Operation Manual

Systeeminstelling
GEBRUIKERSHANDLEIDING 5-23
2
Op U of V drukken om
51.Auto-slaap weer te geven.
3
Op [OK] drukken.
4
Op U of V drukken en Aan selecteren wanneer de overgang naar de
automatische slaapstand moet worden gemaakt. Uit selecteren wanneer
u dit niet wilt.
5
Op [OK] drukken. Het scherm keert terug naar het scherm dat in stap 2
werd weergegeven.
OPMERKING: Als de automatische slaapstand uw kopieeractiviteiten
belemmert, schakelt u de functie uit. Voordat u de automatische
slaapstand uitschakelt, kunt u misschien proberen de tijdsperiode te
verlengen voordat de automatische slaapstand wordt ingeschakeld.
Tijd automatisch wissen
Instellen hoe lang het duurt totdat het kopieerapparaat automatisch in de
stand Gereed om te kopiƫren. terugkeert wanneer het kopiƫren is
voltooid.
1
Het systeemmenu weergeven. (Procedures voor de handelingen in het
systeemmenu op pagina 5-8 raadplegen.)
2
Op U of V drukken om
52.Tijd auto-wis weer te geven.
3
Op [OK] drukken.
4
Op U of V drukken en een tijdsinterval tussen de 10 en 270 (seconden)
kiezen.
OPMERKING: Wanneer het kopieerapparaat vaak wordt gebruikt, stelt
u een langere tijd in. Wanneer het kopieerapparaat onregelmatig wordt
gebruikt, stelt u een kortere tijd in.
Deze functie kan alleen worden ingesteld, wanneer de instelling Auto
wissen op Aan is gezet. (Instelling voor automatisch wissen op
pagina 5-22 raadplegen.)
5
Op [OK] drukken. Het scherm keert terug naar het scherm dat in stap 2
werd weergegeven.
Systeemmenu:
51.Auto-slaap
Systeemmenu:
52.Tijd auto-wis