Operation Manual

Knop voor uitschakeling van de
aircocompressor B
Als u op de knop
ò
drukt als het
lampje op de knop brandt, wordt de
aircocompressor uitgeschakeld en
dooft het lampje. Als u nogmaals op
de knop drukt als het lampje
gedoofd is, wordt de inschakeling
van de compressor weer automatisch
door het systeem geregeld; dit wordt
aangegeven door het gaan branden
van het lampje op de knop.
Als u de aircocompressor uitscha-
kelt, wordt de recirculatie uitgescha-
keld om het eventuele beslaan van
de ruiten te voorkomen. Ook als het
systeem de ingestelde temperatuur
kan handhaven, verdwijnt het
opschrift FULL van het display. Als
het systeem de ingestelde tempera-
tuur echter niet meer kan handha-
ven, gaat de temperatuur knipperen
en dooft ook het opschrift AUTO.
BELANGRIJK Met uitgeschakelde
aircocompressor is het niet mogelijk
lucht in het interieur te voeren met
een temperatuur die lager is dan de
buitentemperatuur; bovendien kun-
nen (in bijzondere weersomstandig-
heden) de ruiten zeer snel beslaan
omdat de lucht niet gedroogd kan
worden.
De uitschakeling van de aircocom-
pressor blijft in het geheugen opge-
slagen, ook na het afzetten van de
motor. U kunt de automatische rege-
ling van de aircocompressor weer
inschakelen door nogmaals de knop
ò
in te drukken of de knop AUTO.
Als bij uitgeschakelde compressor de
buitentemperatuur hoger is dan de
ingestelde temperatuur, kan het sys-
teem niet aan de wens voldoen. Dit
wordt als volgt aangegeven: de inge-
stelde temperatuur knippert enkele
seconden op het display en vervol-
gens dooft het opschrift AUTO.
Als de compressor is uitgeschakeld,
kan de aanjagersnelheid handmatig
op nul worden gezet. Als de com-
pressor is ingeschakeld bij draaiende
motor, kan de aanjagersnelheid niet
lager zijn dan een minimale waarde
(één staafje verlicht).
Drukknop voor snelle ontwase-
ming/ ontdooiing van de voorruit
en de zijruiten voor F
Als u deze knop indrukt, schakelt de
klimaatregeling automatisch alle
functies in die noodzakelijk zijn voor
het snel ontdooien/ontwasemen van
de voorruit en de zijruiten voor.
D.w.z. dat het systeem:
de aircocompressor inschakelt
wanneer de klimatologische
omstandigheden dit toestaan;
de luchtrecirculatie uitschakelt;
de maximale luchttemperatuur
(HI) op beide displays instelt;
een aanjagersnelheid inschakelt
op basis van de koelvloeistoftem-
peratuur, om toevoer van nog te
koude lucht voor de ontwaseming
van de ruiten, te beperken;
de luchtstroom naar de luchtroos-
ters voor de voorruit en de zijrui-
ten voor leidt;
de achterruitverwarming inscha-
kelt.
BELANGRIJK De functie voor snel-
le ontwaseming/ontdooiing van de
ruiten blijft ongeveer 3 minuten
ingeschakeld nadat de koelvloeistof-
temperatuur boven 50°C is gekomen
(benzine-uitvoeringen) of 35°C
(Multijet-uitvoeringen).
55
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES EN
BERICHTEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNI-
SCHE
GEGEVENS
ALFABE-
TISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN
BEDIENING