Operation Manual
2-33
Het apparaat installeren en configureren > Software installeren
4
Configureer de printer.
1 Open Systeemvoorkeuren en voeg de printer toe.
2
Kies [
Standaard
] en klik op het item in het veld "Naam".
3
Selecteer de beschikbare opties voor het apparaat.
4
Het geselecteerde apparaat is toegevoegd.
OPMERKING
Bij gebruik van een IP-verbinding, klik op het IP-icoon voor een IP-verbinding en voer
vervolgens de hostnaam of het IP-adres in. De ingevoerde "Locatie" verschijnt
automatisch in het veld "Naam". Wijzig deze waarde indien nodig.
1
2
1
2
4
3
3 Selecteer het stuurprogramma in "Druk af via".
1
2