Operation Manual

116
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
Om op de juiste wijze te
schakelen, moet u het
koppelingspedaal geheel intrap-
pen. Daarom mag er niets onder
het pedaal liggen dat dit kan ver-
hinderen: Let erop dat de vloer-
matten niet zijn dubbelgevouwen
en zo de slag van de pedalen kun-
nen beperken.
ATTENTIE
Laat na het schakelen de
versnellingspook los. Door
het rijden met een hand
aan de versnellingspook
wordt op het schakelmechanisme
in de versnellingsbak een geringe
kracht uitgeoefend, waardoor
onnodige slijtage kan ontstaan.
fig. 2
24R
135
L0C0032m
fig. 3
L0C0235m
Ga als volgt te werk om de achteruit
(R) vanuit de vrijstand in te schakelen:
Benzine-uitvoeringen
trek de schuifring A-fig. 2 of fig. 3
onder de knop omhoog en ver-
plaats de pook naar rechts en ver-
volgens naar achteren.
Multijet-uitvoeringen
plaats de pook naar rechts en ver-
volgens naar achteren.
Voor het inschakelen van de 6e
versnelling (indien aanwezig)
moet de pook naar rechts worden
gedrukt om te voorkomen dat per
ongeluk de 4e versnelling wordt
ingeschakeld. Dit geldt ook voor het
schakelen van de 6e naar de 5e ver-
snelling.