Operation Manual

154
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
KENTEKENPLAAT-
VERLICHTING fig. 32
Gloeilampen vervangen:
verwijder het lampenglas A op het
door de pijl aangegeven punt;
maak de lamp B los uit de veer-
contacten aan de zijkant en ver-
vang hem; controleer of de nieuwe
lamp goed vastzit in de veercon-
tacten;
monteer het lampenglas.
fig. 32
L0C0160m
DERDE REMLICHT fig. 30-31
Gloeilampen vervangen:
open de achterklep en verwijder
de twee rubber doppen A;
druk op de twee borglippen B die
zich in de twee gaten bevinden om
de unit los te maken;
sluit de achterklep en verwijder de
lichtunit;
druk op de twee borglippen C en
verwijder de lamphouder;
verwijder de geklemde lampen en
vervang ze.
fig. 30
L0C0158m
fig. 31
L0C0159m