Page Printer Installatiehandleiding
Voorzichtig DE FABRIKANT KAN NIET AANSPRAKELIJK WORDEN GESTELD VOOR SCHADE DIE HET GEVOLG IS VAN EEN ONJUISTE INSTALLATIE. Mededeling over software SOFTWARE DIE MET DEZE PRINTER WORDT GEBRUIKT, MOET DE EMULATIEMODUS VAN DE PRINTER ONDERSTEUNEN. De printer is ingesteld om de HP PCL 6 te emuleren. U kunt de emulatiemodus veranderen door de speciale procedures in de bijgeleverde gebruikershandleiding te volgen. Mededeling De informatie in deze handleiding kan zonder voorafgaand bericht worden gewijzigd.
1 STAP Uitpakken Haal de printer en andere artikelen voorzichtig uit de doos. Controleer hierbij of alle componenten die op de lijst staan ook in de doos zitten. Lijst met componenten Printer Tonercontainer (TK-17) Voedingskabel Schoonmaakdoekje Installatiehandleiding (dit boekje) Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal Verwijder de tape aan de achterkant van de printer en haal de twee tussenstukjes en de gedrukte mededelingen uit de papiercassette.
2 STAP De printer plaatsen Zorg dat de plaats waar de printer geïnstalleerd wordt voldoet aan de volgende vereisten: Vrije ruimte 30 cm 40 cm 25 cm Zorg dat er rondom de printer voldoende vrije ruimte is. Als de printer langdurig gebruikt wordt zonder voldoende vrije ruimte, kan de printer oververhit raken en brand veroorzaken.
3 STAP De tonercontainer plaatsen Voordat u de printer in gebruik kunt nemen, moet u de printer gebruiksklaar maken door de tonercontainer te plaatsen, en hem aan te sluiten op de computer. 1 Open het bovenpaneel helemaal. 2 Controleer of de vergrendeling open (op UNLOCK) staat. Zo niet, trek hem dan naar voren totdat hij open staat. 3 Haal de tonercontainer uit de zak. Zorg dat de verzegeling (oranje) boven zit. Schud de container minstens 5 keer op en neer.
4 Haal de verzegeling er voorzichtig af. 5 Plaats de tonercontainer in de printer. 6 Druk stevig op de bovenkant van de tonercontainer waar PUSH HERE staat.
UNLOCK LOCK UNLOCK LOCK 7 Druk de vergrendeling dicht (in LOCK). 8 Sluit het bovenpaneel. De tonercontainer verwijderen Vergrendeling #2 Trek vergrendeling #1 open (naar UNLOCK), trek aan vergrendeling #2 en verwijder dan voorzichtig de tonercontainer.
4 STAP De printer op de computer aansluiten Er zijn verschillende manieren om de printer op de computer aan te sluiten, zoals via de parallelle-interfaceaansluiting, de USB-interfaceaansluiting (Universal Serial Bus), de optionele seriële interfacekaart-set (IB-10E) of de optionele netwerkinterfacekaart.
Parallelle-interfaceaansluiting 1 Sluit het ene uiteinde van de Klemmen printerkabel (niet bijgeleverd) aan op de parallelle-interfaceaansluiting aan de achterkant van de printer. • Gebruik een parallelle printerkabel die voldoet aan IEEE1284. • De printer werkt het best als hij dicht bij de computer staat. De aansluitkabel moet geïsoleerd zijn en mag niet langer zijn dan 3 meter. Naar printer 2 Maak de kabel vast met de klemmen Printerkabel aan beide kanten van de aansluiting.
5 STAP De voedingskabel aansluiten In dit deel staat een uitleg van hoe u de voedingskabel moet aansluiten plus verscheidene waarschuwingen. Opmerkingen over de voeding • Installeer de printer dicht bij een stopcontact, bij voorkeur een stopcontact dat alleen voor de printer gebruikt wordt. • Gebruik deze printer alleen met de spanning die is aangegeven op het etiket op het achterpaneel van de printer.
6 STAP Papier toevoegen aan de papiercassette en MP-lade In de papiercassette kunnen ongeveer 250 vellen van een formaat van A5 tot legal worden geladen. In de MP-lade kunnen ongeveer 50 vellen van de verschillende papierformaten worden geladen. Met de printer kunnen de volgende papiergewichten worden gebruikt. Papierbron Papiergewicht Papiercassette 60 tot 105 g/m² MP-lade 60 tot 163 g/m² De randen van het papier zijn scherp.
1 Haal de papiercassette helemaal uit de printer. 2 Pas de positie van de papierstop achteraan op de papiercassette aan. Druk de terugstelknop in en zet de stop op het gewenste papierformaat. De papiercassette is bij levering ingesteld op papierformaat A4 of Letter. Terugstelknop Papierstop Papiergeleider Terugstelknop 3 Pas de positie van de papiergeleiders links en rechts van de papiercassette aan. Druk de terugstelknop op de linkergeleider in en zet de stop op het gewenste papierformaat.
4 Zorg ervoor dat de randen van het papier gelijk vallen. Schuif het papier in de papiercassette. Vulteken Voeg niet meer papier toe dan tot aan het vulteken bovenaan de papiergeleiders. (Er kunnen ongeveer 250 vellen papier met een basisgewicht van 80 g/m², of een dikte van 0,1 mm in de cassette.) 5 Schuif de papiercassette in de sleuf in de printer. Schuif hem zo ver mogelijk in de sleuf.
