Operation Manual
Overige voorzieningen van dit faxapparaat
5-58
Opmerkingen • In dit faxapparaat kunnen maximaal 20 coderingstoetsen (versleutelingscodes) worden
geregistreerd.
• Volg de onderstaande procedure als u een geregistreerde coderingstoets (versleutelingscode)
wilt wijzigen.
• Druk op de Reset-toets als u de procedure halverwege wilt annuleren. Het bedieningspaneel
keert dan weer terug naar de instellingen van de startmodus.
1
Open de dekplaat naar links en druk op de toets
Register.
2
Druk op de toets S of op de toets T en selecteer
[Program. coderingscode].
3
Druk op de Enter-toets.
4
Voer het momenteel geregistreerde
beheerderswachtwoord (4 cijfers) in met gebruik van
de aantaltoetsen.
Als het foute wachtwoord wordt ingevoerd, verschijnt
er een foutbericht. Druk in dit geval op de Enter-toets
en voer het juiste wachtwoord in.
Raadpleeg de Geavanceerde versie van de Gebruikershandleiding voor uw apparaat voor
informatie over het beheerderswachtwoord.
5
Druk op de toets S of op de toets T en selecteer een
nog niet geregistreerde coderingstoets-id
(versleutelingscode-id) uit de nummers 01 t/m 20.
6
Druk op de Enter-toets.
7
Gebruik de enkeltoetsen om de gewenste uit 16 tekens
bestaande coderingstoets (versleutelingscode) te
maken.
Programma
Registratie subadresbox
Program. coderingscode
Codeer codeboxregistr.
Voer PIN in met #-toets.
Program. coderingscode
Einde
#02
#01
Cod.sleut.
Voer Coderingscode in
16 cijfers vereist