Operation Manual

Foto’s nemen – gevorderde functies I
- De AF/ AE –vergrendelingsknop kan ook opnieuw gebruikt worden om de focus
en belichting te vergrendelen. Druk opnieuw op de AF/ AE –vergrendelingsknop
om te ontgrendelen. Zie ook [AF/ AE VERGRENDELING] op pagina 53.
- Probeer deze acties opnieuw in stap 1 tot u tevreden bent met het resultaat voor
u de sluitertijdknop volledig indrukt.
Stel de schakelaar
in op macro-modus.
- Gebruik een statief en
zelfontspanner in ma-
cromodus.
- Focus prioriteit zijn de
onderwerpen dichtbij de
camera.
- Stel de flits in op
.
In macromodus wordt,
afgebeeld. Om te
annuleren, stel de schakelaar opnieuw in op AF
of MF.
2.1.
Stel schakelaar
in op auto focus.
Het focusbereik is 50 cm (1.64
voet) tot ∞.
AF kan problemen onder-
vinden met voorwerpen
scherpstellen:
- te snel of te helder
- zonder contrast
- achter ramen
- in het donker of bij
instabiliteit
- te dichtbij
1. Richt de AF-zone op het object
en druk dan de sluiterknop half
in om de focus en helderheid in
te stellen.
2. Houd de sluiterknop half in
terwijl u de foto ingedrukt.
Auto focus [AF]
Een foto nemen van een object buiten de autofocuszone
Neem foto’s van objecten van
zo dichtbij als 1 cm afstand.
Makromodus
U kan vertraging van 2 of 10
seconden instellen. Druk de
sluiterknop half in om scherp
te stellen.
Zelfontspanner
Op  drukken om 2 of 10
seconden vertraging te kiezen
Druk sluiterknop vol-
ledig in om te starten
- Het aantal opslagbare foto’s is 3 in [BURST] en 5 in [FLASH BURST] in modus.
- De zelfontspanner kan niet worden ingesteld op 2 sec. in modus.
- De zelfontspanner kan niet worden ingesteld op 10 sec., in [ZELFPORTRET] in modus.
- De zelfontspanner werkt niet in
g
g
g
g
g
g
g
modus; [HI-SPEED BURST] in modus.
36