Multi-Purpose-lade (MP-lade) 1 Trek de MP-lade uit totdat hij niet verder kan. 2 Trek de onderlade uit en vouw het blad open. Onderlade Blad 3 Pas de positie van de papiergeleiders op de MP-lade aan. De standaard papierformaten staan op de MP-lade. Voor standaard papierformaten moet u de geleiders op de gewenste instelling zetten. • Voeg niet meer papier toe dan tot aan het vulteken aan de binnenkant van de MP-lade.
Enveloppen Enveloppen moeten met de voorkant boven en de rechterkant voor worden ingevoerd. • Test een proefenvelop op de printer om te controleren of de afdrukkwaliteit goed genoeg is voordat u een aankoop doet. • Om problemen te vermijden raden wij aan om enveloppen met de voorkant boven te laden, met behulp van de uitvoerlade met de bedrukte zijde naar boven. Zie stap 7. Sommige soorten enveloppen zijn niet geschikt voor printen.
7 STAP De uitvoerlade met de bedrukte zijde naar boven gebruiken Gebruik de uitvoerlade met de bedrukte zijde naar boven als u de afgedrukte papiervellen met de bedrukte zijde naar boven wilt uitvoeren (in omgekeerde volgorde), of als u op enveloppen, briefkaarten, transparanten of dik papier afdrukt. 1 Trek aan de uitvoerlade om hem te openen. 2 Open de verlenglade door met uw duimen op de hoeken naast de scharnieren te drukken.
8 STAP Een statuspagina afdrukken Test de printer door een statuspagina met de fabriekinstellingen af te drukken. 1 Zet de printer aan. Als de printer aan wordt gezet, knipperen de 4 lampjes achter elkaar totdat de printer gereed is. Dan gaat het lampje ( [gekoppeld]) branden. Als het lampje niet gaat branden, moet u controleren of u de voorgaande stappen goed heeft uitgevoerd. Als u de tonercontainer installeert en de stroom aanzet, gaan de lampjes van boven naar beneden één voor één branden.
Vastgelopen papier verwijderen Als het papier vastloopt tijdens het afdrukken, moet u het vastgelopen papier op de onderstaande manier verwijderen. Nadat u het papier verwijderd heeft moet u het bovenpaneel eenmaal openen en sluiten. Vastgelopen bij de uitvoerladen met bedrukte zijde naar beneden en naar boven Open de lade en verwijder het vastgelopen papier zoals in de figuur is aangegeven.
2 Open het voorpaneel van de printer. Voorpaneel 3 Haal de ontwikkeleenheid samen met de tonercontainer uit de printer. Ontwikkeleenheid 4 Verwijder het vastgelopen papier. Trek niet te hard aan het papier, anders gaat het scheuren. Als het papier scheurt, kunnen er stukken papier in de printer blijven steken. 5 Plaats de ontwikkeleenheid en de tonercontainer terug en sluit de printer.
Afwijzing van aansprakelijkheid Wij zijn niet aansprakelijk of verantwoordelijk tegenover klanten of andere personen of instanties voor verlies of schade dat is veroorzaakt, of naar beweren direct is veroorzaakt door apparatuur die door ons verkocht of geleverd is, inclusief maar niet beperkt tot bedrijfsonderbreking, handelsverlies of verlies van verwachte winst, of schade als gevolg van het gebruik van de apparatuur of de software.
Opties De volgende opties zijn verkrijgbaar voor de printer. PF-17 Papierdoorvoereenheid IB-10E Seriële interfacekaart-set DIMM-geheugenmodule Geheugenkaart (CF) Raadpleeg uw Kyocera Mita leverancier voor informatie over welke DIMM-geheugenmodule en geheugenkaart (CF) het meest geschikt zijn voor gebruik met deze printer. Netwerkinterfacekaarten Raadpleeg uw Kyocera Mita leverancier voor informatie over welke netwerkinterfacekaart het meest geschikt is voor gebruik met deze printer.
Handelsnamen KPDL en KIR (Kyocera Image Refinement) zijn handelsmerken van Kyocera Corporation. Hewlett-Packard, PCL, en PJL gedeponeerde handelsmerken van Hewlett-Packard Company. Centronics is een handelsnaam van Centronics Data Computer Corp. PostScript is een gedeponeerd handelsmerk van Adobe Systems Incorporated. Adobe en Acrobat zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Alle andere merken productnamen zijn gedeponeerde handelsmerken of handelsmerken van hun respectieve bedrijven.
3. Limitation of Remedies IBM’s entire liability under this license is the following; 1) For any claim (including fundamental breach), in any form, related in any way to this license, IBM’s liability will be for actual damages only and will be limited to the greater of: a) the equivalent of U.S.
Bedieningstoetsen en lampjes Meer informatie over de bedieningsprocedures vindt u in de bij de printer geleverde FS1010 Gebruikershandleiding. Nummer 1 2 3 4 5 Functie Klaar-lampje Hiermee wordt aangegeven of de printer on-line of off-line is. 2 Gegevens-lampje Hiermee wordt aangegeven dat de printer gegevens ontvangt. 3 Attentie-lampje Hiermee wordt aangegeven dat de papiercassette leeg is of dat het papier vastgelopen is.