Operation Manual

59
12.
Als u op een nat of los
wegdek rijdt, dient u
extra
voorzichtig te zijn.
Al
s u in een natte omgeving
of op een los
se
ondergrond
rijdt
, dan kan de
scooter
minder goed bestuurd
en
gestopt worden.
Voor uw veiligheid:
Wees uiterst
voorzichtig als u remt, optrekt of
een bocht maakt.
Rijd langzamer en zorg dat u
extra afstand
heeft om te stop
pen.
Houd
de scooter zo rechtop mogelijk.
Wees uiterst voorzichtig als u over gladde
op
pervlakken rijdt zoals spoorrails, ijzeren
platen, deksels over mangaten, markeringen
op het wegdek enzovoorts
PARKEREN
1.
Nadat u de scooter stilgezet heeft, draait u de
con
tactsleutel tegen de klok in
in
de “uit”
-
positie en haalt u de sleutel uit het
slot.
2.
Gebruik de middenstandaard om de scooter
op te laten steunen
als deze
geparkeerd
staat.
Parkeer de scooter op een stevige, vlakke
ondergrond om te voorkomen dat hij omvalt.
Als u op een lichte helling moet parkeren, doe dat
dan zodanig dat de scoote
r met
de neus naar boven
is gericht, zodat de kans minder groot is dat de
scooter van de middenstandaard
glijdt of omvalt.