Operation Manual

WAARSCHUWING
3
Informatie omtrent de veiligheid
Kiepgevaar:
1. Stel de zitting niet bij als de scooter op een helling staat.
2. Ga niet over de armsteunen naar de zijkant of over de rugsteun naar achteren leunen.
Veiligheid tijdens het rijden:
Kans op ongelukken!
Controleer voorafgaand aan elke rit of de remmen en de lichten (indicatielampjes, koplampen)
goed werken.
1. Gebruik bij beperkt zicht altijd de verlichting, overdag of 's nachts.
2. Controleer regelmatig de bandspanning.
3. Gebruik tijdens het rijden altijd de veiligheidsgordel.
4. Schakel tijdens het rijden de scooter nooit uit.
5. Rijd nooit op of af een te steile helling, over een obstakel op een helling of over op- en afritten.
6. Overschrijd de maximale hellingshoek niet - zie "Technische gegevens".
7. Rijd uitsluitend met lage snelheid door smalle doorgangen, de bocht om, over hellingen en op- en
afritten.
8. Rijd uitsluitend over hellingen als de rugsteun in een verticale stand staat afgesteld.
9. Rijd niet te dicht bij open water.