mag tijden het schoonmaken niet op het electriciteitsnet aangesloten zijn. Gevaar voor schokken! Zet voor het schoonmaken het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact of schakel c.q. draai de zekering er uit. Het apparaat nooit met stoomreinigingsapparaten schoonmaken. Er kan vocht in de electrische onderdelen komen.
Wat te doen als ... Hulp bij storingen Het kan bij een storing om kleine defecten gaan die zelf aan de hand van de volgende aanwijzingen opgelost kunnen worden. Voer zelf geen verdere werkzaamheden uit als de volgende informatie in concrete gevallen niet verder helpen. Storing 1 Waarschuwing! Reparaties aan het koelapparaat mogen alleen door geschoold personeel uitgevoerd worden. Door ondeskundige reparaties kunnen grote gevaren ontstaan voor de gebruiker.
Lamp verwisselen Waarschuwing! Gevaar voor electrische schok! Voor het verwisselen van de lamp het apparaat uitzetten en de stekker uit het stopcontact trekken of de zekering uitschakelen c.q. eruit draaien. Lampgegevens: 220-240 V, max. 25 W, fitting: E 14 1 1. Om het apparaat uit te zetten de temperatuurregelaar op stand "0" draaien. 2. Stekken uit het stopcontact trekken. 3.
Vaktermen • • • Koelmiddelen Vloeistoffen die gebruikt worden voor het opwekken van koude noemt men koelmiddelen. Ze hebben een in verhouding laag kookpunt, zo laag dat de warmte van de in het koude-apparaat opgeslagen levensmiddelen het koelmiddel tot koken c.q. verdampen brengt. Koelmiddelcircuit Gesloten circuit waarin het koelmiddel zich bevindt. Het koelmiddelcircuit bestaat in principe uit verdamper, compressor, condensor alsmede leidingen. Verdamper In de verdamper verdampt het koelmiddel.