Operation Manual

48
NL
Kalibratie controle voorbereiden
U kan de kalibrering van de laser controleren. Plaats het toestel in het midden tussen
twee muren die minstens 5 meter van mekaar verwijderd zijn. Schakel het toestel aan.
Voor een optimale controle een statief gebruiken.
1. Markeer punt A1 op de wand.
2. Draai het toestel 180° om en markeer het punt A2. Tussen A1 en A2 heeft u nu een
horizontale referentie.
Kalibratie controleren
3. Plaats het toestel zo dicht mogelijk tegen de wand ter hoogte van punt A1. Richt het
toestel uit op de X-as.
4. Draai het toestel vervolgens 180° en markeer punt A3. Het verschil tussen A2 en A3
moet binnen de tolerantie van de nauwkeurigheid zitten.
5. Herhaal punt 3 en 4 voor de Y- en Z-as voor volledige controle.
L
Opgelet:
Wanneer bij de X- of Z-as het verschil tussen punt A2 en A3 groter is dan aangegeven
als tolerantie nl. 0,75 mm / 10 m, is een afstelling nodig. Neem hiervoor contact op
met uw vakhandelaar.
A3
A2
A2
A1
4.
3.
A1
A2
2.
1.
A1
A3
A2
<
0,75 mm / 10 m = OK